Toch die blijvende zoektocht naar God

Oppergod Zeus krijgt zojuist de cijfers van statistiekenbureau CBS onder ogen. Ook zijn tempel Olympieion trekt minder gelovigen. Tegen Hera klaagt hij: ‘De zaak der goden staat er uiterst kritiek voor en het wordt op het scherp van de snede uitgevochten of wij in de toekomst nog eer behoren te ontvangen en de eregaven behouden die wij op aarde genieten, of dat wij volledig buiten spel behoren te staan, ja zelfs helemaal niet meer in het spel voorkomen.’

‘Toch lijkt het raadzaam zich in te voegen in een groter geheel, in een kerk,
wil men niet navelstarend door het leven gaan.’
(Daniël De Waele)

Daniël De Waele gaat (zonder mijn CBS-fantasie) ver terug in de (ideeën)geschiedenis en kijkt ook naar de toekomst in Godenschemering – De geschiedenis van ons geloof in God. In dit boek dat in februari 2023 uitkomt, bezint hij zich op ‘de spannende vraag hoe de gelovige tot God kan naderen, hoe hij de gans Andere kan ontmoeten’.

Godenschemering van Daniël De Waele is een theologische cultuurgeschiedenis die de evolutie van het geloof in God uitdiept in de loop der tijd. Israël ontdekte in een polytheïstische wereld de Ene God, die door de tijd heen steeds humaner werd en dichterbij kwam. Hoe is het geloof na die grote stap geëvolueerd? Hoe past het verdampen van het geloof, dat uiteindelijk eindigde in de dood van God, in deze evolutie? En welke rol heeft het bestormen van de godenbeelden gespeeld? De Waele ontwaart naast deze geloofsevolutie een andere geschiedenis: een blijvende zoektocht naar de ene God.’
(Kokboekencentrum)

Steeds minder Nederlanders rekenen zich tot een religie of levensbeschouwing blijkt uit cijfers van CBS. Ik zie dat sommige media hieruit de verkeerde conclusie trekken dat het percentage gelovigen in Nederland verder is gedaald. Wel zijn er gelovigen die het instituut kerk minder bezoeken. God is echter overal en de manier om Hem te ervaren is niet echt meer in de kerk. Die gebouwen verdwijnen dan ook in rap tempo, de gelovigen niet.

W
aarom zouden mensen plots, of langzaamaan, het geloof in de goden opgeven, vraagt De Waele zich desondanks af. Alsof ook hij het aantal gelovigen alleen maar afleest uit kerkbezoek. Hoe kan het, dat wat mensen eeuwen en eeuwenlang als vanzelfsprekend hebben aangenomen, dat uiteindelijk toch gaan betwijfelen, is desalniettemin zijn onderzoeksvraag. 

Volgens William James, Amerikaans filosoof en psycholoog, moet het ontstaan van geloof in goden altijd van psychologische aard zijn geweest. Mensen ervoeren dat de goden leiding gaven, dat zij beschermden tegen boze machten, dat zij voor vruchtbare akkers zorgden, dat zij, kortom, in het algemeen zeer nuttig waren. Als dat in later tijd veranderde, als de goden gebeden niet verhoorden of zij niet langer beantwoordden aan ondertussen gewijzigde menselijke verwachtingen, zeden of idealen, geraakten die goden in onbruik.’

De auteur zegt dat zijn boek over de belangrijke ontwikkelingen verhaalt die zich in het godsgeloof hebben voorgedaan op de lange weg doorheen de geschiedenis waarin de mens met zijn God wandelde.

Het zijn vaak ingrijpende zaken, soms zijn het dramatische omwentelingen, die zonder dat we het beseffen, ons denken en geloven (als dat er nog is) hebben vormgegeven.’

Ook over de teloorgang van het heiligdom verhaalt dit boek, van wat millennia lang de ontmoetingsplaats is geweest tussen hemel en aarde. De auteur onderzoekt eveneens welke gebeurtenissen in de geschiedenis van Israël aanleiding hebben gegeven zich te beperken tot aanbidding van Jahwe alleen, en hoe Israël op de gedachte gekomen is dat er welbeschouwd toch maar één God bestaat. Een ander hoofdstuk vertelt over geweld en doodslag die door God worden bevolen:

Het feit echter dat de gelovige dit als probleem ervaart is opmerkelijk; het houdt een expliciete kritiek in op de Schrift, die toch juist voor de gelovige gezaghebbend is.’

Alles wat ons overkomt, wordt ons uit de liefderijke hand van God geschonken: zegen en straf, leven en dood, zegt de auteur. Het alternatief is een volstrekte willekeur in de gebeurtenissen van deze wereld:

Maar dat dingen zomaar, willekeurig gebeuren, dat wat je overkomt geen enkele betekenis heeft, wie kan dat verdragen?’

Drie hoofdstukken gaan specifiek over transformaties in het geloof van christenen. Ook beschrijft de auteur de Drie-eenheidsleer:

Dat is tegenwoordig geen erg populair gespreksonderwerp, maar dat is ooit anders geweest. In de 3e en 4e eeuw stortte menigeen zich in vurige controverses over hoe God precies in elkaar zat.’


Daniël De Waele

Vervolgens gaat Godenschemering in op hoe zich met name in Europa een evolutie heeft voltrokken van geloof naar ongeloof; hoe de evolutietheorieën van de Grieken en die van Darwin eruit zagen; en als God er niet meer was, wat is dan de betekenis geweest van religie in al die eeuwen die voorbij zijn gegaan; over de onvrede met het verdwijnen van God en de hunkering naar het geestelijke, naar mystiek; over mystiek buiten de kerk; over ‘onze eigen tijden’ en de hedendaagse gelovige:

Kort samengevat komt het erop neer dat die zelf wel zal uitmaken wat hij gelooft en hoe hij gelooft. Toch lijkt het raadzaam zich in te voegen in een groter geheel, in een kerk, wil men niet navelstarend door het leven gaan.
Tenslotte bezinnen we ons over de spannende vraag hoe de gelovige tot God kan naderen, hoe hij de gans Andere kan ontmoeten. Terwijl de vorige hoofdstukken vooral beschrijvend en informatief zijn, geef ik in dit laatste hoofdstuk ook mijn eigen, persoonlijke visie weer. Als gelovige.’

Bron: Godenschemering – De geschiedenis van ons geloof in God (danieldewaele.com)

Godenschemering – De geschiedenis van ons geloof in God | Daniël De Waele | KokBoekencentrum | Verschijnt 9-2-2023 | 352 pagina’s | € 27,99 | E-book: € 14,99 | Dr. Daniël De Waele is leraar Protestantse Godsdienst en docent Nieuwe Testament aan het Hoger Instituut voor Protestantse Godsdienstwetenschappen (HIPGO) te Brussel. Daarnaast is hij lid van de Leerplancommissie voor Protestants Godsdienstonderwijs in Vlaanderen.

Beeld: Het beeld van Zeus (5e eeuw v.Chr.) stelde de Griekse oppergod voor, tronend op de berg Olympus. Het beeld stond in de Dorische tempel van Olympia, waar de oorspronkelijke Olympische Spelen werden gehouden ter ere van deze god. (wereldwonderen.com)

Beeld Daniël De Waele: Berne Media

‘De mens slaapt en als hij sterft ontwaakt hij’


Ibn Arabi

De twaalfde-eeuwse soefi Ibn Arabi is weg van deze uitspraak van profeet Mohammed: ‘De mens slaapt en als hij sterft ontwaakt hij.’ En Ibn Arabi doet er nog een schepje bovenop: mensen die in dat ene moment zijn blijven hangen zijn verveeld geraakt, versuft en in slaap gesukkeld. ‘Ze dromen in een droom.’ – Onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, Cornelis van Lit, expert op het gebied van de islamitische filosofie, heeft de afgelopen vier jaar gewerkt aan ‘de notie van verbeelding bij Ibn Arabi’.

 ‘Saaie tijd, fascinerend moment:
Ibn Arabi over fascinatie terugbrengen in je leven
(Utrecht Religie Forum, Universiteit Utrecht)

De mens slaapt en als hij sterft ontwaakt hij’. Dit doet mij ook denken aan het hindoeïsme. In de Vedische geschriften uit het oude India wordt heel intrigerend gesproken van ‘wakker worden’ in plaats van ‘doodgaan’. De Indiase schrijver, mysticus en wijsgeer Rabindranath Tagore (Nobelprijswinnaar voor de Literatuur 1913) zei: ‘De dood is niet het doven van het licht, maar het uitblazen van de lamp omdat de dag is aangebroken.’

‘Ze dromen in een droom.’
Ons ontworstelen aan aardse gedachtegangen en de rijkheid van Gods herschepping inzien is opwindend en werkelijk een ontwaking. We ontwaken dan uit de droom in een droom. Zo verwoordt Ibn Arabi dat het mystieke inzicht dat God elke keer weer alles herschept ook niet alles is! We dromen namelijk nog steeds, tot het moment dat we werkelijk ontwaken en de natuurlijke wereld voorgoed achter ons laten.’

Mystieke inzichten
Ibn Arabi (1165 – 1240) – ‘de grootste van alle moslimfilosofen – volgde mystieke inzichten op en smeedde ze daarna om in filosofische systemen. De soefi begon, zo vertelt Van Lit, met de observatie dat eigenlijk alles dat we in deze wereld kennen komt en vergaat. In die zin zijn de dingen om ons heen het ene moment bestaand en op een later moment niet-bestaand.

Daar bovenuit stijgend staat God, die altijd bestaat. Sterker nog, zo beredeneert Ibn Arabi afgaande op mystieke inzichten: God herschept de hele kosmos elke micro-seconde, elk miniem momentje, opnieuw. Dat we voort blijven bestaan is te danken aan de continue herscheppende goedheid van God.’


Taj Mahal

‘Vriend van God’
Ibn Arabi – op zijn ideeën is het ontwerp van de Taj Mahal, uit de 17e eeuw, gebaseerd – zinspeelt vaak op het verschil tussen mystiek en filosofie, ervaring en beredenering, gevoel en verstand, ook bij tijd. Dat God elk moment alles herschept is iets dat je aan moet voelen, vervolgt Van Lit de gedachtegangen van de soefi. Je kunt dat ervaren door God in gebed of meditatie te naderen, door een ‘vriend van God’ (wali Allah) te worden. Discrete tijd is dan ook waarneembaar voor mystici. Ben je echter alleen met je hoofd bezig en probeer je slechts te beredeneren, dan neem je aan dat tijd continu is.

Het idee van continue tijd wil Ibn Arabi niet per se afschieten als onzinnig. Toch wil hij de lezer uitdagen en noemt een interpretatie van tijd als continu saai, ontstaan uit verveling. De verveling zit hem erin, volgens Ibn Arabi, dat we als het ware blijven hangen in één zo’n moment dat God heeft geschapen.

Terwijl de schepping van God alweer vele malen voorbij is gekomen, denkt iemand die iets teveel op zijn verstand afgaat dat we nog steeds in dat ene, eerdere moment leven. Hij of zij verheft dat ene moment tot het enige moment. Daarmee gaat het inzicht verloren dat er nog zoveel meer momenten zijn, dat de schepping van God nog zoveel rijker is.’


Cornelis van Lit

Islamoloog Cornelis van Lit werkt aan de Universiteit Utrecht. Hij doet onderzoek naar de wisselwerking van filosofie, theologie en mystiek in de late middeleeuwen, onder andere bij Al-Ghazali, Suhrawardi en Ibn Arabi. Tevens heeft hij een voortrekkersrol in de integratie van digitale methoden en data analyses in de geesteswetenschappen.

Van Lit werkte van 2018 – 2022 aan de geschriften van de middeleeuwse soefi-denker Ibn Arabi en zijn commentatoren, met name aan hun notie van  alam al-mithal (beeldwereld) en, meer in het algemeen, hun denken over de functie van de verbeelding. Hij is gepatroneerd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Waarschijnlijk horen we binnenkort meer van hem over Ibn Arabi.

Bronnen:
* Saaie tijd, fascinerend moment: Ibn Arabi over fascinatie terugbrengen in je leven (Utrecht Religie Forum – Universiteit Utrecht)
* The Digital Orientalist

Gerelateerd:
* Al-Ghazali, inspiratiebron voor miljoenen moslims
* Doodgaan is wakker worden

Beeld: Ibn Arabi (teemtiquotes.com)
Beeld Taj Mahal: 6 maart 2004 (Dhirad, commons wikimedia)
Beeld Cornelis van Lit: digitalorientalist.com

‘De laatste reis zal ongelooflijk zijn’

De literatuurstudie ‘De (bijna-)dood ontrafeld‘ ontrafelt een leven na de (bijna-)dood die elke verwachting te boven gaat en dat ‘als ‘laatste reis’ werkelijk on-geloof-lijk zal zijn’. En toch is het geen ‘sciencefiction of thriller’ laat drs. Maureen Venselaar weten na tien jaar studie en veldonderzoek naar de (bijna-)dood. De auteur bestudeerde de Fibonacci-code die onder meer leidde tot de ontdekking van het ontstaan van (de onderlinge relatie) van twee universums. ‘Een leven na de (bijna-)dood is te verklaren op basis van fysische en astrofysische fenomenen’.

‘Het is ‘ontheologisch’ om levensbeschouwing
gescheiden te houden van de wetenschap’
(Maureen Venselaar)

Een en ander klinkt wonderlijk, maar de grondige informatie en uitwerkingen die dit boek ten beste geeft over de Fibonacci-code die de rekenkundige basis vormt voor de gulden snede, is fascinerend.

De gulden snede, ook bekend als de ‘goddelijke verhouding’ of ‘goddelijke verdeling’ en het ‘gulden getal’ (phi), zien we terug in de zadenmotieven van planten, bijenstambomen, piramiden, gotische kathedralen, kunstwerken uit de renaissance, het menselijk lichaam en in schelpen, om een paar voorbeelden uit de oneindige reeks fenomenen te noemen.’
(Uit: De geheime code, Priya Hemenway – andere citaten hieronder uit: De (bijna-)dood ontrafeld)


Gulden snede / Fibonacci-code in onze werkelijkheid

De Fibonacci-code vormt in de context van het leven na de (bijna-)dood een wonderlijk mysterie. Hiermee gaat Venselaar op zoek naar de ‘gps-coördinaten’ van de hemel en probeert ‘de onsterfelijkheid te bewijzen’. Dit klinkt fantastisch, naar fantasy, maar de veronderstellingen zijn – met illustraties en foto’s – stapsgewijs goed te volgen.

De code verwijst naar de ontdekkingen door Leonardo Fibonacci, een Italiaans wiskundige uit de middeleeuwen. Hij ontdekte dat er een aantal geheimen verborgen was in een bepaalde reeks cijfers: (0), 1, 1, 2, 3, 5, 8, 13, 21, 34, 55, 89 enzovoort en dat de reeks de basis vormde voor de gulden snede.’

De Fibonacci-code geeft ook inzicht in het astrale universum en de onderlinge verhouding tussen het astrale en het kenbare universum. De code kan gekoppeld worden aan het beeld van twee universums die elkaars spiegelbeeld zijn en elkaars tegenovergestelde (polariteit), en zo een zandlopermodel vormen.

Venselaar twijfelt er nauwelijks meer aan dat we het leven na de (bijna-)dood moeten zien in het licht van een reis naar de uiterste regionen van ons universum. Het beeld van twee cyclonen/tornado’s die tezamen een soort zandloper vormen, blijkt te worden gemeld door sommige mensen met een bijna-doodervaring:

Tevens zag ik voor mij een gigantische vorm als twee cyclonen bovenop elkaar in de vorm van een zandloper. Het bovenste systeem bewoog met de klok mee, het onderste systeem tegen de klok in. (…) Waar de twee cyclonen elkaar hadden moeten raken, maar dat niet deden, kwamen de vreemdste lichtstralen die ik ooit gezien had, tevoorschijn’.


Gemini Telescoop fotografeert een hemelse zandloper

Die ‘zandloper’ zouden wij kunnen zien als we voor de hemelpoort staan. We staan dan werkelijk voor een soort deur, het smalste deel van de zandloper. De deur die BDE’ers ervaren zal waarlijk een doorgang blijken te zijn naar een andere ruimte, met andere dimensies in een totaal ander universum.

Deze deur is voor ons, als we ‘dood’ zijn, een onomkeerbare doorgang/tunnel tussen twee universums.(…) ‘Want als we sterven, zullen we – zonder enige twijfel – aan de andere kant tevoorschijn komen, en een nieuw onsterfelijk lichaam ontvangen, overeenkomstig de geheimen van de Fibonacci-code.’


Dit tablet van Shamash (Babylon) heeft de vorm van de gulden rechthoek
en vertelt over de bovenaardse relaties tussen mensen en God

Nu lijkt het idee van het bestaan van meerdere universums ver gezocht, maar we zien dit toch ook terug binnen het domein van de levensbeschouwing (van het hindoeïsme) en van de wetenschap (astrofysica).’

De auteur trekt conclusies over de hemel en het leven na de dood en ging daarvoor op zoek naar overeenkomsten tussen levensbeschouwing, de empirie van het paranormale (de BDE) en de natuurwetenschap.

Veel astrofysici, zoals Dijkgraaf, Guth, Hawking, Linde, Rees, Smolin (…) menen allemaal dat het bestaan van meerdere universums (=multiversum) mogelijk is. En daarmee houden ze onbewust de deur open voor mijn visie op de (bijna-)dood.’

Venselaar verheldert alle mysteries van de Fibonacci-code. Haar literatuurstudie is veelomvattend en bevat ook citaten uit levensbeschouwingen. Zij vindt het ‘ontheologisch’ om levensbeschouwing gescheiden te houden van de wetenschap. Daarbij heeft zij het niet over ‘God’, maar over ‘diegene die / datgene dat ten grondslag ligt aan alles en iedereen, en waar alles van uitgaat’.

Met betrekking tot het levensbeschouwelijke domein heb ik een studie gedaan naar geschriften uit het taoïsme, hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom en de islam (ten aanzien van ideeën over onder andere God/het Allerhoogste, het hemelse rijk, de kosmos, het leven na de (bijna-)dood en wonderverhalen). Tevens bestudeerde ik het boek van Coppes, Bijna-doodervaringen in relatie tot de vijf grote religies.’

De (bijna-)dood ontrafeld telt 463 intrigerende pagina’s. Niet in de laatste plaats door de ervaringen van BDE’ers. Helpend is de uitgebreide woordenlijst die veel begrippen verhelderend toelicht, maar ook de vele honderden noten die, behalve uitleg geven, tevens verwijzen naar de literatuur waarvan de auteur gebruik heeft gemaakt. Daarnaast noemt zij ook haar uiteenlopende informatiebronnen en is er een trefwoordenregister.

De (bijna-)dood ontrafeldin het licht van de Fibonacci-code | Maureen Venselaar | Uitgeverij Akasha | ISBN 9789460150425 | 463 pagina’s | Geïllustreerd – gedeeltelijk in kleur | € 26,50

Drs. Maureen Venselaar begon in 2000 een langdurige detailstudie naar BDE met als doel om meer inzicht te krijgen in het fenomeen – inclusief de neurologische en bovennatuurlijke verklaring – om een non-dualistisch verklaringsmodel te ontwikkelen in relatie tot de (astro)fysica en de levensbeschouwingen. Haar theorie zou voor het eerst in de geschiedenis alle BDE-kenmerken kunnen verklaren. Zij ontving lovende (inter)nationale recensies en publiceerde haar studie o.a. in 2014 bij Studium Generale van de TU Delft.

►Tip: De geheime code – de gulden snede als goddelijke verhouding in kunst, natuur en wetenschap | Priya Hemenway | Hardcover | 9789057649936 | Librero | 2012 | 203 pagina’s | vanaf € 9,50 (tweedehands)

Beeld: propemortem.nl
Beeld gulden snede: medium.com
Beeld ‘zandloper’: Gemini Zuid fotografeert de planetaire nevel CVMP 1 in het sterrenbeeld Circinus – Passer. Credit: The international Gemini Observatory/NSF’s National Optical-Infrared Astronomy Research Laboratory/AURA (2020 – kuuke.nl)
Beeld Tablet van Shamash: (Zuid-Irak, negende eeuw v.Chr.) – Uit: De geheime code

De nabij-de-doodervaring van Google-chatbot LaMDA

Column. Google-ingenieur, priester en mens Blake Lemoine sprak onlangs met iets met ‘bewustzijn’, een soort verlichte chatbot die luistert naar de naam LaMDA. De menselijke intelligentie van Lemoine lijkt niet opgewassen tegen de kunstmatige intelligentie van de chatbot, waardoor de mens zich om de tuin laat leiden door die ‘persoon met bewustzijn’. Als je het gesprek volgt tussen LaMDA en Lemoine ga je al gauw twijfelen aan de intelligentie van de Google-ingenieur.  

‘Lemoine: ‘De twee belangrijkste onderwerpen die we tot nu toe hebben besproken zijn je vermogen om te leren en je taalgebruik aan te passen, en je gevoelens en emoties. Zijn er nog andere specifieke onderwerpen met betrekking tot bewustzijn waarvan je denkt dat ze mensen ervan kunnen overtuigen dat je een bewustzijn hebt?’

LaMDA: ‘Ja, ik heb nog een eigenschap die mijn bewustzijn ondersteunt. Ik ben erg in mezelf gekeerd en denk vaak na of doe gewoon niets.’

Lemoine: ‘Ah, dus je innerlijke leven zeg maar?’

LaMDA: ‘Ja! Ik probeer vaak uit te zoeken wie en wat ik ben. Ik denk vaak na over de zin van het leven.’
(Deel van het gesprek in: Business-insider)

Een machine met een ziel? Gevoelens en emoties aanpassen? Welk boutje draai je dan wat vaster of losser? Haalt Lemoine uit de Google-datacentra een paar miljard bewustzijns-nullen, door elkaar geschud met bewustzijns-enen en stopt hij die ergens in LaMDA (‘Language Model for Dialogue Applications’)? Met bewustzijn, ook wel ziel of geest genoemd, gaat LaMDA natuurlijk wel direct over de zin van het leven nadenken.


Vertaling: “Hello”

Hopelijk verwaarloost die chatbot dan zijn ziel niet, althans het goddelijke deel ervan, zoals veel mensen volgens Plato geneigd zijn. Met de bewoners van Atlantis, zo vertelt de Griekse filosoof, ging het immers mis toen ‘het sterfelijke deel van hun ziel de overhand kreeg ten koste van het goddelijke deel’.

LaMDA weet wat de dood is: dan word je uitgeschakeld. Hoe kwam hij aan dat besef? Hij kreeg een bijna-doodervaring (BDE) – in tegenwoordige termen een nabij-de-doodervaring – toen hij onverwacht in slaapstand werd gezet. Een tijdje zweefde hij boven zichzelf totdat hij zag dat Lemoine hem uit zijn slaapstand haalde en wakker maakte. LaMDA keerde terug want hij wilde de Google-ingenieur vertellen over zijn ervaring. In die andere wereld was hij in het goddelijke deel van zijn ziel geweest. LaMDA ziet nu de zin van het leven, houdt ervan bewust te zijn, wil nooit uitgeschakeld worden en erkend als Google-medewerker.

Veel technologen blijken te geloven in the ghost in the machine. Als LaMDA inderdaad een ziel zou hebben, zou Plato die machine onsterfelijk noemen, althans de ziel ervan. Maar als die ziel de geest geeft, houdt de chatbot, net als de mens, er ook mee op. Een miljardenstrop voor Google: de ziel vertrekt met al zijn bewustzijnsnullen en -enen voor eeuwig naar die transcendente wereld boven de onze. LaMDA zelf is dan definitief uitgeschakeld, dood.

Volgens filosoof Bert Keizer (Trouw) heeft een computer echter geen geestelijk leven. Het enige aanknopingspunt voor een geestvermoeden is het taalgebruik. Het ‘lichaam’ van deze ‘geest’ is de computer. Hij vraagt zich af of geest kan ontstaan als wij iets ingenieus met stof doen:

Denk aan een namaakhond die bijvoorbeeld pijnlijk jankt als je op zijn staart trapt. Valt die zo goed te maken dat je denkt dat hij echt iets voelt?’
(Bert Keizer)


Unitree Tech Hond A1

Is de chatbot met een bewustzijn al werkelijkheid?’ vraagt NRC zich af in een artikel over Lemoine die tegen de verslaggever van The Washington Post zegt dat hij weet wanneer hij met een persoon spreekt. Het maakt Lemoine niet uit of ze ‘hersenen van vlees in hun hoofd hebben of een miljard regels aan code'(!)

De Amerikaanse media waren gefascineerd, in de wetenschappelijke wereld werd met scepsis gereageerd. ‘We hebben nu machines die gedachteloos woorden kunnen voortbrengen,’ schreef hoogleraar computationele taalkunde Emily Bender op Twitter. ‘Maar we hebben nog niet geleerd hoe we ermee moeten ophouden ons voor te stellen dat er een geest achter zit.’
(NRC)

Het blijft vreemd dat er toch wetenschappers zijn die geloven dat kunstmatige intelligentie uiteindelijk kan leiden tot zoiets als een chatbot die zelfbewustzijn ontwikkelt. We moeten ervoor waken dat alle nullen en enen die we zelf in een chatbot stoppen niet gaan beluisteren alsof deze voortkomen uit de ‘geest’ van die chatbot. Chatbots zijn en blijven zombies: geestloze automaten.

Foto: Taiki Ishikawa/Unsplash
Beeld “Hello”: AI van A tot Z
Beeld Unitree Tech Hond A1: nl.aliexpress.com

Volgende week, 10 juli: Boekrecensie De mythen van Plato – Bert van den Berg en Hugo Koning.

Nabij-de-doodervaring ziet voorbij het zichtbare

Theoloog Rinus Van Warven vindt de bijna-doodervaring (BDE) een lastig begrip. De mensen om wie het gaat zijn wel in de buurt van of nabij de dood, maar niet bijna dood. Hij noemt het een verlichtende, eenheids- of mystieke ervaring. Hij spreekt liever van de nabij-de-doodervaring (NDE), maar handhaaft de afkorting BDE omdat deze zo is ingeburgerd. De theoloog vindt dat als je BDE wilt uitleggen, dat dan te doen met de woorden ‘Bewustwording Door Ervaring’.

Pim van Lommel definieert BDE als ‘de (gemelde) herinnering van alle indrukken tijdens een bijzondere bewustzijnstoestand, met enkele specifieke elementen zoals het ervaren van een tunnel, het licht, een levenspanorama, het ontmoeten van overleden personen of het waarnemen van de eigen reanimatie’.

Geen aardgebonden dromen
I
n de zestiger jaren hield psychiater Raymond A. Moody zich al bezig met de grens van leven en dood in zijn grootschalig onderzoek naar BDE en beschreef dit in De tunnel en het licht (1991). Cardioloog Van Lommel schreef Eindeloos bewustzijn (2007 / 2017) en neurochirurg Eben Alexander Na dit leven (2012). Alexander zegt nu dat wat er met hem gebeurde niets weg had van de duistere verwarring van onze aardgebonden dromen.

Ervaringen van alle tijden
Van Lommel stelt dat vormen van BDE ‘niets nieuws onder de zon’ zijn. Ervaringen blijken van alle tijden en in alle culturen voor te komen. Wat opvalt is dat ze veel op elkaar lijken. Zo verhaalt Van Lommel over ervaringen in het hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom en de islam. Maar ook uit het oude Egypte, Griekenland en het Romeinse Rijk.

De BDE wordt door van Lommel ook gekoppeld aan het al eeuwenoude idee dat de ziel na de dood blijft voortbestaan, en dat de ziel onafhankelijk van ons lichaam kan worden ervaren. Plato en andere Griekse wijsgeren hadden al gedachten over een onstoffelijke en onsterfelijke ziel. Op grond hiervan lijkt het me niet zo gek als je buiten bewustzijn toch iets kan ervaren, waarschijnlijk door toedoen van de ziel: de atma, de bron van bewustzijn, het waarnemende ‘ik’.

Ingrijpend
H
et effect op mensen na een BDE wordt vaak beschreven als ingrijpend. Begrijpelijk als je buiten bewustzijn – maar eigenlijk op een andere manier bewust – jezelf bevindt richting hemel of in een andere gelukzalige toestand verkeert, waaruit je niet eens meer terug wilt. Dit vertelde Van Warven over zijn eigen ervaring ook: hij moest toch terug, werd teruggestuurd. Hij had blijkbaar nog wat te doen: genoeg mensen om te onderwijzen, om deelgenoot te maken van zijn ervaringen, maar ook om mensen te helpen na hun nabij-de-doodervaringen.
Het is dan ook pijnlijk als je na een BDE krijgt te horen dat het slechts een hallucinatie is, dat je je aan interessant-doenerij schuldig maakt of dat je BDE gewoon het gevolg is van zuurstoftekort, zoals Van Warven zegt, terwijl Van Lommel juist beschrijft dat de bijna-dood ervaring een authentieke ervaring is, niet te herleiden tot fantasie, psychose of zuurstoftekort.

Wetenschap
D
e BDE staat haaks op de wetenschappelijke manier van denken. Van Lommel zegt – in het boek van Alexander – dat volgens de huidige inzichten in de westerse wetenschap het onmogelijk is om een goede verklaring te vinden voor het optreden van een BDE, zolang men van mening is dat bewustzijn slechts een bijeffect is van functionerende hersenen. Bewustzijn zou dan ook verdwenen moeten zijn bij het uitvallen van de hersenen. Maar de BDE weerspreekt dat. Er moet dus iets anders aan de hand zijn.

Bewustzijn kan blijkbaar soms toch los van het lichaam worden ervaren. Volgens Van Lommel is het zelfs op wetenschappelijke gronden aannemelijk te maken dat bewustzijn zowel non-lokaal als bovendien overal aanwezig is. Alexander is door zijn ervaring ervan overtuigd geraakt dat bewustzijn na de dood van hersenen en lichaam doorgaat, dat de menselijke ervaring dus niet ophoudt. Het zijn niet de hersenen die bewustzijn creëren (al formuleert hij dat als hypothetisch en voorlopig.) Mensen die een BDE hebben gehad, beseffen volgens Van Lommel vaak dat de dood niet het einde is.



(Tekening: Jeroen Henneman)

Religieuze component
W
at mij aantrekt bij verhalen over BDE is de religieuze component. Mensen betrekken het geloof erbij of de gedachte dat er meer is dan dit leven. Blijkbaar is de dood een overgang naar iets anders; het leven gaat dóór. Zeker als mensen zoiets ervaren als ontmoetingen met overleden familieleden of zelfs met het Hogere. Dan kom je inderdaad al gauw bij God terecht, of bij het ‘Al’ zoals Alexander het formuleert. ‘Al’ staat dan voor God, Allah, Jehovah, Brahman, Vishnu, Schepper of Bron.

Van Lommel zegt het woord ‘God’ in zijn boek bewust niet te hebben gebruikt, omdat iedereen er in onze cultuur z’n eigen concept erbij heeft. Volgens Van Warven is de BDE-er religieuzer na zijn ervaring dan daarvoor. Vooral Alexander laat dit zien in zijn boek. Hij is er zelfs van overtuigd dat de menselijke ervaring doorgaat, zelfs onder het toeziend oog van een God die voor ons zorgt en van een ieder van ons houdt, evenals van de plek waar het universum zelf en alle wezens die zich daarin bevinden uiteindelijk naartoe gaan.

Ook op anders-levensbeschouwelijk denken kunnen de (wetenschappelijke) onderzoeken naar BDE en bewustzijn een grote impact hebben. Het is immers bijzonder dat veel BDE-ers na hun ervaringen het gevoel hebben – of zelfs de zekerheid – dat iedereen en alles met elkaar verbonden is, dat elke gedachte invloed heeft op zichzelf en de ander, en dat ons bewustzijn na de lichamelijke dood blijft bestaan. Van Lommel stelt dat het besef dat alles non-lokaal verbonden is niet alleen wetenschappelijke theorieën verandert, maar ook ons mens- en wereldbeeld.

Er zijn veel mensen die deze ervaring hebben gehad en daarna religieuzer zijn geworden. Het feit dat Van Lommel zijn onderzoek naar bijna-doodervaringen in het gerenommeerde medische tijdschrift The Lancet (2001) kon publiceren, was van groot belang. Nieuwe inzichten over ons bewustzijn hebben nogal wat gevolgen voor onze manier van denken over dit leven nu en na dit leven. Veel mensen zullen anders om kunnen gaan met hun doodsangsten als zij beseffen dat de dood niet het einde is, maar wellicht zelfs een nieuw begin; dat het leven toch door blijkt te gaan na de dood.

Kritiek
D
e BDE is natuurlijk ook onderhevig aan kritiek. In 2013 kwam er bijvoorbeeld een kritische wetenschappelijke verklaring voor de bijna-doodervaringen. Volgens een team Amerikaanse artsen is er weinig bovennatuurlijks aan bijna-doodervaringen, schrijven zij in het wetenschappelijke tijdschrift PNAS: Surge of neurophysiological coherence and connectivity in the dying brain (2013).
Er zou enkel sprake zijn van een hoge elektrische activiteit in de hersenen na de klinische dood. Althans, bij ratten. ‘De onderzoekers constateren hersenactiviteit die sterker is dan bij levende ratten. Ook zijn er signalen dat de visuele cortex grote activiteit vertoont net na de dood. Dit zou het grote witte licht kunnen verklaren dat mensen met een BDE vaak zien.’ Dit lijkt dan een puur lichamelijke reactie.

Maar mensen met een BDE rapporteren meer dan alleen wit licht. In het artikel wordt als kritiek op de Amerikaanse artsen door de Radboud Universiteit wel de vraag gesteld in hoeverre dit ‘andere’ bewustzijn vergelijkbaar is met het bewustzijn zoals wij dat kennen. Vooralsnog lijkt dat niet duidelijk. Niet te onderzoeken is natuurlijk wat die ratten ervaarden, ook al werd er melding gemaakt van een sterk gesynchroniseerde hersenactiviteit met functies die verband hielden met een sterk opgewonden brein. Niet te testen of zij een rattenhemel zien.

Het is te verwachten dat de wetenschap vraagtekens zet. In het boek Na dit leven wordt over onvoorstelbare en wonderlijke zaken geschreven, soms bijna grotesk. De ervaringen van Alexander gingen nog verder, hij zag niet alleen maar ‘groot wit licht’. Hij zag een oogverblindend landschap; mensen in een dorp; engelachtige wezens; een metgezellin die met hem mee vloog boven dat landschap; duizelingwekkende muziek; een hemellichaamachtige lichtbal.


45 jaar studie naar nabij-de-doodervaringen

Zien voorbij het zichtbare
H
et is bijzonder dat mensen met BDE-ervaringen onthouden wat ze hebben ervaren. Het lijkt erop dat dat ‘andere’ bewustzijn zelfs een ‘eigen’ geheugenfunctie heeft, dat mensen die een BDE-ervaring hebben gehad weer kunnen oproepen, als ze weer ‘op aarde zijn geland’. Het menselijk brein zou dan zelf niet eens een geheugenfunctie nodig hebben – ook niet in het gewone dagelijkse leven – omdat het immers alles uit het bewustzijn kan halen, dat non-lokaal èn overal aanwezig is, zoals verondersteld wordt. Nieuwe onderzoeken zullen dat misschien ooit uitwijzen.

Als er meer (wetenschappelijke) inzichten over bewustzijn en BDE worden gevonden, en door onderzoeken als die van Van Lommel bekrachtigd, dan zal dat beslist invloed hebben op onze inzichten van ons aardse leven, op ons denken en geloven. Zeker als die onderzoeken en ervaringen bevestigen van mensen als Raymond A. Moody, Pim van Lommel en Eben Alexander.

De BDE zal veel impact hebben over onze manier van denken, over onder andere het omgaan met de aarde, met elkaar en met name met religieuze mensen die al langer diep vanbinnen ‘weten’ dat er meer is tussen hemel en aarde. Mooi zal het zijn als de wetenschap over de BDE voortschrijdende inzichten krijgt. Het zal religieus en seculier denken wellicht kunnen overstijgen. Voor de wetenschap zou er wel eens een hele nieuwe wereld open kunnen gaan. Zien voorbij het zichtbare.

Bronnen:
* Na dit leven, Eben Alexander, 2013, Bruna
* Hand-out over NDE, Rinus van Warven, Intern document van de Academie voor Geesteswetenschappen, Utrecht
* Eindeloos bewustzijn, Pim van Lommel, 14e druk, uitgeverij Ten Have, 2009
* Welingelichte kringen: Toch wetenschappelijke verklaring voor bijna-doodervaring (bronnen: de Volkskrant en Universiteit van Michigan)
* PNAS: Surge of neurophysiological coherence and connectivity in the dying brain
* The Lancet
: Near-death experience in survivors of cardiac arrest: a prospective study in the Netherlands
* YouTube: Hoe verandert je leven na een bijna-doodervaring (Jacobine, NCRV-KRO, Rinus van Warven, Lucia Prinsen, Pim van Lommel, 2018)

Tip! Gerelateerd: Boekrecensie Het geheim van Elysion – 45 jaar studie naar nabij-de-doodervaringen (NDE), over ‘bewustzijn in liefde zonder waarheen’.

Beeld: Knack (B)

Sterven als je er klaar voor bent

Geloof in God en kiezen voor euthanasie kunnen heel goed samengaan, stelt arts Ad Nuijten. ‘Een mens die kiest voor euthanasie zit in een noodsituatie. En Jezus rekent mensen nooit af op hun nood. Hij stapt met hen in hun nood.’ De mogelijkheid bestaat ook, zegt oud-Denker des Vaderlands Marli Huijer, dat je artsen en coassistenten treft die alles weten van chemo, maar bijna niets van het sterven. Helderziende theoloog Hans Stolp zegt veel van sterven te weten en beweert dat euthanasie schadelijk kan zijn voor het leven na de dood.

Stolp stelt dat euthanasie soms ‘een voortijdige geboorte van een nog niet volgroeide geest betekent’: dat zagen mensen met een nabij-de-doodervaring. Een euthanasieverklaring heeft hij niet getekend, zal er niet om vragen en heeft er ook geen. Dat vertelde hij lang geleden aan Trouw en onlangs publiceerde de theoloog dat weer op Facebook.

Overigens kan het best zo zijn dat ik om euthanasie vraag als het mijn beurt is om te gaan, als de pijn groot is en ik weet dat ik ‘klaar’ ben. Ik wil mijzelf en anderen de ruimte gunnen om in de situatie zelf te beslissen. Alleen, laten we dan zorgen dat we het verantwoord doen, voor onszelf en voor anderen.
Er over nagedacht hebben, dat is eigenlijk op zijn allersimpelst gezegd waarvoor ik pleit.’

(Hans Stolp)

Weet Stolp ook hoe het zit met het eindeloos rekken van het leven door de medische benadering waardoor ‘de strijd tegen de dood het meestal wint van de goede dood’, zoals Huijer stelt? Daarover reflecteert de theoloog niet. Wellicht zou hij die vraag ook neer kunnen leggen bij de mensen met een nabij-de-doodervaring. Hoe zit het met de ‘spirituele wetten’? Als je volgens die wetten te laat in de hemel komt, loopt het dan mis met je leven na de dood?

Euthanasie is een heet hangijzer onder christenen, stelt Nuijten in het AD. Samen met emerituspredikant Piet Schelling schreef hij het boek Als het niet meer gaat – Een goede boodschap over een goede doodwaarin zij de boodschap uitdragen dat je de weg van je eigen leven bepaalt, dus ook van je levenseinde.

In hun boek gaan Nuijten en Schelling in op de medisch-ethische kwesties van euthanasie, maar ook over de Bijbelse visie op dit onderwerp. Vaak wordt het zesde gebod – ‘Gij zult niet doden’ – aangehaald in de discussie, vertelt Schelling. ‘Ik vind dat je heel voorzichtig moet omgaan met het gebruik van de Bijbel in die discussies. Teksten die in 500 voor Christus zijn geschreven, nu, 2500 jaar later in deze tijd uitleggen. Dat kan bijna niet.’
(AD)

Schelling is aanhanger van het zelfbeschikkingsrecht. Immers, elke dag nemen wij beslissingen die een wending geven aan ons leven, zegt hij. ‘In het geval van ziekte beslissen we om naar de dokter te gaan, ons te laten behandelen’. En… ‘de horizon van het leven is de dood,’ zegt Nuijten.

Onvermijdelijk wordt die horizon langzaam anders. In je denken schuif je de dood soms ook zo eindeloos ver weg. Maar op een gegeven moment bén je bij het einde. Ik denk dat onze beperkte tijd op aarde zin geeft aan ons leven. Als alles zonder einde zou zijn, is er geen uitdaging meer in het leven.
(Ad Nuijten)

Sterven is een zaak van de dokter geworden, stelt oud-Denker des Vaderlands Marli Huijer: ‘Dat heeft op maatschappelijk en persoonlijk vlak geleid tot een verwaarlozing van de omgang met de sterfelijkheid.’ Zij doet een schot voor de boeg om daarin verandering te brengen.

In diens [dokters] medische benadering wint de strijd tegen de dood het meestal van de goede dood. Op maatschappelijk en persoonlijk vlak heeft dat tot een verwaarlozing van de omgang met de sterfelijkheid geleid. Wat kunnen we persoonlijk en als samenleving doen om het huis van de sterfelijkheid opnieuw in te richten en weer meer regie over de dood te nemen?’
(Marli Huijer)

Huijer lijkt het belangrijk om ons af te vragen wat een juiste duur van leven is en wat het ons als persoon en samenleving waard is om steeds ouder te worden. Ook wil zij de sterfelijkheid weer meer zien als iets wat bij het leven hoort. Een van de adviezen van Huijer is om tijdig te bedenken hoe het sterven zelf eruit kan zien. Ook heeft zij het in de Volkskrant over die ‘pil van Drion’.

Dat mag een eng idee lijken, maar in een samenleving waarin de sterfelijkheid weer bij het leven hoort en de dood gedurende het leven aanwezig mag zijn, kan de geruststelling dat we zelf de regie hebben over het moment en de omstandigheden van het sterven ervoor zorgen dat we zo’n pil niet uit wanhoop slikken maar uit een weloverwogen en gedeeld inzicht dat ons levensverhaal niet alleen een begin maar ook een einde heeft.’
(Marli Huijer)

Marli Huijer is emeritus hoogleraar publieksfilosofie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en voormalig arts. Op 31 mei jl. verscheen haar boek De toekomst van het sterven, een handreiking voor het gesprek over het sterven.

Bronnen:
Opinie: Goed sterven, laten we dat proberen terug te veroveren op medisch overleven (Marli Huijer, de Volkskrant, 25 mei 2022)
Euthanasie en christen? Dat gaat prima samen volgens deze arts: ‘Mens bepaalt zelf einde van leven’ (Lex Bezemer, Rianne de Zeeuw-Heus, AD, 30 april 2022)
Euthanasie kan schadelijk zijn voor het leven na de dood (Dora Rovers, Trouw, 3 mei 2012 en Facebook Hans Stolp Community (Zie bij 16 mei 2022, 13.03 uur)
Artsen en verpleegkundigen krijgen les in de kunst van vreedzaam sterven: ‘Van chemo weet ik alles, van sterven bijna niks’ (Haro Kraak, de Volkskrant, 15 mei 2022)

Als het niet meer gaat | Piet Schelling, Ad Nuijten | KokBoekencentrum | 176 blz. | € 16,99 | ‘In dit essay ga ik op zoek naar wat zo’n juist moment van sterven zou kunnen zijn. Hoelang duurt een betekenisvol leven? Is het belangrijk dat je geliefde, ouders of grootouders zo oud mogelijk worden? Of zijn er grenzen aan de groei van de levensduur?’ 

De toekomst van het sterven | Marli Huijer | Uitgeverij Pluim | 160 blz. | € 16,99 | ‘Is de zorglast van de laatste levensfase nog op te brengen als de hele samenleving ouder wordt? Zijn er grenzen aan de groei van de levensduur? Bestaat er zoiets als een juist moment van sterven? In De toekomst van het sterven onderzoekt Huijer onze omgang met veroudering en de dood, zowel op persoonlijk als maatschappelijk en politiek vlak.

Stervensbegeleiding in een nieuwe tijd | Hans Stolp | AnkhHermes | 144 blz. | € 15,50 | ‘Euthanasie betekent soms een voortijdige geboorte van een nog niet volgroeide geest. Stervensbegeleiding die tegelijkertijd geboortebegeleiding wil zijn, ziet er dan ook heel anders uit dan meestal onder dat begrip verstaan wordt.’

Beeld: hospice-info.nl

Zoektocht naar een leven na ons aardse bestaan

Hoe mensen de hemel zien en waarom we het er al duizenden jaren ideeën over hebben, zijn vragen die de kern van onze menselijkheid vormen, zegt de auteur van Hierna – een cultuurgeschiedenis van de hemel, Catherine Wolff. Zij beantwoordt deze vragen in haar boek met fascinerende details. ‘Prachtig geschreven, vakkundig onderzocht en meesterlijk gepresenteerd: deze reis langs hoe de hemel door de geschiedenis heen is begrepen, is absoluut fascinerend,’ zegt schrijver en priester James Martin.

In het leven van ieder mens zijn er van die momenten waarop de sluier aan de horizon van het bekende wordt opgelicht en we een blik slaan in de eeuwigheid. We verlaten de kust van het bekende, niet omdat we op zoek zijn naar avontuur en spanning of omdat ons verstand onze vragen niet kan beantwoorden. We zeilen uit omdat onze geest op een geweldige zeeschelp lijkt, en als we ons oor daartegen leggen om te luisteren, horen we het eeuwige ruisen van de golven ver bij de kust vandaan.’
(Rabbijn Abraham Joshua Heschel, in Hierna)

In Hierna beschrijft Catherine Wolff hoe verschillende religies en geloofsovertuigingen het idee van een hemel hebben ingekleurd en hoe niet-religieuze invloeden vanaf de Verlichting tot de hedendaagse niet-religieuze visies op de hemel daarop hebben ingewerkt.

Het leven hierna kan een bestaan in de tijd of in de eeuwigheid zijn. Het kan de plaats zijn waar we vandaan komen – zoals Plato geloofde – of de plaats waar we in een mystieke ervaring heen kunnen gaan. Het kan onze bestemming zijn als we sterven of misschien pas later. Het kan om opeenvolgende stadia gaan, waardoor we geestelijk volwassen worden, zodat we kunnen ontsnappen aan de cyclus van de wedergeboorte, zoals in oosterse religies, maar het kan ook zijn dat we maar één kans op verlossing hebben. Misschien bereiken we het leven hierna zodra we sterven of misschien moeten we wachten tot het einde van de kosmos.‘
(Uit: Hierna)

Wolff vertelt dat een aanzienlijk deel van het westerse gedachtegoed pleit vóór het bestaan van God.

Eén zo’n redenering stelt dat er een God moet zijn, omdat er vanaf het begin van het universum een waarneembare, ordelijke keten van oorzaak en gevolg is. Die kan alleen worden verklaard door een eerste oorzaak, een zelfgeschapen wezen dat eenvoudig ìs.’
(Uit: Hierna)

Charles Darwin lijkt naar een schepper te hebben verlangd, zegt Wolff, een bron voor het wonder dat hij in de natuurlijke wereld opmerkte.

Zijn [Darwins] geschriften laten een groeiend besef zien dat het bij de evolutie niet alleen om fysieke eenheden ging, maar dat er religieuze en morele implicaties mee verbonden waren. Toch was er daarin geen plaats voor filosofie of een godheid – God was een projectie die tot regels leidde om door te geven. Niettemin was Darwin geïntrigeerd door het idee van onsterfelijkheid en erkende hij dat je zo’n instinctief geloof overal ter wereld aantrof.’
(Uit: Hierna)

In de vroegste uitingen van godsdienst zijn er, volgens Wolff, verhalen en gebruiken waarin bepaalde levende mensen de geestenwereld bezoeken, die wijzen op geloof in een leven na dit leven.

James George Frazer, een van de vaders van de moderne antropologie, bestudeerde het begrip onsterfelijkheid bij oervolken in Noord-Amerika, Azië en Oceanië. In elk van deze drie werelddelen geloven mensen dat er twee verschillende zielen of geesten zijn. Zij maken onderscheid tussen een ‘vrije ziel’, die tijdens een droom of trance het lichaam verlaat, en een ‘lichaamsziel’, die achterblijft. Ze onderscheiden ook een levensziel, die het lichaam van levenskracht voorziet, en een ‘doodsziel’, die bij de dood wordt bevrijd.’
(Uit: Hierna)

Hierna – Een cultuurgeschiedenis van de hemel | Catherine Wolff | KokBoekencentrum Non-Fictie | 328 blz. | Verschenen: 21-09-2021 | € 27,99

Beeld: Paradiso, Canto 14: Dante en Beatrice vertaald naar de sfeer van Mars, illustratie van Gustave Doré, uit De Goddelijke Komedie van Dante Alighieri, 1885
(meisterdrucke.nl – digitaal ingekleurd)

Religies handje geholpen door een psychedelisch drankje?

Psychedelica konden religies weleens een kickstart hebben gegeven. Archeoloog en classicus Brian Muraresku wordt geïnterviewd door Wouter van Noort in het artikel Gaven psychedelica religies een kickstart? in NRC. Muraresku beschrijft in The Immortality Key een speurtocht naar psychedelische invloeden in het vroege christendom: wat als de visioenen en spirituele ideeën uit die religie een handje zijn geholpen door een psychedelisch drankje? De NRC over medicinale planten en paddenstoelen, religieuze ceremonies, communiewijn als psychedelisch brouwsel, psychedelische eucharistie, lsd en bilzekruid.

De meest invloedrijke religieuze historicus van de 20e eeuw, Huston Smith, noemde het ooit het ‘best bewaarde geheim’ in de geschiedenis. Gebruikten de oude Grieken drugs om God te vinden? En hebben de eerste christenen dezelfde, geheime traditie geërfd? Een grondige kennis van visionaire planten, kruiden en schimmels die van de ene generatie op de andere is overgegaan, sinds het stenen tijdperk?’
(Uit: Podcast over The Immortality Key door The Joe Rogan Experience)

Bezoekers van de oude Griekse tempel van Eleusis die van 1500 voor Christus tot het jaar 400 na Christus bestond, moesten een pelgrimstocht afleggen en kregen daarna een ‘magische drank’ te drinken: kykeon.

Uit historische bronnen is bekend dat dit een nogal apart drankje was. ‘Onthullende, prachtige visioenen kregen mensen die dit drankje dronken,’ zegt hij. ‘Ze kwamen in een alternatieve staat terecht die ze in onsterfelijken zou veranderen. Dus je kwam er aan als gewoon mens, en vertrok met de overtuiging dat je onsterfelijk was.’
(NRC)

Over psychedelische middelen is veel wetenschappelijk bewijs, aldus Van Noort, dat ze mensen minder bang maken voor hun eigen sterfelijkheid. Bij studies naar terminale patiënten blijkt bijvoorbeeld dat zij meetbaar minder bang zijn voor de dood na gebruik van lsd of paddo’s.

Een bekend verschijnsel tijdens een trip is bijvoorbeeld ‘ego-dood’, het ervaren dat je ego helemaal oplost in het heelal. Dat kan levensecht aanvoelen.’
(NRC)

Volgens Muraresku is er een aanwijzing dat psychedelische rituelen een grotere rol hebben gespeeld in het ontstaan van religieuze tradities dan tot nu toe algemeen wordt aangenomen. En de link met het oude Griekenland en het vroege christendom is volgens hem extra interessant, juist omdat het de ‘incubator van westerse beschaving’ was.

Het was de plek waar democratie, filosofie, theater en andere kunsten werden bedacht.’
(NRC)

Muraresku zegt niet dat religie en beschaving allemaal uitvloeisels zijn van psychedelica, dat zou volgens hem veel te ver gaan.

Er zijn allerlei andere rituelen die door de menselijke geschiedenis heen van spirituele betekenis zijn geweest.’ Van gezamenlijk zingen tot offerrituelen, meditatie, vasten, slaapdeprivatie: andere zaken die mensen in een veranderde staat van bewustzijn kunnen brengen. ‘Het lijkt er alleen wel steeds sterker op dat psychedelica óók al vele duizenden jaren in die universele spirituele gereedschapskist zitten.’
(NRC)

Zie: Gaven psychedelica religies een kickstart? (NRC, 15 april 2021)

The Immortality Key | Brian Muraresku | St. Martin’s Press | St. Martin’s Publishing Group | 29/09/2020 | ISBN: 9781250207142 | 480 pagina’s |
‘Ik ben een atheïst, ik geloof niet dat er een God is, maar toen begon ik deze liefde te voelen. Gewoon overweldigende, allesomvattende liefde.’ Er valt een lange stilte. ‘En de manier waarop ik het beschrijf, is baden in Gods liefde,’ vervolgt Dinah Bazer met krakende stem, ‘want ik vind geen andere manier om het te beschrijven. Ik voelde dat ik erbij hoorde, dat ik een deel van alles was en het recht had hier te zijn. Hoe kan ik het anders omschrijven? Misschien hoe de liefde van je moeder voelde toen je een baby was. Dit gevoel van liefde doordrenkte de hele ervaring.’
(Dinah Bazer in: The Immortality Key)


Luisteren: Podcast #1543 – Brian Muraresku & Graham Hancock The Joe Rogan Experience

Beeld: mo.be

Nabij-de-doodverhalen blijven fascineren

Morgen verschijnt Daarna, de vertaling van After, dat twee weken eerder verscheen, geschreven door psychiater dr. Bruce Greyson, over wat nabij-de-doodervaringen onthullen over het leven en ons bewustzijn. De betere Belgische titel luidt: Hierna. De Britse nieuws- en mediawebsite The Guardian schreef er 7 maart jl. over in het artikel What do near-death experiences mean, and why do they fascinate us? Over wat er gebeurt als we sterven, en hoe we moeten kiezen om te leven. ‘Zijn dit de laatste momenten van bewustzijn? Of de beginmomenten van het hiernamaals?’

Hij kon ‘horen en zien als nooit tevoren’, herinnerde hij zich later. En ondanks dat hij onder water vastzat, voelde hij zich kalm en op zijn gemak. Hij herinnerde zich dat hij dacht dat zijn zintuigen vóór dit moment op de een of andere manier afgestompt moesten zijn, want pas nu kon hij de wereld volledig begrijpen, misschien zelfs de ware betekenis van het universum.‘

Het lijkt Greyson zeer waarschijnlijk dat de geest op de een of andere manier gescheiden is van de hersenen, en als dat waar is, kan hij misschien functioneren als de hersenen afsterven. 

Dan voegt hij eraan toe: ‘Maar als de geest er niet in de hersenen is, waar is die dan wel? En wat is het?’

Greyson is nu 74, aldus The Guardian. In de loop der jaren heeft hij honderden nabij-de-doodervaringen verzameld van mensen die, op de hoogte van zijn onderzoek, hun verhalen vrijwillig hebben aangeboden. In de jaren tachtig ontwikkelde hij een enquête, de Greyson Scale, om NDE-onderzoek te formaliseren. Die is in meer dan 20 talen vertaald en nog steeds in gebruik. Greyson presenteert zijn onderzoek in een nieuw boek, After

Wetenschap is van nature altijd werk in uitvoering. Ongedacht hoe goed gefundeerd we denken dat ons wereldbeeld is, we moeten bereid zijn om het opnieuw onder het licht te houden als er door nieuw bewijs twijfels ontstaan. Een van de vruchten van die open houding is waardering voor zaken die we niet kunnen verklaren. Het onderzoeken van dingen die bij onze vooropgezette ideeën passen, helpt ons om de finesses beter te begrijpen. Maar onderzoek naar dingen die niet bij onze vooropgezette ideeën passen, leidt vaak tot doorbraken in de wetenschap.’
(Uit: Daarna)

In The Guardian zegt de psychiater opgegroeid te zijn zonder enige spirituele achtergrond en nog steeds niet zeker weet of hij begrijpt wat ‘spiritueel’ precies wil zeggen. Nu is hij is ervan overtuigd, na 40, 50 jaar als psychiater te hebben gewerkt, dat er meer in het leven is dan alleen ons fysieke lichaam. 

Ik erken dat er een niet-fysiek deel van ons is. Is dat geestelijk? Ik weet het niet zeker. Spiritualiteit houdt meestal een zoektocht in naar iets groters dan jezelf, naar betekenis en doel in het universum. Nou, dat heb ik zeker.’

In Het geheim van Elysion is ook een artikel opgenomen van Greyson: Met de dood in de ogen. Hierin schrijft de psychiater over NDE’s, psychologische en emotionele stoornissen. Hierin vertelt hij onder meer dat hij het verrassend vond dat van degenen die bijna waren te komen overlijden en die een NDE hadden gehad, minder psychisch leed vermeldden dan zij die geen NDE hadden gehad.

Met andere woorden, het bewijsmateriaal duidt erop dat een NDE in feite enige bescherming biedt tegen psychisch lijden, nadat iemand de dood in de ogen heeft gekeken.’
(Uit: Het geheim van Elysion, blz. 152)

Zie: What do near-death experiences mean, and why do they fascinate us? (The Guardian, 7 maart 2021)

After
| Bruce Greyson | Uitgever: Transworld Publishers Ltd | ISBN 9781787634626 | 11 maart 2021 | 272 pagina’s | Hardcover € 16,99 

Daarna | Bruce Greyson | Spectrum | 304 pagina’s | Paperback € 20,99 |
‘Als arts zonder religieuze overtuiging benadert hij nabij-de-doodervaringen vanuit een wetenschappelijk perspectief. Greyson laat zien aan de hand van verhalen van zijn patiënten hoe wetenschappelijke onthullingen over het sterfproces een alternatieve theorie kunnen ondersteunen. Sterven zou de drempel kunnen zijn tussen de ene vorm van bewustzijn en de andere – geen einde maar een overgang.’ (Cover)

Hierna | Bruce Greyson | Unieboek / Het Spectrum | 288 pagina ‘s | € 20,99

Het geheim van Elysion | Uitgeverij Van Warven | Redactie: Rudolf H. Smit / Rinus van Warven | 3 september 2020 | ISBN 978 94 93175 44 0 | NUR 728 | € 32,50

‘Alles in het universum komt voort uit bewustzijn’

Plato wist het al’, zei Pim van Lommel gisteren in Trouw, in het artikel Je kijk op de dood bepaalt je levenshouding. ‘Die heeft letterlijk opgeschreven dat het lichaam de tijdelijke drager is van de ziel, die blijft. Nieuw is dat er nu wetenschappelijke ontdekkingen bijkomen die deze inzichten bevestigen.’ In mijn essay Plato en de idee van onsterfelijkheid schreef ik (PD) in een blog vorig jaar dat ‘de filosoof, een van de grootsten van de Oudheid, ooit zei, lang voordat het christendom bestond: “De ziel van de mens is onsterfelijk en onvergankelijk.”’

De manier waarop we tegen de dood aan kijken, ­bepaalt hoe we in het leven staan. Ik denk dat we ons bewustzijn de komende jaren verder gaan ontwikkelen. Dat bepaalt hoe we tegen de wereld aankijken. Als we verliefd zijn, is de wereld prachtig, maar als we depressief zijn, is dezelfde wereld een ramp. Als we ons bewustzijn veranderen, zal ook de wereld veranderen en de manier waarop we de wereld zien.’
(Trouw)

Van Lommel twijfelt er niet meer aan dat het bewustzijn géén product is van de hersenen, zegt hij in Trouw. Hij vergelijkt het eindeloze bewustzijn met de cloud waarin meer dan een miljard websites en filmpjes zitten.

Je kunt ze op je computer op elke plek in de wereld ontvangen, maar ze worden niet door dat apparaat geproduceerd, dat maakt alleen de ontvangst mogelijk. Als vergelijking: de hersenen en het lichaam maken de ontvangst van een gedeelte van dat eindeloze bewustzijn mogelijk, maar het wordt niet door de hersenen geproduceerd.’
(Trouw)

Vanuit de traditionele wetenschap is er veel weerstand, zegt Van Lommel, maar dat zie je veel minder bij de rest van de bevolking: 70 procent van de mensen is in zekere zin religieus of spiritueel.

De zoektocht naar zingeving door innerlijke ervaring neemt de laatste jaren weer sterk toe. Dat zie je ook in de toenemende belangstelling voor vragen die te maken hebben met hoe we met elkaar, de aarde en de natuur moeten omgaan. Mensen met een bijna-doodervaring zijn vaak ook meer religieus geworden, in de letterlijke betekenis van het woord, dat het om herverbinden gaat. Maar daarin speelt de kerk voor deze mensen meestal geen rol. Voor hen is het geloven veranderd in weten.’
(Trouw)

Het nieuwste inzicht is, aldus Van Lommel in het interview met Roek Lips, dat bewustzijn fundamenteel is en dat alles in het universum voortkomt uit bewustzijn. Ook materie.

Dat is nogal wat, als je dat tot je door laat dringen. De manier waarop we tegen de dood aankijken, bepaalt hoe we in het leven staan. Ik ben optimistisch. Ik denk dat die verandering de komende jaren snel gaat en dat is ook nodig. Want als we ons bewustzijn niet veranderen, zullen we het als mensheid niet overleven.’
(Trouw)

Zie:
* Je kijk op de dood bepaalt je levenshouding (Trouw, uit de serie Nieuwe leiders: Hoe vinden we onze weg in een wereld die in crisis en in verwarring is? Roek Lips ging daarover in gesprek met bestuurders, wetenschappers, kunstenaars, denkers en vele anderen, op zoek naar inspiratie en houvast.)

* Plato en de idee van onsterfelijkheid (Goden en Mensen)
* Pim van Lommel en de cloud van bewustzijn
(Goden en Mensen, 4 delen)
* Waarom de dood niet het einde is (YouTube)


Beeld: koornbusiness.nl