Waar is de geest als die niet in je hoofd zit?

Drie filosofen zoeken een antwoord op de vraag of de mens in een tijd van ‘hormonen, neurotransmitters en hersenprocessen’ zonder geest kan. Zijn we ons brein of zijn we ons lichaam? ‘Nergens in de wereld komt de geest voor zonder dat er een lichaam is’. In een ‘bezield dossier over de geest’ van Filosofie Magazine vragen drie begeesterde denkers zich af of we zonder geest kunnen.‘De geest is de essentie van wat ons mens maakt.’

‘Al toont de liefde zich ook als een biologisch proces, het is onze geest die de emoties betekenis geeft’
(Désanne van Brederode)

Wijsgerige psychologie
Er bestaat een stroming in de wijsgerige psychologie die praten over de geest in termen van gevoelens, intenties en verlangens willen vervangen door objectieve termen uit de neurowetenschappen. Die stroming heet ‘eliminativisme’, waarvan de Amerikaanse Paul en Patricia Churchland de belangrijkste vertegenwoordigers zijn.

‘Een vrouw komt thuis bij haar man na een zware dag. ‘Paul, praat niet tegen me. Mijn serotonineniveau is tot een dieptepunt gedaald, mijn hersenen zitten vol glucocorticoïden, mijn bloedvaten zitten vol adrenaline en als ik geen endogene opiaten had gehad, was ik onderweg naar huis met de auto tegen een boom gereden. Mijn dopaminegehalte moet omhoog. Schenk me een glas chardonnay in.’
(Patricia tegen Paul)

Emoties
Filosoof Désanne van Brederode zegt hierover dat ‘als we als een neurowetenschapper naar de geest kijken, wordt alles extreem mechanisch’.

‘We kunnen verliefdheid wel uitleggen aan de hand van feromonen, stofjes in je hersenen en compatibele immuunsystemen, maar daarmee heb je doodverklaard wat liefde zo bijzonder maakt. Al toont de liefde zich ook als een biologisch proces, het is onze geest die de emoties betekenis geeft.’
(Désanne van Brederode)

Eliminativisten
Wetenschappelijke taal is doorgedrongen in ons alledaagse vocabulaire, schrijft Pieter Adriaens, hoofddocent filosofie KU Leuven, in This is mental!, een inleiding in de wijsgerige psychologie.

‘Zet de televisie aan en je hoort atleten praten over endorfines en endogene adrenaline. Eliminativisten zoals de Churchlands hopen dat we met neurologische termen objectief kunnen beschrijven wat het bewustzijn of de geest is. Net zoals chemici niet spreken van water en ijs, maar van H2O in vloeibare en vaste toestand.’
(Pieter Adriaens)


Fred Keijzer

‘Wij zijn ons lichaam’
Fred Keijzer, hoofddocent filosofie Rijksuniversiteit Groningen, onderzoekt de biologische basis van cognitie en stelt dat onze hersenen deel zijn van ons lijf en door dat lijf ook van de wereld.

‘Als we ons beperken tot neurologische processen verdwijnen wijzelf als vlezige, voelende, bewegende wezens uit beeld.(…)Nergens in de wereld komt de geest voor zonder dat er een lichaam is. In plaats van “wij zijn ons brein” kunnen we daarom beter “wij zijn ons lichaam” zeggen.’
(Fred Keijzer)

Geest is iets ‘relationeels’
Het nadeel van het neurofysiologisch denken leidt er volgens Keijzer toe dat een depressie soms wordt opgevat als een chemische onbalans in de hersenen. Volgens Adriaens is de geest iets ‘relationeels’. Veel geestesziektes vindt hij ‘relationele aandoeningen’.

‘Ze zijn op een complexe manier verweven met de interactie tussen individuen. Een voorbeeld is om emotie niet te zien als iets dat zich bevindt in het individu. Als ik kwaad word op iemand, dan zit de kwaadheid in de verhouding met die persoon.’
(Pieter Adriaens)


Désanne van Brederode

Ik ben niet ik
Volgens Désanne van Brederode is de geest de essentie van wat ons mens maakt. Zij haalt een gedicht aan van de Spaanse dichter en winnaar van de Nobelprijs Literatuur 1956, Juan Ramón Jiménez, omdat hij precies zegt wat de geest betekent: 

Ik ben niet ik
Ik ben deze
Die naast me loopt en die ik niet zie,
die ik soms bezoek,
en die ik op andere momenten vergeet;
die kalm en stil blijft terwijl ik praat,
en die vergeeft, zachtjes, wanneer ik haat,
die loopt waar ik niet ben,
die zal blijven staan wanneer ik sterf.

‘Geweten’
Weten is volgens Van Brederode iets anders dan kennis. In dat prachtige woord “geweten” ziet zij dat. Zij herinnert zich nog dat zij als jong meisje iets kleins had gestolen, een snoepje of zo.

‘Later in mijn bed voelde ik me daar ontzettend schuldig over. Al troostte mijn moeder me door te zeggen dat het helemaal niet erg was, toch voelde ik dat ik iets had gedaan wat ik niet had willen doen. Het weten dat maakt dat je een baan laat schieten om voor een naaste te zorgen of dat je doet besluiten toch te blijven vechten voor een relatie. Zelfs al verklaart de hele wereld je voor gek en je zelf ook niet kunt uitleggen waarom.’
(Désanne van Brederode)

Menselijke geest
Pieter Adriaens zegt aan het slot van het artikel dat de vraag wat de geest precies is nooit afdoende beantwoord zal worden.


Pieter Adriaens

‘Maar misschien is dat mysterie op zichzelf al voldoende reden om te blijven spreken van een menselijke geest.’
(Pieter Adriaens)

Bron:
Kan de mens zonder geest?
(Emile Smits, in Filosofie Magazine, november 2025, dossier De Geest)

Beeld: Citylit.ak.uk – ‘A taste of philosophy’ – ‘Bij City Lit zijn we er trots op dat we mogelijkheden creëren voor mensen om samen te komen en hun leven te verrijken door te leren.’
Beeld Fred Keijzer: Youtube
Foto Désanne van Brederode: Filosofie Magazine
Foto Pieter Adriaens: Brainwash

Brandende nieuwgierigheid naar het Absolute

Kluizenaar Pater Hugo is, als monnik en aan de universiteit (KU Leuven), gespecialiseerd in het ontcijferen van mystieke teksten. Je kan hem nu gerust een hightech theoloog noemen die op professionele wijze online colleges Mystieke Theologie presenteert. Teksten, podcasts, YouTube-filmpjes, videocolleges, muziek: hij maakt alles zelf. – Een van zijn studenten is Herman Finkers: ‘Het is de bedoeling dat je ervan weet hebt, en niet als een kip zonder kop hier op de wereld rond te lopen. Je vormt je òòk mystiek. En de mystiek is de bron van de katholieke kerk. Als de kerk de mystiek nog verder overboord gooit, kan ze de winkel sluiten.’

‘Gelukkig worden in tien stappen’ of: ‘Gelukkig worden voor dummies.’
Nee, dat is helemaal niet de bedoeling’
(Herman Finkers)

Iedereen heeft te maken met mystiek
D
e kluizenaar die – paradoxaal genoeg – midden in de wereld staat, heeft van jongs af aan altijd een brandende nieuwgierigheid gehad naar het Absolute. Naar het fundament onder de werkelijkheid. Niet alleen wat we hier doen. Maar ook waarom er überhaupt iets bestaat. Dat gaf hem niet zo zeer een kerkelijke, maar wel een grote religieuze belangstelling: een soort spirituele aanleg.

Iedereen heeft te maken met mystiek. Mystiek is in feite de vraag naar je bewustzijn. Naar de ervaring van het Absolute en de ervaring van God. Niet zozeer het beredeneren van theologische werkelijkheden door filosofische redeneringen toe te passen. Of door Bijbelteksten uit elkaar te peuteren.
Dus ook mensen die niet zo veel met het fenomeen ‘kerk’ hebben of die niet zo helemaal vol zitten van het hele Jezus-idee, die zijn toch nieuwgierig naar dit soort vragen. Wat als ik helemaal overvallen word door een gevoel dat ik niet kan beschrijven. Maar wat voor mij heel fundamenteel is. Een soort absoluut moment. Wat gebeurt er dan eigenlijk?’
(Pater Hugo)

Allergisch voor theologie
W
e zitten nu, vertelt de monnik, in een tijdsgewricht waarin mensen allergisch zijn voor alles wat theologisch is. Maar dèze tak van theologie gaat ‘gewoon’ over de ervaring van God.

En daar zijn alle mensen nieuwsgierig naar. Zelfs mensen die verder nooit een kerk van binnen zien. Er zijn weinig mensen die mystiek studeren. Het is dankbaar dat het een onderwerp is waar mensen ook echt naar verlangen.’
(Pater Hugo)


Een van de cursussen, samengesteld door Pater Hugo

Geestelijke voeding
Pater Hugo (48) vertelt ook over identiteit: wie ben ik, waar hoor ik thuis? Wat zijn mijn wortels? Waar ga ik naartoe? Over dat wat een mens is, wat een mens smoel geeft. Dat groeit niet meer automatisch, omdat alles vormeloos is en iedereen geacht wordt zichzelf tot een soort van stralend individu te kleien. En dat kàn helemaal niet als je geen materiaal hebt om mee te kleien.

Dus als je kinderen totaal geen cultuur meegeeft, geen smoel, totaal geen identiteit, dan wòrden ze ook niks. Een zaadje heeft ook humus en grond nodig om er voedingssappen uit te trekken. Waar moeten die kinderen geestelijk van eten? Je kan wel al die ouwe meuk uit het raam gooien. Maar als er dan verder niks voor in de plaats komt, vind je het dan raar dat ze opbranden? ’
(Pater Hugo)

Mysterie van ons bewustzijn
A
chter zijn hek, in zijn ‘kluis’, een 19e-eeuws kerkje in Warfhuizen, maakt de theoloog cursusmateriaal over mystieke theologie. Over het mysterie van ons bewustzijn. In filmpjes van zo’n half uur wordt telkens een thema behandeld. Hij zegt geen geestelijke topsporter te zijn die zich ‘met zware ascese en allerlei wilde geestelijke kunsten tot heiligheid wil lanceren’. Hij heeft wel de stilte nodig om zich te kunnen concentreren op de vragen waarop hij een antwoord verlangt.


Pater Hugo aan het werk

Het prettige is, het is heel compact. Het is niet kinderachtig. Het gaat behoorlijk diep, zonder moraal of wat dan ook. De filmpjes zijn heel knap in elkaar geknutseld. Dat je denkt: och, mijn hemel, dat moet verschrikkelijk veel werk geweest zijn. Het is absoluut niet saai, maar heel onderhoudend verteld. En in een heel heldere, duidelijke taal. Met een verstandig accent.’
(Finkers)

Vragen waar elk mens mee zit
Z
olang de grondtoon van zijn leven de regelmaat in de stilte is dan is de kluizenaar tevreden, zo vertelde hij onlangs op Kruispunt-tv van KRO-NCRV. Op het moment dat het een grote chaos wordt en hij loopt overal rond te fladderen, hoeft pater Hugo zich niet zo’n zorgen te maken, want dan begint hij acuut niet lekker te functioneren: en dat corrigeert zichzelf, is de ervaring.

Volgens Herman Finkers gaat het in de cursus om dezelfde vragen waar elk mens mee zit: Waarvoor zijn we hier? Is er hiervoor iets? Noem maar op, al die levensvragen. Waartoe zijn wij op aard?


Pater Hugo Beuker en Herman Finkers

Die worden eigenlijk doorgenomen. Je oefent je geest. De mensen zijn heel erg bezig met het ontwikkelen van het lichaam. Dat vind ik heel knap, hoe ze dat gedisciplineerd doen. Men gaat naar de sportschool om de spieren te trainen. Maar je kunt ook je geest trainen om daarmee diep te kunnen denken en verder te komen.’
(Finkers)

Bronnen:
* Kruispunt tv – Lessen van een kluizenaar, 14 april 2024, 25 minuten, KRO-NCRV
*
Sanctificium, School voor Mystieke Theologie. Lab voor Mystieke Theologie – De Theologie van het Bewustzijn onderzocht en uitgelegd. (Ook wel ‘School voor de Ziel’ genoemd.)
*
YouTube: Mystieke theologie met Pater Hugo – Het Nederlandstalige kanaal van Sanctificium. Pater Hugo, kluizenaar, vertelt over het deel van de traditionele theologie dat gaat over de directe ervaring van het Absolute. Geen beschouwingen over dogmatiek of Bijbeluitleg, maar getuigenissen uit de verschillende religieuze tradities over de rechtstreekse ontmoeting met God.

Beelden: Kruispunt tv KRO-NCRV / Sanctificium
Beeld Pater Hugo aan het werk: Still uit Kruispunt tv. (PD)

Rumi en de religie van de liefde

De poëzie van de dertiende-eeuwse Perzische dichter Rumi staat in de traditie van het soefisme, de mystieke kant van de islam. Volgens auteur Naeeda Aurangzeb is Rumi ook een van de belangrijkste theologen van zijn tijd, en 750 jaar na zijn dood nog altijd geliefd. ‘In zijn huis is iedereen welkom’. – Opmerkelijk is dat de moslim Rumi, om succes te hebben in het Westen, werd gepresenteerd als humanist… met als reden, volgens Rumikenner Ashgar Seyed-Ghorab, dat ‘iedereen zich zo herkent in zijn woorden’.

‘When you do things from your soul, you feel a river moving in you, a joy’
(Rumi)

Lezen we een humanist anders dan een moslim? Blijkbaar. Intussen wordt de wereldwijd populaire Rumi ‘van Turkije tot Afghanistan beschouwd als dichter des vaderlands’.

Rumi werd in 1207 geboren in Balch, in het huidige Afghanistan. Hij groeide op in een religieus islamitisch gezin en hij werd een van de belangrijkste theologen van zijn tijd. “In de Engelse vertalingen van zijn werk zijn alle verwijzingen naar zijn moslimachtergrond weggelaten”, zegt de hoogleraar [Seyed-Ghorab]. “Rumi wordt gepresenteerd als humanist. Voor het succes van zijn werk in het Westen werkt dat goed, iedereen kan zich zo herkennen in zijn woorden.”.’
(Aurangzeb)

‘Everyone sees the unseen in proportion of the clarity of their heart’
(Rumi)

‘Rumi spreekt vanuit het hart’
Volgens Rumi-kenner Ashgar Seyed-Ghorab, lid van de KNAW en hoogleraar Iraanse en Perzische studies aan de Universiteit Utrecht, is het geheim van het succes van Rumi dat hij ‘spreekt vanuit het hart’ en is de directe manier waarop hij zijn liefde uitdrukt indrukwekkend.

God vind je in je hart
‘D
e emoties zijn herkenbaar, ongeacht de tijd waarin we leven. Die herkenbaarheid speelt een enorme rol in zijn populariteit. Met de ontkerkelijking neemt de betekenis van religie af, maar een gedicht als ‘God zit niet in een huis van klei, vind God in je hart’ blijft tot de verbeelding spreken.’
(Seyed-Ghorab)

Rumi vertegenwoordigt met de woorden ‘Vind God in je hart’ vrijwel alle mystici: die hebben het dan over ‘inwoning’. (En paradoxaal: ‘wie woont in wie?’) – In de VS kan je, volgens relatiemanager Fatma Kaya, in iedere boekhandel Rumi vinden. En in een beetje boekwinkel in Nederland liggen ze ook. Groep ‘Rumi and Spiritual Quotes’ is populair op Facebook. De vrijheid en vooral het inspirerende dat mensen, gelovig en niet-gelovig, in de mystiek ervaren, kan leiden tot de wonderlijke transformatie die je ten deel kan vallen.


‘O Heilige, ontwar mijn voeten van al die valstrikken. Bevrijd mijn ziel.
Dat we mogen dansen en dat ons dansen aanstekelijk kan zijn’

(Rumi)

Rumi en de religie van de liefde
Naeeda Aurangzeb interviewt in Trouw ‘fans’ van Rumi. En zo weet je ook dat de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen afgelopen december zowaar een bijeenkomst hield ter nagedachtenis van deze intellectuele islamitische dichter. Het Trippenhuis zat toen vol bezoekers die de bijeenkomst Rumi en de religie van de liefde bijwoonden. Tijdens deze middag vertelden diverse sprekers, waaronder Seyed-Gohrab en Kader Abdolah, waarom de woorden van de mysticus ook in deze tijd nog zo inspirerend zijn.

‘You consider yourself to be the problem; but you are the solution.
You think you are the lock; in fact you are the key’

(Rumi)

Rumi en Leonard Cohen
Het nummer Hallelujah van Leonard Cohen is zo vaak gecoverd dat je bijna zou vergeten van wie het origineel eigenlijk is. Voor dit lied en voor veel van zijn andere nummers liet de Canadese zanger en dichter zich inspireren door de poëzie van de dertiende-eeuwse Perzische dichter Jalal al-Din Rumi.’
(Aurangzeb)

Bronnen:
* 750 jaar na zijn dood is dichter Rumi nog altijd geliefd. ‘In zijn huis is iedereen welkom’
(Trouw, 17 december 2023)
*  Hallelujah van Leonard Cohen  (YouTube – Hallelujah: Leonard Cohen, A Journey, A Song, Official Trailer (2022)
* Groep ‘Rumi and  Spiritual Quotes’(Facebook, groep van Rumi Shamz)
* Rumi en de religie van de liefde
( Video: Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen) ‘Rumi behoort tot de islamitische intellectuele dichters die kritische vragen stelden over de meest heilige islamitische begrippen, doctrines en rituelen zoals de bedevaart naar Mekka, het drinken van wijn en homo-erotische liefde.’

Foto’s en quotes: Rumi and Spiritual quotes
Foto Leonard Cohen: viprecords.nl

‘Is er leven vóór de dood? Dát is de kwestie!’

Een vertelling in de Indische wijsheidstraditie verhaalt over een leerling die van een wijze heel graag wil weten of er leven is na de dood. Het antwoord van de wijze luidt: ‘Is er leven vóór de dood? Dát is de kwestie!’ Leven vóór de dood is vooral de kwestie als de dood zich plotseling aankondigt als: Diagnose ongeneeslijk ziek. Sterfelijkheid wordt dan ineens actueel en kan tot levenshaast leiden. In de tijd die je rest, wil je zo veel mogelijk uit het leven halen. De confrontatie met onze sterfelijkheid kan de mens volgens filosoof Martin Heidegger bovendien dichter bij ‘de zin van het zijn’ brengen, dichter bij de betekenis van het bestaan.

‘In confrontatie met de dood besef je dat tijd niet oneindig is – en laadt de schaarse tijd die we hebben op met zin’
(Koen Haegens)

Levenshaast
De autobiografie Levenshaast (2016), van communicatieadviseur Ingeborg van Beek (1976 – 2022) is ‘haar rauwe, authentieke en krachtige verhaal over leven met een tikkende tijdbom in haar hoofd’. Ze schrijft over spijt en verlangens, verdriet en optimisme en haar rotsvaste geloof in de kracht van het nu. Haar psychologe voelt bij haar, naast verdriet door de confrontatie met ziekte en de dood, een buitengewone vrolijkheid. Zij noemt Van Beek levendig en ontdekkend en zegt dat ze lijdt aan levenshaast. Laconiek vraagt Van Beek of daar pillen voor zijn. De psycholoog schudt daarop haar hoofd: ‘Geniet van elk moment, je leeft maar één keer!’ Van Beeks reactie hierop is dat zij inderdaad ‘maar één keer, maar vooral iedere dag leeft’. Levenshaast regeert: op haar sterfbed wil de auteur geen spijt krijgen van alles wat zij níét heeft gedaan. ‘Ik wil drinken, dansen, de levenshaast door mijn aderen voelen stromen en ervan genieten’.

Memento mori
L
evenshaast lijkt de overtreffende trap van carpe diem: pluk de dag. Dit Latijnse spreekwoord komt van de Romeinse dichter Horatius. Hij zei er wel bij: ‘Moge je wijs zijn’ en ‘dat je de dag leert dragen wàt het ook maar zal zijn’. Je weet immers nooit wat je plukt, zal hij gedacht hebben. En als dat de nabije dood is, kom je onverhoeds uit bij memento mori: Gedenk te sterven.

Beperkte tijd
D
e tijd kan snel door onze vingers glippen. Journalist Koen Haegens vertelt hierover in een interview in Filosofie Magazine. Van de beperkte tijd wordt hij zich sterk bewust als hij midden in het leven onverwacht een levensreddende operatie moet ondergaan. Daarna wil hij elke dag leven alsof het de laatste is, maar binnen een jaar zit hij weer in de draaimolen van apps en sociale media. Hoe komt het toch, vraagt hij zich af, dat we het liefst zo veel mogelijk van onze beperkte tijd willen genieten, maar tegelijk onze tijd verspillen aan apps en sociale media?

Toegewijde tijd
H
aegens is de auteur van Op zoek naar de verstrooide tijd (2023), waarin hij onze tijdsbeleving bestudeert via de filosofie en wetenschappelijk onderzoek. In de verstrooide tijd beslissen we volgens de auteur niet actief over wat we met onze tijd doen, maar laten we ons meevoeren op de golven van de tijd. Het tegenovergestelde ervan is toegewijde tijd. Haegens: ‘In confrontatie met de dood besef je dat tijd niet oneindig is – en laadt de schaarse tijd die we hebben op met zin’.

De zin van het zijn
Een plotselinge confrontatie met onze sterfelijkheid kan de zin van het zijn in ons wakker schudden. En niet zachtzinnig, maar meedogenloos, als door het luide gerinkel van een ouderwetse wekker. Ineens zit je rechtop in bed.
‘Word ik morgen nog wakker?’ Dit is wat Haegens ervoer, toen hij vanwege een gescheurde aorta in het ziekenhuis lag: ‘Het besef van onze eindigheid zorgt ervoor dat de mens niet opgaat in een alledaags of oppervlakkig leven’.

Ons onverwisselbaar leven 
Heidegger roept zelfs op om voortdurend te leven met het einde voor ogen: Sein zum Tode. Dit lijkt een vrijwel onmogelijke opgave. Juist uit angst onze eigen dood te ontmoeten, willen we liever het leven door onze aderen voelen stromen en ervan genieten. We moeten van de filosoof wel voorkomen af te glijden naar ‘vrijblijvend’ leven: beter zou het zijn ons ‘onverwisselbaar leven’ te verwerkelijken. De dood roept ons op tot bezinning. Heidegger: ‘Hij [de dood] openbaart de onherroepelijkheid van onze beslissingen en roept ons tot het eigenlijke en eigen leven in vrijheid en zelfverantwoordelijkheid.’

Gemoedsrust
L
even met het einde voor ogen. Moet je dan alles uit het leven halen wat erin zit? Elke dag leven alsof het de laatste is? Voor je het weet is hedonisme je levensfilosofie. Genot en geluk nastreven als ultiem levensdoel. Al snel komt dan ‘de filosoof van het genot’, Epicurus, in zicht. Die heeft het echter niet over ‘platvloers’ hedonisme, maar begrijpt genot als gemoedsrust: ‘Het doel van de mens is afwezigheid van geestelijke pijn’. De autobiografie van Van Beek is wat dit betreft veelzeggend: met de dood voor ogen bestrijdt zij haar geestelijke pijn door ultiem van het leven te genieten.

Elkaar ondersteunen
B
ij Arjan Broers, auteur van De beste helft (2023), is de ervaring van een flinke burn-out belangrijk geweest voor wie hij is geworden. Nadat hij ‘was opgekrabbeld en weer energie voelde, kwam de vraag op: wat ga ik in het vervolg van mijn leven doen?’ Het interesseerde hem minder dan vroeger wat hij wilde verdienen of bereiken, maar was nieuwsgierig geworden naar iets anders: naar ‘wat ik te doen of te geven heb’. Het bracht hem dichter bij de zin van het zijn, dichter bij de betekenis van het bestaan.

Maar weet je lieve schat wat het geval is? Ik zoek iets meer ik weet alleen niet waar”. Met deze openingszinnen uit de songtekst Is Dit Alles (1982) (YouTube) van de band Doe Maar opent Broers het hoofdstuk Is dit alles? Het boek kreeg als subtitel mee: Kunnen we behalve alsmaar ouder ook wat wijzer worden? ‘We moeten stilstaan bij wie we zijn en wat we betekenen’, zegt de auteur. Er komt er een moment dat je ‘iets of iemand bent geworden. En dan moet je nog een poos’. Altijd op zoek naar wijsheid, vond hij dat een uitgelezen moment om geestelijk te groeien en wijzer te worden: een taak voor ieder van ons, en voor ons samen. Broers: ‘Want we kunnen het alleen als we elkaar helpen en ondersteunen’.

Levenshaast?
Is er leven vóór de dood? Dát is de kwestie!’ zei de wijze in het begin van deze overdenking. Zou je de confrontatie met je sterfelijkheid beter in een eerder stadium moeten aangaan? Levenshaast? Of liever bijtijds stílstaan bij leven en sterven? Epicurus, uit de vierde eeuw v. Chr., zegt: ‘De kunst om goed te leven en de kunst om goed te sterven is dezelfde’.

Beeld: Civis Mundi, tijdschrift voor Sociale Filosofie en Cultuur

N.B. Eerder, op 15 juni 2023 gepubliceerd in de Nieuwsbrief, onder de titel Memento Mori – Een beschouwing voor de Vereniging leven met dood.
‘Haast om te leven. Anders gezegd: alles eruit willen halen wat erin zit. Wie een dierbare heeft verloren en sterfelijkheid van heel dichtbij heeft meegemaakt, kan soms de urgentie voelen om harder te gaan leven. Maar de vraag is of je jezelf daar een plezier mee doet.’

In de Nieuwsbrief onder meer ook: Cees BaanUitgesteld verdriet: haast maken met liefhebben.
‘Er zat blijkbaar wat verwaarloosd verdriet in mij.’ Cees Baan vertelt zijn persoonlijke verhaal over zijn gevoel ‘haast’ te moeten maken met zorg en aandacht voor zijn geliefden.

Hoe ‘weten’ mensen dat God bestaat?

Rede en geloof worden vaak tegenover elkaar gezet: aan de ene kant de atheïstische wetenschapper die de oerknal probeert te bewijzen, aan de andere kant de gelovige die ‘voelt’ dat er een goddelijke kracht bestaat. Religie wordt gezien als antwoord op vragen waar de wetenschap niks mee kan, zoals wat de zin van het leven is. Geloof is een kwestie van het hart, wetenschap van het hoofd. – Hierover vertelt filosoof dr. Rik Peels woensdagavond 8 maart in het Academiegebouw aan het Domplein in Utrecht. (Voor iedereen toegankelijk, geen kosten.)

Baseren mensen hun godsgeloof op meer dan slechts een gevoel?

Klopt deze tegenstelling wel? Kan het bestaan van God op een logische manier beredeneerd worden? Baseren mensen hun godsgeloof op meer dan slechts een gevoel? Welke rol spelen openbaringen en religieuze ervaringen? En wat als de atheïst moet bewijzen waarom God niet bestaat, in plaats van andersom? Filosoof dr. Rik Peels (VU) legt uit hoe religieuze kennis werkt.’


Rik Peels

Deze bijeenkomst vindt plaats binnen de serie Geloof je het zelf? over het nut van ontastbare kennis. Als maatschappij vertrouwen we graag op wetenschappelijk bewijs. Maar is dat altijd het juiste kompas om op te varen? Wetenschappers over wat we kunnen leren van niet-wetenschappelijke kennis.

Academiegebouw (Aula) | UTRECHT| Woensdag 8 maart 2023 (20:00-21:30) | In samenwerking met Faculteit Sociale wetenschappen, Bètawetenschappen en Geesteswetenschappen | Voertaal Nederlands | Entree gratis | Aanmelden niet nodig. Let op: vol = vol |  Stream: YouTube-video

Foto’s / bron: Universiteit Utrecht

update 7 3 2023

‘Religie en zingeving in de toekomst’, met Birgit Meyer

Antropoloog en religiewetenschapper prof. Birgit Meyer geeft graag antwoord op de vele vragen van ‘De Futuristen’ (wetenschappers en theatermakers) en het publiek over ‘Religie en zingeving in de toekomst’. De bijeenkomst van Studium Generale was afgelopen woensdagavond in Tivoli Vredenburg, in samenwerking met het Nieuw Utrechts Toneel & Decartes Centre van de Universiteit Utrecht. Onverwacht blijkt een van de andere sprekers God zelf.

De toekomst kent vele richtingen
N
atuurlijk komt het rapport van het SCP ter sprake dat minder toekomst ziet voor religiositeit en spiritualiteit. Meyer vertelt dat religie meer is dan alleen geloof, het is vooral wat mensen doen, zoals rituele bijeenkomsten, gebeden, de kerk. En er is niet één toekomst, de toekomst is pluriform. En kunst kan daaraan ook goed vorm geven: menselijke impressie leidt tot expressie.

De toekomst kent vele richtingen en dat komt onder meer door christenen uit bijvoorbeeld Afrika en moslims die hier zijn komen wonen. Zij willen ook weer een plek vinden om het religieuze vorm te geven. Je krijgt zo een diversiteit aan opvattingen. De toekomst gaat vele richtingen uit, ook de seculiere. Dat geeft de mogelijkheid tot experimenteren, tot nieuwe rituelen.


Birgit Meyer

Max Weber en Émile Durkheim
H
et gaat ook over de onttoverde wereld, waarover socioloog Max Weber in het begin van de vorige eeuw sprak. God zou plaatsmaken voor geloof in ratio en technologie. Maar ook over socioloog Émile Durkheim, die er juist vanuit ging dat religie niet kan verdwijnen: ze kan alleen veranderen. Een belangrijke verworvenheid van religie vond hij dat het de sociale cohesie bevordert. Mensen zoeken naar verbondenheid.

Verbondenheid
E
n dat blijkt ook vanavond, gehoord de vragen uit het publiek en van ‘De Futuristen’. Mensen zijn vooral op zoek naar verbondenheid en als dat niet meer via religie kan, dan geeft het secularisme daar misschien wel vorm aan. Mensen lopen niet meer mee met kerkelijke processies, maar voelen wel verbinding met elkaar door The Passion. Mensen willen meevoelen, geraakt worden door iets ‘diepers’. Eigen verdriet kan zo ook een plaats krijgen. Een seculiere sacrale processie. Samenzijn. Het geeft houvast. Het is op een nieuwe manier betekenis geven.

Het heilige
M
ensen zijn op zoek naar nieuwe vormen, op zoek naar iets dat ze in de kerk niet meer vinden. Ze zoeken morele richtlijnen. Maar ook hoop, samen met de vraag: ‘Waar gaan we naartoe?’ Meyer vertelt over Aboriginals die gezamenlijk de totem aanbidden. Dat is niet bepaald een vorm van geïnstitutionaliseerde religie, maar het heeft wel iets sacraals.

In de toekomst, en nu al, zal religie andere vormen aannemen. Het idee van God blijft bestaan, maar dat zal dan meer ‘het hogere’ genoemd worden, of dat ‘er iets is’. Mensen blijven behoefte hebben aan rituelen, blijven op zoek naar betekenis en verbinding, en vinden daar andere, sacrale vormen voor. Het heilige wordt bijvoorbeeld gevonden in je inzetten voor de mensenrechten.


God zelf kwam ook spreken

‘Godverspannen’
G
od zelf komt ook nog even langs, maar heeft een onprettig bericht: ‘Ik heb ontslag genomen’. Zij zegt ‘godverspannen’ te zijn. Niet goed wordt ze van onze offers van lammetjes, van de geur van kaarsen en wierook. Waarom word ik, God, steeds bedankt? Voor pandemieën, natuurrampen en oorlogen? ‘Jullie denken dat ik onschuldig ben. Ik geef mijn taak als Allerhoogste op. Wat moeten jullie ook met een God van geboden en verboden, gerepresenteerd door oude mannetjes. Of ik er ben is van geen belang.’

Bezoek uit de toekomst
Plotseling treedt er duisternis in, maar gelukkig ontwaart de zaal een schim met een lichtje op zijn voorhoofd. De figuur zegt uit de toekomst te komen, dat treft. Misschien is het een antropoloog, als een soort Indiana Jonesfiguur. Hij onderzoekt ‘onze resten’ en komt tot de conclusie dat er hier een soort sacrale bijeenkomst is geweest, lang geleden. Misschien wel een mis, in ieder geval iets heiligs. Hij ontwaart een stekkerdoos, dat moet iets geweest zijn dat verbinding kon maken met de hemel! Ook ziet hij een soort drinkgelegenheid, met fusten. Drank zou mensen vast in trance hebben gebracht waardoor ze zich wellicht dichter bij de hemel gevoeld hebben.

Sacraal samenzijn
D
e druk bezochte bijeenkomst wordt afgewisseld met muziek, liedjes en poëzie. Op de achtergrond verschijnt langzaam een toepasselijke aquarel, live geschilderd en geprojecteerd. Dat leidt aan het einde van de bijeenkomst tot een fraaie prent. Het Nieuw Utrechts Toneel en het Descartes Centre zijn bezield en inspirerend bezig.

Het goede gevoel van het samenzijn hangt na afloop nog lang in de lucht: alsof er een sacrale bijeenkomst geweest is, waar mensen, verbonden met elkaar, samen op zoek waren naar verdieping en verbinding. Het seculiere en religieuze kan verbinden, kan en mag er samen zijn. Deze avond ontsluierde een prettige en inspirerende blik in de toekomst.

Verslag & foto’s: Paul Delfgaauw
Bekijk hier de bijeenkomst: Over religie en zingeving in de toekomst (YouTube)