Bewustzijn is booming. In beweging. Vanaf de Piazza San Marco in Veneza vliegen we – na twee ‘bewustzijnslezingen’ – hoger en hoger, lichtjaren diep het heelal in. Langs sterren en planeten, gigantisch ver van ons verwijderd. Frank Vermeulen van de Volkssterrenwacht Bussloo laat op indringende wijze met films en foto’s zien hoe groot de afstanden tussen planeten, sterren en sterrenstelsels zijn. Door deze immense afstanden kijken we terug naar het verleden. En het heelal dijt intussen steeds sneller uit, zo leert de roodverschuiving ons vandaag.
‘De evolutie: een theorie, een systeem of een hypothese? Volstrekt niet; veel meer dan dat: een algemene voorwaarde waarnaar voortaan alle theorieën, alle hypothesen, alle systemen zich moeten voegen, waaraan zij moeten beantwoorden, willen zij denkbaar en waar zijn. Een licht dat alle feiten bestraalt, een curve waarmee alle lijnen moeten meegaan, dat is evolutie.’
(Pierre Teilhard de Chardin, 1881 – 1955)
Elektromagnetische kracht: ‘De verzameling van elektronen en fotonen (lichtdeeltjes) die in de natuur alles vorm geeft, informatie onthoudt en communiceert.’
(‘Thinking electrons’ – Jean Emile Charon, 1920 – 1998)
Ademloos en nog aan het bekomen van de indrukwekkende lezingen Licht en Duisternis en Hebben wij een ziel? Zo ja, waar dan?, ondergaat de volle, maar ruime tuinzaal van Huize Het Oosten in Bilthoven, de Tien raadsels van het heelal. Perfect georganiseerd door Bres Magazine.
Geen echte duisternis
Jaap Hiddinga – studeerde kwantumnatuurkunde en chemie – vertelt met behulp van prachtige beelden, over Licht en Duisternis. De vroege mens vereerde het Licht en had angst voor de Duisternis. Als Hiddinga het heelal bestudeert, constateert hij echter dat er geen echte duisternis bestaat, in werkelijkheid is er een zee van licht. ‘De duisternis heeft nooit bestaan’. Onze menselijke blik is zeer beperkt, onze ogen zien nog geen 1% van de werkelijkheid. Hoe het onzichtbare zichtbaar te maken, is dan de vraag. Met behulp van warmtebeeld- en hyperspectrale camera’s zien we al wat meer. Je maakt dan zichtbaar wat wij ‘normaal’ niet kunnen zien.
‘Vroeg of laat zullen de kernfysica en de psychologie van het onbewuste elkaar naderen als ze allebei, onafhankelijk van elkaar en vanuit tegenovergestelde richtingen, vooruitstoten naar het gebied van het buitenzintuiglijke.’
(Carl Jung in zijn boek Aion, 1951)
‘Toen de geest het universum schiep, doordrong zijn diepste kern al het geschapene. Het is de mens, zeldzaam onder de geschapen dingen, gegeven dit te weten.’
(Brihadaranyaka-Oepanishad) (Uit een tijd eonen geleden)*
Levenskracht
Gerrit Teule was na een opleiding als werktuigbouwkundige, 27 jaar werkzaam in de ICT-branche. Vanaf 1992 werkt hij als natuurfilosoof en schrijver, in het bijzonder op het gebied van bewustzijnsevolutie en natuurlijk elektromagnetisme in alles wat leeft en bloeit. Zijn lezing: Hebben wij een ziel? Zo ja, waar dan? – tevens de titel van het boek dat hij schreef – gaat over inzichten in de intensieve samenwerking van geest, ziel, brein en lichaam. Teule koppelt de praktische natuurkundige theorie van de elektromagnetische kracht aan het begrip ‘levenskracht’. Deze kracht werkt in alles wat er in de natuur gebeurt: ‘elke ontluikende bloemknop, elke celdeling in een levend lichaam, elke lichtstraal vanuit het heelal: alles is gevormd door elektromagnetische kracht’. De Franse fysicus en informaticus Jean Emile Charon legde dit fundamentele verband.
‘Anders gezegd: de levenskracht maakt gebruik van alle mogelijkheden die de elektronische kracht te bieden heeft: ‘het ‘goddelijke scheppingswerktuig’. (Teule)
Charon stelt, aldus Teule, dat een elektron een raakpunt is tussen twee universums: een klein universum (wat hij aanduidt met ‘eon’) en het grote universum waarin wij leven.
‘Deze eonen/elektronen zijn ontstaan in de eerste seconde van de oerknal. Het zijn bijna letterlijk ‘spetters uit de oerknal’.’ (Teule)
Anatomie van geestdeeltjes
Teule vertelt dat ze in de eerste seconde van de oerknal zijn ontstaan, en zegt dat het denkbaar is dat de geestdeeltjes vanuit de oerknal het heelal ingestuurd werden met een doelgerichtheid: ‘Ga heen en kom tot bewustzijn’.
‘Bij de oerknal werden eonen alle kanten opgestuurd, niet alleen maar in de richting van de stofwolk waar zo’n tien miljard jaar later onze zon en de aarde uit voort zouden komen. Het is daarom te verwachten dat de levenskracht overal in het heelal aanwezig is en op miljarden plaatsen heeft geleid tot levende creaturen, die verder evolueren in de richting van bewust denkende wezens.’ (Teule)
* ‘De Upanishaden maken deel uit van de Veda´s, de oudste heilige geschriften die de mensheid kent, afkomstig uit een tijd eonen geleden toen er op aarde slechts één religie bestond, aangeduid met de ‘spraak der Goden’. (Stichting Raja-Yoga Nederland)
Bronnen:
BRES Lezingenmiddag 21 september 2019, Bilthoven
BRES magazine voor bewustzijn in beweging, sept/okt 2019, themanummer ‘Levenskracht’, Gerrit Teule: Levenskracht en elektromagnetisme, blz. 23 – 31.
Foto’s: PD – Van twee powerpointbeelden van de presentatie door Gerrit Teule
N.B. Dit blog vertelt slechts summier over een bijzonder informatieve lezingenmiddag vol levenskracht, levensvonk en zielevonk, elektromagnetisme, levensenergie. Nogal imponerend, velen werden meegesleept door de verhalen, foto’s en resultaten van onderzoeken waarover met veel passie en kennis verteld werd. Over de ‘levenskracht, die de fijnste, meest doordringende, onzichtbare activiteit van de natuur is, die we tot nu toe kennen’.
Een volgend blog zal dieper ingaan op het boek van Gerrit Teule: Hebben wij een ziel? Zo ja, waar dan? – de evolutie van geest, ziel en bewustzijn als een natuurlijk proces; hoe moderne natuurkunde en informatica ons leiden naar een universele en diepe psychologie.
[…] – ‘Ga heen en komt tot bewustzijn! – Hebben wij een ziel? Zo ja, waar […]
LikeLike
[…] ‘Ga heen en komt tot bewustzijn!’ (Wordt zéker vervolgd in de komende herfst- en […]
LikeLike
Geestdeeltjes? Waarvoor zouden die nodig zijn als het brein ook zonder kan?
In het verderop genoemde artikel wordt duidelijk gemaakt dat mensen niet anders kunnen dan alles wat ze waarnemen te objectiveren in termen van de daarbij waargenomen eigenschappen zoals kleur, vorm, relaties met andere waarnemingen enzovoort. Dat zijn er vaak heel veel, ga maar eens na wat er niet allemaal over een simpele roos verteld kan worden of over een mens om over onszelf nog maar te zwijgen want daar lijkt helemaal geen einde aan te komen.
Wij geven die eigenschappen namen, zoals rood en in die termen kunnen we aan een ander duidelijk maken dat het bijvoorbeeld over een roos gaat. Daarbij vertrouwen we erop dat die ander de roos in dezelfde termen waarneemt en als die ander geen idee heeft waar je het over hebt kun je een levende fysieke roos produceren en die goed zichtbaar, voelbaar, geurmoleculen verspreidend onder ogen, handen en neus van die ander brengen zodat die ook een objectivatie van een roos kan vormen.
Hoe rijker het aantal waargenomen eigenschappen van een object, hoe overtuigender de realiteit van dat object lijkt te zijn maar het is nooit het object zelf maar een illusie ervan. Zo is rood een illusie die opgewekt wordt wanneer het oog fotonen die een bepaalde energie bevatten waarneemt. Dat het om een illusie gaat geldt ook voor het object waarvan het aantal waargenomen eigenschappen alle andere op gigantische wijze overtreft en dan bedoel ik de eigen persoon. Het is voor mensen bijna niet te geloven dat dit een illusie zou kunnen zijn maar toch kan het niet anders want wij objectiveren ook onze persoonlijkheid uitsluitend in termen van wat wij daar fysiek van ervaren.
Bovendien lijken wij onszelf voor onszelf te kunnen ‘produceren’ zoals wij een roos voor een ander kunnen produceren. We kunnen bijvoorbeeld ervaren dat we in onze eigen arm knijpen zodat het lijkt alsof we in onszelf in de knijpen terwijl er alleen druk op vingers en arm wordt ervaren. Overtuigender is onmogelijk maar toch kan het niet echt waar zijn.
Bovendien toont het bekende rubberen hand experiment aan dat we onszelf illusies kunnen bezorgen die even realistisch als onwaar zijn en dat is een veeg teken dat je op moet passen met het interpreteren van wat ervaren wordt.
Hoe rijk is het aantal waargenomen eigenschappen van God? Voor mij zijn dat hooguit eigenschappen die een ander noemt want zelf heb ik die nog nooit waargenomen en die ander is ook niet in staat een God te produceren zodat ik die eigenschappen zelf kan waarnemen. Sterker nog, ze vertellen er vaak nog bij dat God van een andere orde is die niet door gewone stervelingen kan worden waargenomen. Dan is de gerechtvaardigde vraag hoe zij dan achter die goddelijke eigenschappen zijn gekomen en dan blijkt dat via overlevering gebeurd te zijn met aan het begin daarvan mensen aan wie die God zich geopenbaard zou hebben. Dat mogen zij geloven maar ik geloof dat niet, voor mij is de rijkdom aan door gelovigen gerapporteerde Goddelijke eigenschappen veel te klein om overtuigend te zijn. Wat ik wel geloof is dat God voor oprechte gelovigen ook een volkomen overtuigende illusie is.
Godsbewijzers vertrouwen hun geloof blijkbaar ook niet helemaal maar zolang ze menen dat ze naar iets anders dan een illusie zoeken zullen ze geen God vinden. Sommige gelovigen menen dat God in henzelf zit en daar zouden ze best wel eens gelijk in kunnen hebben.
Zie “The consciousness illusion”
https://aeon.co/amp/essays/what-if-your-consciousness-is-an-illusion-created-by-your-brain
LikeLike