‘Vrijzinnig geloven, dat lijkt vooral heel veel niet geloven, niet in regels, niet in voorschriften, niet in dogma’s, misschien zelfs niet in God. Maar als vrijzinnigheid zoveel niet is, wat is het dan eigenlijk wel?’ – Wat een leegte blijft er achter na het lezen van het interview in Trouw met gasthoogleraar vrijzinnige theologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, filosoof en theoloog Chris Doude van Troostwijk. ‘Vrijzinnigen zijn solidair in het niet-weten.’
Eerder verwonderde ik me al over vrijzinnigheid. In mijn blog Remonstrantse God niet echt vrijzinnig bleef echter niet zo’n leegte van niet-weten achter als nu. Doude van Troostwijk weet in het interview nauwelijks invulling te geven aan vrijzinnigheid.
‘Ik? Nee, ben je gek. Ik ben de paus niet. Ik ga niet zeggen wat vrijzinnigheid is.’ (Doude van Troostwijk)
Verslaggever Maaike van Houten doet wel haar best erachter te komen wat vrijzinnigheid eigenlijk precies is. Ze krijgt nauwelijks antwoord. In mijn eerdere blog leek vrijzinnigheid toch iets meer in te houden dan Doude van Troostwijk nu doet vermoeden.
‘De remonstranten geloven – hoewel vrijzinnig – echter niet alles, maar weten zich een deel van de kerk van Christus, zoals in de Grondslagen staat. En ze hebben dus wel degelijk een geloofsbelijdenis, waarin ze tot uiting brengen wat hun geloof bezielt, verenigt en roept.’ (Uit: Remonstrantse God niet echt vrijzinnig)
Deze vrijzinnigen zeggen dus te geloven in Jezus, een van Geest vervulde mens, het gelaat van God dat ons aanziet en verontrust: Hij had de mensen lief en werd gekruisigd maar leeft, zijn eigen dood en die van ons voorbij; Hij is ons heilig voorbeeld van wijsheid en van moed en brengt ons Gods eeuwige liefde nabij.
Filosoof en theoloog Doude van Troostwijk zegt ‘misschien niet in God te geloven’. Maar dat betekent volgens hem dan weer niet dat we van een persoonlijke God afscheid moeten nemen. Als hij zegt dat vrijzinnigen solidair zijn in het niet-weten, beweert hij dat het om socratische onwetendheid gaat en dat dat niet negatief is. Vrijzinnigheid lijkt voor Doude van Troostwijk de positieve vrijheid om iets te kúnnen doen.
‘Als iets waarmee ik me engageer, waardoor ik me gebonden weet. Verantwoordelijkheid dus.’
Van solidaire onwetendheid naar bindende vrijheid, dat lijkt Doude van Troostwijk wel wat. Maar wat vrijzinnig geloven dan in zou kunnen houden, zoals in de aanhef geformuleerd, daar gaat het niet over. Het blijft bij het zoeken naar de kern van vrijzinnigheid. Leegte blijft massief achter als ik het interview wegleg. Vrijzinnigheid gaat vooralsnog nergens over. Eén troost. Doude van Troostwijk gaat twee jaar over die vraag nadenken.
Zie: Op zoek naar de kern van vrijzinnig geloven (Topics – Trouw)
Gerelateerd:
Remonstrantse God niet echt vrijzinnig
Beeld: iheartdr.com