Een maatschappij waar veroudering er niet mag zijn

Dat is een dubbel probleem voor ‘de grijze duiven met dementie’, zegt psycholoog Ad Bergsma. Hoewel volgens Alzheimerverenigingen geestelijk verval geen onderdeel mag zijn van veroudering, werpt dit zijn schaduw vooruit. The European Journal of Aging stelt dat 40% van de mensen van middelbare leeftijd bang is straks de controle te verliezen. Het zenboeddhisme klinkt hoopvol en gaat ervan uit dat we niet minder menselijk worden, en evenmin worden onze subjectieve ervaringen minder belangrijk.

‘Als we een gelukkig moment beleven, is het emotioneel net zo rijk als eerder in ons leven toen we nog ‘gewoon’ waren’
(Psychogerontoloog Huub Buijssen)

‘Het hart wordt niet dement’
De wetenschappelijke beschrijving van dementie stelt verliezen centraal. Dat beïnvloedt onze beleving: een wetenschappelijke definitie kan iets ondraaglijk maken wat in zichzelf al erg is’. Het mooie idee dat hier tegenover wordt gesteld, dat ‘het hart niet dement wordt’, komt van de Nederlandse psychogerontoloog Huub Buijssen.

‘Bij dementie verslechteren de denkende delen van de hersenen veel erger dan de emotionele delen. Als we een gelukkig moment beleven, is het emotioneel net zo rijk als eerder in ons leven toen we nog ‘gewoon’ waren.’
(Huub Buijssen)

Zenboeddhisme
De filosofie van het zenboeddhisme laat zo meer ruimte voor het goede dat behouden blijft, stelt Bergsma. De Dalai Lama schreef er zelfhulpboeken over. ‘Waar wetenschappers zich richten op het oplossen van wat er niet zou moeten zijn’, stellen boeddhisten het lijden echter voor als iets dat onvermijdelijk op je pad komt: ‘Leer leven met ellende’, zo klinkt hun motto.’

‘De “nobele waarheid” is dat het “leven lijden is”.’
(De Dalai Lama)

Terugkeren tot de kern
Bergsma stelt dat het streven naar perfecte gezondheid voort kan komen uit een preoccupatie met ziekte en verval. Bij het denken over dementie is het daarom zaak de verliezen te bezien in relatie met wat behouden blijft. Hij vertelt over de Amerikaanse meditatieleraar Doug McGill die de langzame aftakeling van zijn moeder beschrijft. Niet de verliezen staan centraal, maar het terugkeren tot de kern.

‘Terwijl zij de ene na de andere lichamelijke en mentale vaardigheid verloor, werd ze voor mij meer en meer de persoon die zij in essentie altijd al was. Haar glimlach is in de loop van vijftien jaar meer spontaan en oprecht geworden. Haar lach – en ze lacht nog vaak – is zachter geworden en lichthartig, zonder een spoor van ironie, nostalgie of spijt. Haar blik is meer open en verlangend en haar liefde pijnlijk puur en direct.’
(Doug McGill)

Verbondenheid in liefde
In Onze laatste jaren van vreugde en verdriet vertelt de boeddhistische lerares Olivia Ames Hoblitzelle de laatste levensjaren van haar dementerende partner Hob. Dementie beschrijft ze onomwonden als een wreed proces. Toch ziet zij het ziekteproces van haar man ook als een mogelijkheid om te ervaren wat er het meest toe doet in het leven: de verbondenheid in liefde en momenten van geluk. Wakker worden is voor Hob wel heel moeilijk.

‘Toen ik vijf minuten geleden wakker werd, wist ik niet waar ik was… waar iedereen was… waar jij was… Ik wist niet wie ik was… Ik ben uit de gewone tijd gevallen… Het kan best zijn dat ik tweehonderd jaar heb geslapen… Ik heb helemaal geen besef van kloktijd als ik zo gedesoriënteerd ben als nu…’.’
(Uit: Onze laatste jaren van vreugde en verdriet, Olivia Ames Hoblitzelle)

Positievere benadering
In het voorwoord van Onze laatste jaren van vreugde en verdriet concludeert de Dalai Lama:

‘We kunnen weinig veranderen aan het ouder-worden of Alzheimer, maar zoals Hoblitzelle laat zien, kan het accepteren van onze toestand op de lange duur een veel positievere benadering zijn.’
(De Dalai Lama)

Paniek
Psychogerontoloog Buijssen bezocht begin deze eeuw een opera, vertelt Bergsma, toen hij plotseling besefte dat hij zich twee namen niet meer kon herinneren. ‘Paniek maakte zich van hem meester. Hij hoorde niets meer van de muziek, maar kon alleen maar denken dat hij op het punt stond dementie te krijgen, net als zijn beide ouders. Bijna twintig jaar later functioneert Buijssen nog steeds op hoog niveau, maar de gedachte aan een toekomst met dementie maakt hem minder bang dan vroeger.’

‘Als deze ziekte mij inhaalt, hoop ik zo snel mogelijk weer te worden wie ik was in mijn vroegste jeugd. Volgens haar vaak herhaalde verhalen was ik de kleuter die elke moeder zich wenst: zelden humeurig, lastig of opstandig en in het piepkleine wereldje van de box helemaal tevreden met zichzelf. Als ik deze periode nog een keer mag overdoen, dan zal het staartje van mijn leven toch een heel gelukkige tijd zijn.’
(Huub Buijssen)

Bronnen:
Zen in het aangezicht van dementie
(Volzin, 21 oktober 2025, Ad Bergsma)

Onze laatste jaren van verdriet – mindful omgaan met Alzheimer | VBK Media | Broese boekverkopers Utrecht
Alzheimer Nederland

Beeld: Le courrier des maires / Adobe
Foto vergeetmijnietje sleutel: Alzheimer Nederland
Foto: Magazine Kijk / Unsplash/Pixabay


Ontdek meer van RELIFILOSOFIE

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Onbekend's avatar

About Paul Delfgaauw

Redacteur RELIFILOSOFIE godenenmensen.com 🍀 Schrijver, Dichter, Denker 🦋

5 Responses

  1. internettoerist's avatar internettoerist

    Er zijn mijns inziens drie soorten “spirituelen”:
    1. De grootste groep: de gelovigen. Zij geloven maar wat, maar hebben geen benul van de oorspronkelijke kennis en leer.
    2. De al veel kleinere groep: zij die iets van praktijk doen en die de klok over de leer hebben horen luiden, maar die geen benul hebben van waar de klepel hangt.
    3. De uitzonderingen: zij die begrijpen waar de leer over gaat en die via de praktijk en onderzoek tot de kern komen.

    Waarom zeg ik dit? Wel, de dalai lama spreekt in woorden die aangepast zijn aan het publiek dat hij toespreekt. Met andere woorden: je kunt niet verwachten dat gelovigen de moeite zullen doen om tot de kern van de leer te komen. Ze veronderstellen zaken die ze graag zouden willen, waar ze zich “goed bij voelen” (lees: ze doen aan zelfbedrog). Het is dus eerder wensvol denken dan tot kennis komen. Je kunt dus ook niet verwachten dat zij de basis van de leer of kennis zullen begrijpen. Ik maak daarom onderscheid tussen het algemene “boeddhisme” (lees: geloof) en de Dharma (leer van de boeddha, kennis). De dalai lama maakt een gelijkaardig onderscheid qua aanhoorders.

    “Wat heeft dit met dit artikel te maken?”, hoor ik je al denken. 🙂 Wel, ik citeer:
    *****‘De “nobele waarheid” is dat het “leven lijden is”.’(De Dalai Lama) *****
    Als de dalai lama dit werkelijk gezegd heeft (misschien is dit uit de context gerukt, anders zou het me verbazen), dan spreekt hij mijns inziens gelovigen toe, anders zou hij de Dharma en de boeddha tegen spreken. Als je de vier edele waarheden kent, dan begrijp je dat het leven NIET gelijk staat aan lijden. Wat zou de boeddha hier anders maar geluld hebben op deze aardkluit? En hier wordt onmiddellijk het verschil duidelijk tussen gelovigen en mensen die tot de kern gaan. Hopelijk is de context in die boeken van een diepere en bredere aard.
    De ware leraar is latent in ieder van ons aanwezig. Ik geef het mee voor degenen die het willen horen, al verwacht ik daar niet veel van. 😉

    Er zijn ook verschillende stadia en vormen van Alzheimer. Mijns inziens wordt het hier meer geromantiseerd dan wat de werkelijkheid vaak met zich meebrengt. Ik vind het pijnlijk om mensen te observeren die aan die ziekte lijden. Misschien is het voor mij pijnlijk om te zien, omdat ik zie wat er in hun geest omgaat. Hopelijk ben ik ver genoeg gevorderd om dit nooit te moeten ondergaan. Er IS lijden (= eerste edele waarheid). Leven en lijden hoeven niet samen te gaan. Anders was de boeddha een achterlijke en leugenachtige lul! 😉

    Vriendelijke groet

    Geliked door 1 persoon

  2. internettoerist's avatar internettoerist

    Paul Delfgaauw,

    Bedankt voor jouw verwijzingen naar eerder geplaatste artikels. Ik heb ze met veel interesse gelezen.

    In het artikel over de “denkfout” staan er twee ogenschijnlijke kleinigheden, die de leer op zijn kop zetten. Namelijk:
    1. De denkfout ligt mijns inziens bij degene die een denkfout meent te zien. Er is namelijk geen “dood”. Het idee van de “dood” behoort tot de onwetendheid. Net zoals het idee van de “geboorte”. Die onwetendheid doorbreken is net het doel van de Dharma. En zoals ik hier al zei: het “boeddhisme” (meestal geloof) en de Dharma (kennis) kunnen ver uit elkaar liggen. Dus, Germen… Niet akkoord! Misschien moet Germen zich eens verdiepen in de Middenweg. De Middenweg in zijn diepste betekenis. Misschien zou hij de Dharma, de boeddha en het “boeddhisme” met andere ogen bekijken.
    2. De Dharma is 100% wetenschappelijk, hij hoeft niet wetenschappelijk “gemaakt” te worden. Germen meent het Achtvoudige Pad te moeten “verbeteren” zonder enig wetenschappelijk onderzoek te doen naar de diepste diepten van het Achtvoudige Pad. Het gaat veel verder dan louter denken. Een echte wetenschapper zou dit Achtvoudige Pad onderzoeken en testen. Het gaat veel dieper dan wat Germen ervan maakt. Zoals ik hier ook al vermeldde: voor gelovigen wordt er een oppervlakkige leer weergegeven. En om misbruik door kwakzalvers te voorkomen, wordt er een mist rond geweven (schemertaal). Zo vallen kwakzalvers onherroepelijk door de mand bij iemand die dieper zoekt.
    3. Een extra puntje dat ik hier nog toevoeg n.a.v. Germen: er bestaan veel misverstanden rond verlangen en begeerte. In de meeste gevallen heeft begeerte of verlangen een negatieve invloed, maar het kan ook een zeer cruciale positieve invloed hebben. Hoe zou men zich verdiepen in de Dharma zonder begeerte of verlangen naar inzicht in de werkelijkheid? Of hoe zou men zich verdiepen in de Dharma zonder het verlangen om bevrijd te zijn van lijden? Of hoe zou men zich verdiepen in de Dharma zonder het verlangen anderen te bevrijden van lijden? Hoe zou de boeddha ontwaakt zijn zonder verlangen? Helaas heeft men dit ook veralgemeend naar “negatief”, wat helemaal niet klopt.

    Met jouw bevindingen i.v.m. de tv uitzending (2017) van Arjan Lubach, ben ik het volledig eens. Ik heb die uitzending ook gezien en vond ze eveneens kortzichtig. Zéér kortzichtig zelfs! 🙂 Hij heeft een even kortzichtige uitzending gemaakt over Vlaanderen en Wallonië. Het is dan ook jammer dat er mensen zijn die Arjan Lubach zeer serieus nemen en daar hun mening op baseren. Ook hier zie je het verschil tussen gelovigen en mensen die tot de kern onderzoeken.

    Vriendelijke groet

    Geliked door 1 persoon

Reacties zijn gesloten.