KERST-ESSAY – In het gedicht Vlinder raakt dichteres M. Vasalis ontroerd door ‘de zomerwei des ochtends vroeg. En op een zuchtje dat hem droeg vliegt een geel vlindertje voorbij’. De slotregel luidt: ‘Heer, had het hierbij maar gelaten’.
Hoe mooi kan de aarde zijn zonder mensen. Miljoenen grazende vissen en zee-egels genieten van het rijkste ecosysteem van de zee: de koraalriffen, ook wel de regenwouden van de zee genoemd. Zij zorgen ervoor dat algen het rif niet overwoekeren. Volgens een onderzoek van UNESCO zullen vele riffen niettemin binnen dertig jaar bezwijken onder hittestress als gevolg van de opwarming van de aarde.
Antarctica
Hittestress is een van de vele bedreigingen waaraan de aarde wordt blootgesteld. In een opwarmende wereld kan de ijskap op Antarctica smelten. Een computersimulatie in het natuurwetenschappelijk tijdschrift Nature toont aan dat het westelijk deel van de ijskap niet gelijkmatig, maar met sprongen zal smelten. Nature gaat uit van het feit dat de gemiddelde temperatuur op aarde in de afgelopen 150 jaar 1,1 °C is gestegen. De eerste sprong voltrekt zich in de simulatie bij een opwarming van 2 graden Celsius. Hierover zegt NRC dat als het smelten eenmaal begonnen is, dit proces nauwelijks meer is te stoppen. ‘Een stille aanloop en ineens is het zover.’
Intussen sterven dieren uit, stikken vissen in oceanen, sterven koraalriffen af en komen er steeds meer broeikasgassen zoals methaan en CO2 in de atmosfeer. De aarde kan uiteindelijk in zijn geheel bezwijken als de mens in het huidige tempo doorgaat met zijn destructieve gedrag. Historicus Philip Blom stelt dat ‘de prijs die we voor snelle vooruitgang betalen de ondermijning is van de omstandigheden waarvan de mensheid (en talloze andere soorten) afhankelijk is om te overleven.’
God
God heeft de mens de aarde toevertrouwd. Hoe beziet hij dat rentmeesterschap? Vraagt hij zich af of de mens de aarde nog nabij is?
In het Bijbelboek Genesis staat geschreven: ‘God ziet dat alle mensen op aarde slecht zijn, want alles wat ze uitdenken is steeds even slecht. Hij kreeg er spijt van dat hij mensen heeft gemaakt en voelde zich diep gekwetst.’ Hoe zou hij nu over de mens oordelen? Is het te verwachten dat hij onze nabijheid nog verdraagt? Vermoedelijk gelooft God al lang niet meer in de mens en wil hij die zomerweide ‘s ochtends vroeg graag opnieuw scheppen, maar dan zonder ons.
Nietzsche
En kan de mens God nog in zijn nabijheid dulden? Volgens theoloog Marinus de Jong, in zijn boek Altijd groter, nemen mensen steeds meer afstand van God en is het atheïsme de snelst groeiende overtuiging ter wereld, en niet alleen in de westerse wereld. De mens en God, ze zijn elkaar niet meer nabij. Al weten we dat van God niet zeker, want zijn wegen zijn volgens de Bijbel ondoorgrondelijk.
In het verhaal De dolle mens van filosoof Friedrich Nietzsche hebben wij zèlf God gedood, zijn wij allen zijn moordenaars. ‘Het heiligste en machtigste dat de wereld tot dusver bezeten heeft, is onder onze messen verbloed,’ roept de dolle mens uit in De vrolijke wetenschap. ‘Dolen in het niets’ is het gevolg. Het lijkt alsof Nietzsche de mens verwijt zich afgekeerd te hebben van God, maar volgens de filosoof bestaat er niet eens een eeuwige macht en staat de mens alleen. In zijn redenering leidt de dood van God tot nihilisme. Nietzsche klinkt nogal ambigu daar hij er tegelijkertijd van overtuigd is dat de mens zich zonder God vrij kan ontwikkelen. ‘Het ontbreken van een dergelijk wezen vind ik geweldig’, zegt hij in Der Wille zur Macht.
Zingevingsvraagstukken
Dat dolen in het niets valt nogal mee. Volgens de oud-voorzitter van het Humanistisch Verbond, Boris van der Ham, is de ongelovige zeker niet goddeloos. Ook niet-gelovigen houden zich bezig met zingevingsvraagstukken. Van der Ham verwijst naar een representatieve enquête van het Humanistisch Verbond. Hierin wordt gezegd ‘dat vooral “de ander” belangrijk is voor niet-gelovigen’. Voor Christenen geldt dat zeker. Volgens het Nieuwe Testament predikt Jezus immers naastenliefde, en zorg voor de zwakken en degenen die in nood verkeren. De toestand van de wereld lijkt echter volstrekt onbelangrijk voor veel mensen, gelovig of niet.
Onze naasten
Dit essay wordt hier vervolgd: Verder lezen – Onze naasten, Waartoe zijn wij op aarde, Gulden Regel, Is er hoop? Nu het nog kan.
Beeld: PtHU
‘God bestaat steeds minder’
‘God is een typisch gevalletje van projectie; menselijke intuïtie is geen bewijs voor God; gebeden worden niet verhoord; wonderen bestaan niet’. Dit zijn een aantal favoriete argumenten tegen Gods bestaan. ‘De overtuiging dat God niet bestaat, wint aan overtuiging,’ zegt theoloog Marinus de Jong. Onlangs schreef hij een boekje over 21 redenen om (niet) in God te geloven. Hij wordt geïnspireerd door de Tsjechische priester Tomas Halik, die stelt dat het atheïsme aandacht vraagt voor de verborgen kanten van God. Maar eigenlijk probeert De Jong slechts aan te tonen dat God ongrijpbaar is: Hij laat zich niet vangen in onze overtuigingen.
‘Er zijn steeds meer mensen die niet in God geloven. Het atheïsme is de snelst groeiende geloofsovertuiging ter wereld, zo toonde recent onderzoek aan. Dat geldt vooral, maar niet alleen, voor de westerse wereld. Dit gaat dus ook over Nederland: steeds meer mensen geloven niet in God. (Uit: Altijd groter)
2. God as immaterial and yet with biological functions is unconvincing
It’s self-contradictory to say God is ‘immaterial’ and in the same breath say God sees, hears, speaks, and feels—all of which are functions of biological, material organisms. What does God ‘see’ with if not a material eye? ‘Hear’ with if not a material ear? ‘Speak’ with without a material mouth? These descriptions of God are self-contradictory and nonsensical. (H. McKenna, Ph.D. – Senior Lecture, History of Religious Ideas, University of California Irvine – Huffington Post)
De 21 redenen plukte Marinus de Jong uit de Huffington Post (God Is Unconvincing To Smart Folks) en houdt ze nu tegen het licht in Altijd groter, dat weer een bundeling is van De Jongs blogs bij de EO zoals Geloof is biologisch verklaarbaar; Jezus vond wonderen ook niet erg overtuigend, en: Is God de oorzaak van het ontstaan van de kosmos?
‘Er zijn veel redenen waarom geloven in God niet overtuigend is. Hoe kan God nou goed zijn terwijl er zoveel kwaad is? En wat te denken van de Bijbel; er zijn toch zoveel heilige boeken? En een intuïtie dat God bestaat, dat is biologisch goed te verklaren.’ (Uit: Altijd groter)
Volgens uitgever Vuurbaak bespreekt theoloog Marinus de Jong in dit boek de 21 redenen, maar niet om te laten zien dat ze niet waar zijn. Ook niet om te concluderen dat geloven in God onzinnig is. Hij gaat op zoek naar hoe deze redenen ons helpen om onze gedachten over de ongrijpbare God te scherpen. Dat hij een God is die steeds weer aan onze beelden ontsnapt en zich niet laat vangen in onze overtuigingen.
12. God is not a convincing cause of the universe
God is not a solution as to the origin of the universe but only another layer of mystery. What caused God? It’s more believable that a material universe emerged from preexistent matter or energy than from a non-material Mind. (McKenna – Huffington Post)
De Jong verwijst naar filosoof Ludwig Andreas Feuerbach die zei dat God een psychologisch trucje van de hersenen is, een projectie van onze angsten en verlangens. Wij zijn bang voor de dood, dus bedenken we een God die ons een hemel geeft. Nietzsche deed volgens de Jong daar nog een schepje bovenop: het zijn dus de mietjes die in God geloven. Geloof in God is het ultieme zwaktebod. De echte, sterke mens weet dat hij het zonder God moet doen. Maar God is altijd groter, zegt de Jong. Hij vraagt zich ook af of wetenschappers kunnen bepalen of God bestaat.
‘Wetenschap werd geboren in de schoot van de kerk: in de kloosters. Wetenschap begon met nieuwsgierigheid naar God en aanbidding van God met het verstand. Eeuwenlang was de relatie tussen wetenschap en geloof harmonieus en wederzijds verrijkend. De wetenschap opent de ogen voor de schoonheid van God zelf. Zij geven meer inzicht in wie God is, hoeveel Hij kan en heeft gedaan en waarvan Hij geniet. Verklaren in vertrouwen leidt niet tot geloofsafval. Het leidt tot verdiepte aanbidding van de God die nog mooier is dan Zijn schepping.’ (Uit: Altijd groter)
Volgens De Jong mag God dan altijd groter zijn, maar Hij is ook dichtbij. Hij verwijst dan naar Abraham Kuyper die zei: ‘Tienmaal liever gedweept en gedwaald met deze warme en bezielde pantheïsten [alles is God], dan bevroren en versteend bij het afgemeten en wezenloos deïstisch [God laat deze wereld aan zijn lot over] gezeur’.
‘Pantheïsme, vandaag de dag erg populair, betekent dat deze wereld zelf eigenlijk God is. God is dan een manier om het bijzondere, het verhevene van de wereld zelf te benoemen. God is niet ergens anders of iets anders en dus ook geen persoon. Uiteindelijk betekent pantheïsme ook: God, dat ben je zelf.’ Deïsme betekent dat God de wereld ooit maakte, maar zich er nu niet meer mee bemoeit. Hij is als een horlogemaker die de wereld en de mens prachtig maakte, maar het horloge heeft verkocht. Dit zijn allebei uitersten die door het orthodox-christelijk geloof altijd zijn vermeden. Kuyper sluit daarbij aan, maar wil met zijn dilemma laten zien dat we God niet te los van de wereld moeten maken.’ (Uit: Altijd groter)
Altijd groter | Marinus de Jong | Uitgever: Vuurbaak | april 2018 | ISBN 9789055605392 | 104 pp. | €12,50
Zie ook: 21 redenen om (niet) in God te geloven
Beeld: De schepping van Adam is een onderdeel van het fresco op het gewelf van de Sixtijnse Kapel in Vaticaanstad geschilderd door Michelangelo rond 1511.