Emanuel Rutten ‘sprong in het geloof’

Geloven in God is niet irrationeel, zegt filosoof Emanuel Rutten. Rationeel dus. Met rede. Kan het ook anders? Ja. Op een andere manier dan met redelijke argumenten kwam de filosoof zelf tot zijn geloof. Als Filosofie Magazine daarover doorvraagt, antwoordt hij ‘dat het voor de mensen interessanter is om over filosofie te lezen dan over het geloof van Emanuel Rutten’. – Toch is het interessant om te weten hoe Rutten ‘in het geloof sprong’. De Deense ‘antifilosoof’ Søren Kierkegaard zegt het zo: ‘Er is een sprong nodig (a leap of faith), waarbij men de rede achter zich laat en zich overgeeft aan het idee God’.

Voordat Rutten zijn rationele argumenten formuleerde, werd hij bevangen door ‘een Werkelijkheid die “niet de god van de filosofen en geleerden is” ’, zoals dit zo krachtig in Mystiek** is verwoord. De filosoof deed een existentiële ervaring op door de verwijzing van Augustinus naar de evangelisten uit de Bijbel. Rutten werd aangesproken door de persoon van Jezus en voelde: ‘Dit is het!’

De Griekse filosofen vinden dat de mens moet streven naar perfectie. Maar bij Augustinus las ik dat mensen imperfect, onvolledig en zondig zijn. Ik dacht: ‘Dit gaat over mij!’ Ik voelde me bevrijd, want ik wist dat ik imperfect ben. Er werd een bevrijdende weg gewezen: naar Jezus. Ik las over God Die mens werd in Zijn Zoon, Die onder ons leefde, maar Die we niet hebben aangenomen.’ 
(ER)

Geen rationele gedachte, maar een existentiële ervaring. Tot zijn verbijstering kwam de filosoof er later pas achter dat er ook heel logische, rationele argumenten zijn voor het bestaan van God.

Als wiskundige en filosoof vond ik het heel goede argumenten. Ik was bijna geïrriteerd dat ik ze zo laat ontdekte. Ik had het eerder willen weten! En dat terwijl ik al naar de kerk, Crossroads, ging. Ik vond dat de argumenten bekendheid moesten krijgen. Daarom ben ik erop gepromoveerd en heb ik er enkele nieuwe argumenten aan toegevoegd, waaronder het argument dat in de media zoveel aandacht kreeg.’
(Emanuel Rutten, in: Wat vooraf ging aan de Godsargumenten) 

Toch kan ‘de rede nooit het enige criterium zijn waarop je religie beoordeelt, omdat religie een existentiële kwestie is,’ zegt Rutten in Filosofie Magazine. ‘Existentieel denken is naast redelijk altijd ook waarderend en voelend.’

Religie is een bril waardoor je de wereld interpreteert, oftewel een wereldbeeld. Ieder mens heeft een wereldbeeld, gelovigen en niet-gelovigen. Je wereldbeeld helpt je om de werkelijkheid te begrijpen en betekenis te geven.’
(ER in Filosofie Magazine)


Søren Kierkegaard (beeld Maartje de Sonnaville)

Voor Kierkegaard bevindt God zich niet in een wereld buiten de onze. God zit ín ons dagelijks leven: we ervaren God van heel dichtbij. God is geen ding of persoon, maar een ervaring.’
(Genia Schönbaumsfeld, in ‘Geloven met hart en rede’, Filosofie Magazine)

Rutten sprong dus in eerste instantie in het geloof. En hoewel je dat volgens Kierkegaard niet doet door het volgen van alle stappen in een godsbewijs of godsargument, vond Rutten dat toch een logisch gevolg en ontwikkelde verschillende argumenten van ‘de filosofen en geleerden’. Marthe Kerwijk (Trouw) vindt dat de argumenten “iets treurigs hebben, want hoe rationeler het wordt om in het bestaan van God te geloven, des te abstracter wordt de God in kwestie, en des te minder één om van te houden. Het betreft de God van filosofen, niet de God van gelovigen”.’ Toch heeft Rutten een punt:

Door goede, rationele argumenten daarvoor te geven, kan geloof als een redelijke optie worden gezien, in plaats van te worden weggezet als dom, irrationeel en onzinnig. Voor gelovigen is het ook belangrijk dat hun geloof redelijk is. En filosofisch gezien wekt er niets zoveel verwondering op als de vraag naar de grondslag van het bestaan.’
(ER in Filosofie Magazine)

Filosoof Welmoed Vlieger formuleert het zo:

Geloof, hier dus nadrukkelijk niet begrepen als een ‘naïef vasthouden aan een ingebeelde God’ zoals zelfverklaarde atheïsten het nog wel eens willen duiden, maar als uitdrukking van een existentiële stap, een zelfverhouding die moed vraagt: ‘Als ik mij tot mijzelf verhoud, dan ontmoet ik als eindig-oneindig mens mijn grond. Dit is niet datgene wat ik zonder meer en in alle concreetheid ben, maar dat wat ik in diepste grond ben. En deze grond is het eeuwige.’
(Welmoed Vlieger, in God als diepste grond van het eigen innerlijk)


Emanuel Rutten

Ruttens Filosofische bijsluiter voor de godsargumenten lost volgens hem kort en bondig de belangrijkste misverstanden op over zijn rationele argumenten voor het bestaan van God. In een ‘overall-definitie’ ervan zei Rutten destijds dat zijn hele denkgang tot dusver vooralsnog te komen tot de volgende inclusieve karakterisering van God:

God is een noodzakelijk bestaand immaterieel persoon, ontwerper en schepper van de kosmos, het zijn zelf en als zodanig de grond van alle zijnden, de locus van objectieve morele waarden en verplichtingen, goed en rechtvaardig, transgressief, mysterium tremenda majestas et fascinans, ten diepste liefde, agape, eros en philia, geïncarneerd in Jezus van Nazareth, gekruisigd en opgestaan.’ 
(ER)

Bronnen:
* God bestaat en Herman Philipse was erbij (Goden en Mensen, 2012)
* Wat vooraf ging aan de Godsargumenten (Goden en Mensen, 2013)
* Mystiek (Hoe God werkt in de mens, Evelyn Underhill)
* De Woudkapel (Plek van bespiegeling, Bilthoven)
* Mystiek is de diepe essentie van het geloof
(Goden En Mensen, 2023)
* Filosoof Emanuel Rutten: ‘Geloven in God is niet irrationeel’
(Filosofie Magazine, interview over
Datgene waarboven niets groters gedacht kan worden. Acht nieuwe argumenten voor het bestaan van God, Robin Atia, 26 februari 2024)
* God als diepste grond van het eigen innerlijk
(Goden En Mensen, 2014)
* Het godsargument openbaart de christelijke God (Goden En Mensen, 2014)

* Rutten beoefent intellectuele gymnastiek met het bestaan van God (Trouw, recensie Datgene waarboven niets groters gedacht kan worden. Acht nieuwe argumenten voor het bestaan van God, Marthe Kerkwijk, 21 februari 2024)
* De filosofische bijsluiter (Emanuel Rutten, 2013)

** Mystiek (Evelyn Underhill). – Over dit spirituele boek gaf Jean-Jacques Suurmond op de Plek van Bespiegeling in Bilthoven een interactieve lezing en geeft daar nu ook workshops. Hij vertaalde en bewerkte Mystiek, dat als ondertitel draagt: Hoe God werkt in de mens. Bijzonder, inspirerend en toegankelijk geschreven. Aangevuld met de inzichten van tientallen moderne mystici. (‘Een prachtvertaling voor de moderne lezer.’ – Dr. Hein Blommestein)

** Mystiek – Hoe God werkt in de mens | Evelyn Underhill | Vertaald en bewerkt door Jean-Jacques Suurmond | Paperback met flappen | 496 blz. | 1e druk 2022 | (2e druk 2023) | € 32,99


Foto: tongerlo.org.
Beeld Kierkegaard: Maartje de Sonnaville (Filosofie Magazine)
Foto Emanuel Rutten: Patrick Post (VU Amsterdam, juli 2023)

‘Iedereen is met zingeving bezig’

ZingevingVolkenkundeLeiden (1)

Bespreken van levensvragen doe je niet bij de psycholoog. En toch liggen die vragen altijd ten grondslag aan psychische klachten. Cultuurvorser en journalist Jolanda Breur is op voortdurende zoektocht naar antwoorden op existentiële vragen. Over zingeving is dan ook veel te vinden op haar website. Voor Vrij Nederland schreef zij Bespreek de zin van het leven ook eens met een psychiater. Maar of dat zin heeft? ‘Iedereen is bewust of onbewust met zingeving bezig.’

Gij zult uw leven zin geven, maar niet bij ons, zo lijkt het. Nog altijd wringt het tussen de psychologische hulpverlening en zingeving.’ (Breur)

De zin van het leven ga je nooit vinden,’ zegt voormalig universitair hoofddocent klinische psychologie Martin van Kalmthout. ‘Je kunt je beter afvragen waarom je zoekt.’ Immers, de zingevingsvraag stellen kan wijzen op angst en een poging de oplossing voor je problemen buiten jezelf te vinden. Je moet dus eerst bij jezelf terecht. Trouwens, zin- of betekenisgeving zijn nog altijd taboe voor een deel van de aanbieders in de psychologische hulpverlening.

Het is volgens een woordvoerder geen thema voor de leden. Daarvoor ga je niet naar een psycholoog – althans, niet naar deze universitair geschoolde achterban. Het instituut heeft daarom weinig op met mediagenieke psychiaters die zingeving verkondigen.’

Dan maar zoeken naar de dominees van het problematisch geestelijk leven. Breur komt dan uit bij Dirk De Wachter, Damiaan Denys en Paul Verhaeghe.

Zij zetten zingevingskwesties als ‘hoe te leven’ in een culturele context. Door de marginalisering van religie in Nederland en België zijn we niet meer in staat existentiële vragen te beantwoorden en lijden te verdragen, stellen ze.’

De Wachter en Verhaeghe pleiten hartstochtelijk om meer te kijken naar de ander. ‘We zouden meer elkaars psychiater moeten zijn.’ Dat klinkt toch weer religieus, doet weer denken aan de Bijbelse boodschap, zegt Breur. De Wachter stelt dan ook dat ons leven zonder echt contact met anderen niet goed gaat lukken.

Ook voor Verhaeghe is verbinding de sleutel. Een hoger doel moet mensen samenbrengen in een gemeenschap die slagvaardig de grote vragen ter hand neemt.’

Samen met de patiënt de mogelijkheden in zijn bestaan onderzoeken, zo zou de psychologische hulpverlening met vragen rond zingeving moeten opgaan. Maar die werkwijze is moeilijk te meten en daarom niet populair in de moderne psychiatrie. Kom je toch weer bij jezelf terecht, maar ‘mensen met zingevingsproblematiek zien geen heil in introspectie, verzuimen problemen in een betekenisvol kader te zetten, en zien geen verband met hun levensverhaal’.

Dan maar kunstmatige intelligentie erbij halen? Een adviesbureau wil speciale chatbots en apps. Maar intussen is er een markt voor zingevingsdominees. Maar Breur stelt dat de lezer mogelijk geen trek meer heeft in dat ‘doorgeschoten zelfverbeteringscredo’.

Psychotherapeut Femke Kok legt een link tussen zingevingsvragen en de eeuwige menselijke spanning tussen autonomie en verbinding. Om je daarin staande te houden, heb je een gezond psychologisch zelf nodig en dat ontwikkel je in relaties met anderen. ‘Emotionele afhankelijkheid is óók bevredigend en geeft intimiteit.’

Klachten’ hebben betekent leven,’ stelt Breur ten slotte, ‘waarmee lijden onlosmakelijk verbonden is. Aanleg en omstandigheden bepalen de portie die je toebedeeld krijgt. Ermee omgaan is het beantwoorden van de ultieme zingevingsvraag: waarom. Het antwoord is een dáárom.’

Ik sla Vrij Nederland dicht en leg door het ‘waarom’ direct verband met ‘leven zonder waarom’ van Meister Eckhart. Filosoof Welmoed Vlieger schrijft over deze middeleeuwse mysticus op haar website. Meer dan een mooie aanvulling op het verhaal van Jolanda Breur kan je daar vinden. Afgelopen week bezocht ik bij de Academie voor Geesteswetenschappen in Utrecht een lezing van Welmoed Vlieger.
– Lees hier mijn verslag: ‘Meister Eckhart, leven zonder waarom’

Meister Eckhart zegt in een van Vliegers artikelen:

Wie duizend jaar lang aan het leven zou vragen: waarom leef je? Die zou, als het kon antwoorden, niets ander te horen krijgen dan: ik leef omdat ik leef. Dat komt omdat het leven vanuit zijn eigen bestaansgrond leeft en opwelt uit zichzelf; daarom leeft het zonder waarom in het zichzelf levende leven. Wanneer een oprecht mens, die handelt vanuit zijn eigen bestaansgrond, de vraag kreeg: waarom doe je de dingen die je doet? zou hij, als hij het juiste antwoord gaf, enkel zeggen: ik doe die dingen om ze te doen.’

Zie:

* Bespreek de zin van het leven ook eens met een psychiater

* Leven zonder waarom – eenvoud bij Meister Eckhart

Foto: PD (Museum Volkenkunde Leiden, tentoonstelling ‘Helende Kracht’)