‘Spiritualiteit is de werkelijkheid leren kennen’

Wat luisteren naar je innerlijke stem teweeg kan brengen… “Ga eens goed voor jezelf zorgen, Jan.” Zo klonk het vriendelijke antwoord dat Jan Geurtz jaren geleden kreeg toen hij zich ten einde raad afvroeg wat hij moest doen met zijn leven.
– En goed voor zichzelf zorgen deed hij. Radicaal. De stem luidde zijn eerste stappen in op het spirituele pad. Nu is Jan boeddhist en schrijver. Zijn tiende boek, Een lieve klap voor je kop, verscheen in 2023. Djuna Spreksel las het voor Filosofie Magazine.

‘Jij bent datgene wat je gedachten en gevoelens waarnemen vanuit een liefdevol, oordeelloos gewaar-zijn’
 Jan Geurtz

Bovenal ging hij [Geurtz] aan zichzelf werken. In eerste instantie door wat hij de ‘psychologische manier’ noemt: therapie en trainingen in persoonlijke ontwikkeling volgen. Pas tien jaar later kwam de spiritualiteit op zijn pad.’
(Filosofie Magazine)

Bij persoonlijke ontwikkeling gaat het volgens de schrijver nog steeds om het ego dat aan zichzelf werkt.

Spirituele groei speelt zich af in een geheel ander domein, op een soort metaniveau, waarin logica en gedachten ons niet verder helpen. Spiritueel bewustzijn gaat over de realisatie dat je niet je ego bent, maar datgene wat je gedachten en gevoelens kan waarnemen vanuit een liefdevol, oordeelloos gewaar-zijn. Maar dat is zelf geen gedachte, en kan ook niet waargenomen worden.’
(FM)

Geurtz laat in Een lieve klap voor je kop zien dat ingrijpende gebeurtenissen ook benut kunnen worden voor een groei van spiritueel bewustzijn.

In dit boek werkt hij aan de hand van persoonlijke contemplaties het idee uit dat het ervaren van nare gevoelens symptomatisch is voor niet goed naar de werkelijkheid kijken, en dat een heftige crisis ook een zaadje kan zijn voor een (versnelde) groei van spiritueel bewustzijn.’
(Uit: Een lieve klap voor je kop– omslagtekst)


Jan Geurtz

In elk mensenleven komen heftige gebeurtenissen voor: fijne – zoals een wederzijdse verliefdheid of de geboorte van een kind – en pijnlijke, zoals het einde van een relatie, een burn-out, een ziekte of de naderende dood. Meestal verstoren deze gebeurtenissen onze innerlijke rust (als we die al hadden) en belemmeren ze onze spirituele ontwikkeling (als we daar al mee bezig waren).
(Uit: Een lieve klap voor je kop)

Ingrijpende gebeurtenissen, zegt dit boek, kun je leren herkennen als ‘een lieve klap voor je kop’ die je doet beseffen wie en wat je werkelijk bent achter je aangeleerde zelfbeeld, je ego. Dit leidt uiteindelijk tot de realisatie dat ons lijden in werkelijkheid niet-herkende liefde is die wacht om toegelaten te worden.

‘Om de spiritualiteit waar dit boek over gaat te onderscheiden van de ‘verhalende spiritualiteit’ noem ik haar ‘wetenschappelijke spiritualiteit’. Ze maakt namelijk gebruik van dezelfde methode als de exacte wetenschap’.
(uit: Een lieve klap voor je kop)

Ook het boeddhisme heeft een filosofie over de werkelijkheid, zegt de schrijver, maar tegelijkertijd biedt het een onderzoeksmethode, die via de directe ervaring de theorie probeert te weerleggen.

Bovendien wordt in de boeddhistische spiritualiteit niet alleen de werkelijkheid onderzocht, maar ook degene die de theorieën formuleert. Op die manier bevindt spiritualiteit zich niet alleen op een metaniveau ten opzichte van de filosofie als geheel, maar ook ten opzichte van haar eigen filosofie – die net zo goed wordt beperkt door de taal en het denken.’
(FM)

Een onjuist geloof in de echtheid van onze gedachten en gevoelens – door een ego dat zich identificeert met die gedachten en gevoelens – vertroebelt volgens Geurtz ons begrip van de werkelijkheid. En wel zo, dat we blijven steken in een vicieuze cirkel van verslaving, pijn en lijden. Of dit nu gaat om een verslaving aan verdovende middelen of om de erkenning van onze liefdespartner.

Geurtz gelooft niet dat het bereiken van verlichting het permanente eindpunt is van spirituele ontwikkeling.

Hij ziet verlichting in de spirituele weg die een mens aflegt, als een oneindig doorgaand proces richting steeds meer bewustzijn. Want, zo stelt hij, het spirituele bewustzijn heeft een belangrijk kenmerk: het verlangt altijd naar meer bewustzijn van zichzelf.’
(FM)

Bronnen:
* Jan Geurtz: ‘Je bent niet je gevoelens en gedachten’ (Filosofie Magazine, juni 2023)
* Vertrouw altijd je innerlijke stem (godenenmensen.com, april 2023)
* Filosofie Magazine
* Een lieve klap voor je kop | Jan Geurtz | ambo | anthos uitgevers | ISBN: 9789026361173 | 264 pagina’s | paperback 21,99 | E-book 13,99 |
Jan Geurtz (1950) is een Nederlandse schrijver. Hij studeerde orthopedagogiek, onderwijskunde en wetenschapsfilosofie en heeft daarna gewerkt in de verslavingszorg. Jan Geurtz laat zich vooral inspireren door het boeddhisme. Van zijn hand verschenen meerdere bestsellers, waaronder Verslaafd aan liefde, waarvan meer dan 125.000 exemplaren werden verkocht’. (ambo | anthos)

Beeld: Zen Garden – 18121281 Pixabay
Foto Jan Geurtz: ambo | anthos

Het verlangen ons (niet) te bevrijden van religie

De Nederlandse worsteling met religie springt in het oog wanneer je grasduint in het recente nieuws, de opinies en de (journalistieke) duidingen van zaken die onze samen­leving bezighouden. ‘Paradoxaal genoeg blijkt juist de drang om ons te bevrijden van religie ons verlangen ernaar te bevestigen’. – Journalist en schrijver Jasper van den Bovenkamp en godsdienstfilosoof en theoloog Taede Smedes stellen bij Reporters Online dat we – anders dan statistici beweren en ondanks onszelf – hartstikke religieus zijn.

Dan moet je wel voorbij het clichédebat over God en zijn gevolg willen kijken, zeggen zij. De suggestie dat er in Nederland nauwelijks nog aan religie wordt gedaan – zoals het CBS stelt – heeft enige relativering nodig.

Menig godsdienstwetenschapper wees er al op dat dat te kort door de bocht is. Religie is niet identiek aan godsgeloof. Religiositeit speelt zich de laatste jaren steeds vaker in minder vaste vormen ook buiten de heilige gebouwen af.’

Kerkelijke hoogtijdagen worden ingeruild voor vieringen van ‘levensgebeurtenissen omdat we door het jaar heen tóch behoefte hebben aan betekenisvolle en gemeenschappelijk beleefde markeringsmomenten’. Theoloog Stefan Paas ziet nog meer ‘levensgebeurtenissen’ en twittert:

Er ontstaat langzaamaan een seculiere feestkalender, die te herkennen is aan telkens terugkerende discussies het jaar door: rondom vuurwerk, paaseieren, de uitgelekte miljoenennota en Zwarte Piet.’

In de huidige maatschappelijke discussies over genderongelijkheid, dierenrechten, racisme, klimaat en de macht van witte heteroseksuele cis-mannen onderscheiden degenen die daarin het hoogste woord voeren, zich nauwelijks van de godsdienstige fundamentalist in fanatisme en vasthoudendheid, eindeloos gedrein, bekeringsdrang en een totale ongevoeligheid voor nuance. Bekeringsijver en de neiging tot moraliseren liggen daarbij als een relict op onze postchristelijke schouders.

Van schuld – ‘dat oer-religieuze mechanisme waarmee mensen enigszins van hogerhand in bedwang werden gehouden’ – lijken we nog lang niet verlost, merkt Wilfred M. McClay ironisch op in het Amerikaanse academische tijdschrift The Hedge­hog Review.

Eens leefden we in de veronderstelling dat met Gods dood de schuldvraag automatisch zou verdwijnen en in principe zou alles dan zijn toegestaan. Maar het tegendeel is gebleken. McClay constateert dat we schuldiger zijn dan ooit tevoren. Vanwege onze ecologische voetafdruk, het slavernijverleden, discriminatie en genderongelijkheid, om maar iets te noemen.’

Het grote probleem, aldus Van den Bovenkamp en Smedes, is echter dat we met onze schuld nergens meer naartoe kunnen.

Kon God voorheen nog wel dienen als afvoerputje van onze morele tekortkomingen, nu we hem morsdood hebben verklaard, kijken we schuldig in de spiegel waarin we alleen onszelf zien staan. Die schuld kan verstikkend werken. Een passende formule voor vergeving, zoals de kerk die ooit bood, ontbreekt.’

En als we van die zonde verlost willen worden, zullen we dat zelf moeten doen. We zullen zelf ons paradijs moeten creëren, om het in de woorden van de Vlaamse psychiater Dirk De Wachter te zeggen. Zijn analyse in een notendop:

Ons leven op aarde is het paradijs. We moeten het hier leuk hebben, het leven is een feestje, een evenement, een festival, we moeten er alles uithalen. De Wachter ziet in zijn eigen praktijk steeds meer patiënten die daardoor depressieve klachten hebben ontwikkeld. We vinden er eigenlijk geen bal aan, aan ons zelfbedachte aardse paradijs. Om het een beetje vol te kunnen houden, gaan we massaal aan de antidepressiva.’

Het gevoel van schuld speelt een rol, namelijk de schuld jegens man, vrouw en gezin door het niet kunnen vinden van een balans tussen privé en werk. Met uiteindelijk vaak een burn-out tot gevolg. De oplossing zoeken we in consumeren. ‘Het is het gevoel van leegte dat ons doet consumeren.’ Maar uiteindelijk openbaart zich daarin juist des te schrijnender de leegte van ons bestaan.
Eveneens komt het verlangen naar het paradijs op aarde ook tot uiting in de extreme hang naar zuiverheid.

Ons voedsel moet vandaag vooral echt en puur zijn, vegetarisme wordt ingeruild voor het extremere veganisme, het handelen van bedrijven en over­heden moet transparant zijn en ons hele persoonlijke voorkomen liefst zo authentiek mogelijk.’

René ten Bos – destijds ‘Denker des Vaderlands’ – beschouwt in Trouw deze hang naar zuiverheid als een religieuze trek:

Natuurlijke zuiverheid is zo’n belangrijk gevoel geworden, het lijkt bijna een vervanging te zijn voor het geloof in God. Die vergoddelijking van de zuiverheid verklaart ook waarom de huidige discussie niet alleen speelt in religieuze, maar zeker ook in seculiere kringen: niet de wil van God is hier doorslaggevend, maar onze hang naar zuiverheid. Dat geeft weer aan dat de scheiding tussen een religieus en een atheïs­tisch wereldbeeld minder groot is dan we meestal veronderstellen.’

De religieuze ontwikkelingen die we tot dusver beschreven, zeggen Van den Bovenkamp en Smedes, hebben een hoog gehalte aan constructie: het is de mens die ze probeert te maken, te realiseren, precies om de controle en het overzicht te kunnen bewaren.

Maar aangezien menselijke constructen feilbaar zijn, stellen alle traditionele religies dan ook dat ze illusies zijn – en misschien staan die religies ons moderne mensen daarom ook zo tegen, omdat ze ons confronteren met ‘een waarheid’ die we liever niet onder ogen zien.’

Zie het uitgebreide artikel: We denken dat we steeds minder religieus zijn, maar – spoiler alert – dat is helemaal niet zo (Reporters Online, 2 december 2021) of via Blendle

Beeld: Daria Nepriakhina (Pixabay)