Remonstrantse God niet echt vrijzinnig

Mijn-God-laat-zich-niet-kennen
‘Ook hechten we aan voortschrijdend inzicht. Je zou dat geestelijke souplesse kunnen noemen. God laat zich niet vangen in woorden, kerken en geloofsbelijdenissen,’ zeggen de remonstranten. Toch hebben ze een geloofsbelijdenis. Zelfs in meerdere talen verkrijgbaar. Volgens Stijn Fens, gisteren in Trouw, kan je met de remonstranten alle kanten op.

Met andere woorden: met de God van de remonstranten kun je alle kanten op. Nu is vrijzinnigheid een groot goed, maar te veel geestelijke souplesse kan problematisch worden. Als je alles maar gelooft, geloof je op een gegeven moment niets meer.’ (Fens)

De remonstranten geloven – hoewel vrijzinnig – echter niet alles, maar weten zich een deel van de kerk van Christus, zoals in de Grondslagen staat. En ze hebben dus wel degelijk een geloofsbelijdenis, waarin ze tot uiting brengen wat hun geloof bezielt, verenigt en roept.

‘Wij geloven in Jezus, een van Geest vervulde mens, het gelaat van God dat ons aanziet en verontrust. Hij had de mensen lief en werd gekruisigd maar leeft, zijn eigen dood en die van ons voorbij. Hij is ons heilig voorbeeld van wijsheid en van moed en brengt ons Gods eeuwige liefde nabij.’ (remonstranten.nl)

Fens heeft geen gelijk als hij zegt dat je met de remonstranten alle kanten uit kunt. Remonstranten zijn immers geworteld in het evangelie van Jezus Christus, zoals ze zelf zeggen. Dat is duidelijk maar één kant. God beperkt zich blijkbaar tot hen die in Jezus Christus geloven. Het ondubbelzinnige dogma van de remonstranten.

En een dogma hier en daar (houden remonstranten ook niet van) geeft het huis van de Heer enige stevigheid. Tenslotte is het dan een kwestie van je overgeven aan de Eeuwige, maar ook dat zie ik die remonstranten dus niet snel doen. Ze zien eruit als zelfbewuste gelovigen die vinden dat zij volledig naar eigen eer en geweten hun geloof moeten kunnen invullen. (Fens)

Misschien wordt het tijd dat er een keer een echt vrijzinnig kerkgenootschap opstaat dat zich niet beperkt tot een christelijke God, of welke dan ook, maar getuigt van een Eeuwige voor alle mensen, voor de hele wereld. Met een seminarium waarin een theologie God niet langer christelijk verklaart, of joods of islamitisch, maar wereldomvattend. Een God die er alleen maar is voor de christenen kan je geen God noemen, want God kan alleen maar God zijn als hij er voor iedereen is. Anders is hij geen God maar een deelgodje.

Remonstranten vormen een christelijke kerk. Het geloof van remonstranten geworteld in het Evangelie van Jezus Christus. Heb God en je naaste lief. Dat is de kern van de boodschap van Jezus die we met elkaar levend houden.’ (remonstranten.nl) 

De rector van het remonstrants seminarie, Tjaard Barnard, zegt dat zijn helper de God is die alles heeft gemaakt. Klopt. Niet alleen de remonstranten, maar alle mensen. We komen bovendien allemaal voort uit de oerknal, zeggen de remonstranten ook nog.

Zie: Met mijn God kun je alle kanten op (Blendle, Trouw)

‘De waarachtige gelovige is een twijfelende, zoekende gelovige’

Geloven

‘De waarheid is dat ik verre van duidelijk kan zijn, zelfs al zou ik het willen. Ik stel mezelf gerust met de gedachte dat vaststaande ideeën verdacht zijn en zekerheden niet bestaan. De waarachtige gelovige is voor mij een twijfelende, zoekende gelovige. Geloofs-weters wantrouw ik.’ – Dit zegt journaliste Nuweira Youskine, in haar artikel Geloven tussen moskee en disco, in het boek Geloven, spirituele denkers uit de hele wereld getuigen, onder redactie van Jürgen Mettepenningen.

Al deze vaagheden bij elkaar maken dan toch een ruwe schets van mijn geloofsvisie mogelijk, bestaande uit een onderbouw en een bovenbouw. De onderbouw is gegoten in een dunne laag van islamitische geloofsbeginselen. De bovenbouw is gestoeld op de bestudering van islamitische bronnen en een snufje mystiek.’ (Youskine)

Youskine denkt open en boeiend over haar spiritualiteit. Met 45 anderen, waaronder Anselm Grün en Joris Vercammen, geeft zij een getuigenis van haar spirituele denken. Maar ook kom je een zenmeester uit Japan tegen, een Pakistaanse sjeik, of een Finse lutheraanse professor. Als je bij uitgever Lannoo naar dit boek zoekt, kan je een inkijkje nemen en zo de bijdragen lezen van Youskine (Geloven tussen moskee en disco) en Jean Vanier (Elkaar in broosheid dragen).

Misschien heb ik maar één werkelijke overtuiging, die erin bestaat dat er een God is die een bestemming voor elke mens heeft. Hij is de motor van het leven: het godsvonkje in ons allen en tegelijkertijd onmetelijk ver boven ons verheven. Voor iedere ziel bestaat de mogelijkheid om verder te groeien. Dat is uiteindelijk waarom we op deze aarde zijn, of we dat nu beseffen of niet.’ (Youskine)

Voor Youskine is het een overtuiging die zij iedereen zou gunnen. Maar ze vraagt zich wel af hoe zij dit idee bij anderen moet aanprijzen als zij zelf nog worstelt met de vraag wat dit concreet betekent. Niettemin doet zij een poging. Haar schrijven leest als een meeslepende autobiografie, je wilt weten hoe haar zoektocht naar God verloopt, van moskee naar discotheek.

En zo gaat het in haar zoektocht over haar jeugd, haar identiteit, haar broers, haar oudoom Hazrat Inayat Khan (de stichter van het ‘westers soefisme’), en haar vader die van mening was dat een religieus besef de eerste trede is naar de spirituele ontwikkeling van de mens en dat dit religieus besef handen en voeten kan krijgen door het volgen van een godsdienst.

Pas veel later realiseerde ik me dat deze concrete toepassing van godsdienstige rites een waardevolle opstap had gevormd. Deze islamitische grondbeginselen vormden de basis van waaruit we ons een weg zouden kunnen banen naar het meer overkoepelende soefisme.’ (Youskine)

Aan de universiteit van Leiden ging ze via een omweg uiteindelijk islamologie studeren. In Leiden werd enerzijds, zoals het hoort vanuit de universiteit, haar kritische geest ontwikkeld en de bestudering van de bronnen gestimuleerd en anderzijds leerde zij daar ook de vriendin kennen die de grootste invloed zou hebben op haar religieuze en spirituele ontwikkeling.

Ze vroeg me een keer, toen we elkaar net kenden, welk geloof ik eigenlijk aanhing. Ik werd (en word nog altijd) een beetje nerveus van die vraag. ‘Tja,’ mompelde ik dus, ‘daar kan ik nooit zo goed antwoord op geven.’ ‘Maar je naam, je afkomst … Je bent toch gewoon moslim?’ Ik keek haar hulpeloos aan. ‘Ik denk het niet’, antwoordde ik. Ze begreep er niets van. ‘Geloof je in God, één God?’ ‘Ja.’ ‘Geloof je in Mohammed als de laatste profeet?’ ‘Ja.’ ‘Nu, dan ben je dus moslim’, besloot ze kordaat. Ik heb me nooit thuis gevoeld bij dat etiket en dat doe ik nog steeds niet.’ (Youskine)

Youskine is nu zo ver dat zij het veel boeiender vindt eens te kijken wat zij zélf nu precies uit haar wereldse en spirituele zoektocht haalt. Soms is ze dan op zoek naar regels en houvast, soms op zoek naar bandeloosheid en verdoving. – Het lezen waard. En in het boek nog 45 andere spirituele denkers.

Geloven. Spirituele denkers uit de hele wereld getuigen | Jürgen Mette­penningen (red.) |
uitg. Lannoo | Tielt (Blg) | 2015 | ISBN 978 90 209 36575 287 blz. | € 29,90

Afkomstig uit een achtenswaardige familietraditie met wortels in India, is de in Nederland geboren Nuweira Youskine (1977) tegenwoordig actief als schrijfster, journaliste en columniste. Daarvoor studeerde ze Islamologie aan de Universiteit Leiden. Met de intentie voorbereidend promotieonderzoek te verrichten, vertrok zij in 2003 naar Damascus, Syrië, verbleef daar twee jaar en liep nog een half jaar stage op de Nederlandse ambassade in Amman, Jordanië. Eenmaal definitief terug in Nederland ging zij aan de slag voor diverse media. Ze laveert als moslima tussen loyaliteit aan haar roots en kritische zin in een samenleving vol vragen. Zelf heeft ze het over het geloof als een schakelaar die doorstroming mogelijk maakt, en over een gaatje boren richting God. Dat gaat niet vanzelf, maar het maakt geloven er niet minder boeiend om. Het is volgens Nuweira een zoektocht, van moskee tot discotheek. Ze voelt zich in beide thuis. Haar geloof is niet te begrijpen zonder de achtergrond van de familie ter sprake te brengen. Maar ook niet te begrijpen zonder de afstand die ze ervan genomen heeft. (Uit: Geloven)

Adieu Geloof en Wetenschap, hallo Spiritualiteit

mondriaan15
De academici hebben volgens godsdienstfilosoof Taede A. Smedes geloof en wetenschap uit handen gegeven en ten prooi overgelaten voor de meningen van de hoi polloi: geloof en wetenschap is opnieuw het terrein van hobbyisten geworden. Hierover mijmert Smedes, die ook theoloog is, in zijn nieuwste blog Langzaam afscheid van ‘geloof en wetenschap’? Maar zijn boeken over geloof en wetenschap doet hij nog niet weg. Ergens hoopt hij dat ze op zekere dag toch nog van nut zullen zijn.

Men wist waarover het ging wanneer het over God ging. Die vanzelfsprekendheid is weg. Daarmee is ‘God’ een vaag begrip geworden dat zich voor vele invullingen leent. De theologie is niet in staat gebleken de erosie van het godsbegrip het hoofd te bieden en is dan ook in rap tempo bezig haar bestaansgrond en academische legitimering te verliezen.’ (Smedes)

Taede A. Smedes (foto: TAS) vindt dat het niet echt goed gaat met geloof en wetenschap. Hij noemt een viertal factoren, zoals de outreach en groei van het vakgebied geloof en wetenschap: die is minimaal, om nog maar te zwijgen van het banenperspectief. De weinig inhoudelijke vernieuwing: veel recycling en zelfcitatie. De verdamping van de plausibiliteitsstructuur van het christelijk geloof: het theïstisch godsidee erodeert; en de invloed van extremistische en fundamentalistische denkrichtingen in het publieke domein: het creationisme staat ineens weer op de kaart.

taedeasmedesDe academici hebben geloof en wetenschap uit handen gegeven en ten prooi overgelaten voor de meningen van de hoi polloi (gepeupel, PD). Geloof en wetenschap is opnieuw het terrein van hobbyisten geworden.’ (Smedes)

Volgens mij spelen nog meer factoren een rol. De hoi polloi gelooft niet altijd meer op gezag. God wordt zo inderdaad een vaag begrip. Mensen verwachten meer van de wetenschap. Kort door de bocht gezegd: men hoopt op een godsbewijs. Maar dat blijft steken bij argumenten die het brein bezighouden, maar het hart leeg laten. De wetenschap heeft dus ook geen antwoorden. Mensen zoeken verder en (her)ontdekken meer en meer de spiritualiteit. ‘Ken uzelve’ is het adagium. Weg van het collectief: de individualiteit hervonden. De hoi polloi gaat zelf nadenken en bij het eigen hart te rade.

Het lijkt erop dat we dan misschien weer uitkomen bij iets van lang geleden, bij de Spiltijd bijvoorbeeld, waarin filosofen geen belangstelling hadden voor doctrines of metafysica. Over theologie praten leidde maar af en werd zelfs schadelijk gevonden.

degrotetransformatieAnderen voerden aan dat het onvolwassen, onrealistisch en pervers was om te zoeken naar het soort absolute zekerheid dat veel mensen van religie verwachten.’ (uit: De grote transformatie)

Of  van de (religie)wetenschap verwachten… In de Spiltijd (tussen 900 en 200 v. C.) verschoven alle tradities die toen ontwikkeld werden de grenzen van het menselijk bewustzijn en legden een transcendente dimensie in de kern van ons wezen bloot, maar ze beschouwden dat niet noodzakelijkerwijs als iets bovennatuurlijks en weigerden meestal erover te praten.

De wijzen waren er in elk geval niet op uit hun eigen visie op deze ultieme werkelijkheid aan anderen op te dringen. Integendeel, niemand mocht ooit religieuze leerstellingen in goed vertrouwen of uit de tweede hand aanvaarden, vonden zij.(Uit: De grote transformatie)

karenarmstrongDe grote transformatie vertelt dat het er niet om ging wat je geloofde, maar hoe je je gedroeg. Religie betekende dingen doen die je diepgaand veranderde.

De wijzen predikten een spiritualiteit van empathie en mededogen; ze stonden erop dat de mensen hun egoïsme en hebzucht, hun gewelddadigheid en liefdeloosheid lieten varen. (…) Elke traditie ontwikkelde haar eigen formulering van de Gulden Regel: wat gij niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet. Voor de wijzen uit de Spiltijd draaide religie om respect voor de heilige rechten van anderen en niet om orthodox geloof. Als mensen zich vriendelijk en grootmoedig gedroegen tegenover anderen, konden ze de wereld redden.’ (uit: De grote transformatie)

Wij moeten dit ethos uit de Spiltijd herontdekken, stelt Karen Armstrong (foto: ncrv), de schrijfster van De grote transformatie, door de Volkskrant indertijd beschreven als ‘een monumentaal epos van de geest, een intrigerende speurtocht’. Misschien is er toch nog genoeg werk voor theologen en (religie)wetenschappers? Nadenken over een Tweede Spiltijd?

Zie: Langzaam afscheid van ‘geloof en wetenschap’? (Taede A. Smedes)

Boek: De grote transformatie, Karen Armstrong 

Foto: Evolutie (1911), Piet Mondriaan. Het drieluik verbeeldt het spirituele ontwaken van de mens in drie stadia. (rudedo.be) – Arend Landman: ‘Dit drieluik symboliseert de reis die de ziel moet maken om los te komen van het materiële aardse bestaan (linker-paneel), via innerlijke contemplatie (rechter paneel) naar het ervaren van het goddelijk licht (midden-paneel).’

Een pleidooi voor sceptisch naturalisme

glas1
Een pleidooi voor sceptisch naturalisme door filosoof Jan-Auke Riemersma, wellicht als reactie op Een pleidooi voor naturalisme door filosoof en theoloog Alexander van Biezen. Naturalisme is de leer die alles door natuurlijke verschijnselen verklaart en het bestaan van bovennatuurlijke verschijnselen ontkent. Het houdt van logische wetten en die bepalen hoe wij de wereld zien. Sceptisch naturalisten geloven niet dat de gehele werkelijkheid sluitend kan worden beschreven. 

Het naturalisme heeft gewonnen,’ zegt kosmoloog Sean Carroll, geciteerd door Van Biezen in zijn artikel bij Geloof en Wetenschap.

Het idee dat er slechts één enkele werkelijkheid is, dat er geen afzonderlijke niveaus van het natuurlijke en het bovennatuurlijke zijn, dat er slechts één enkel materieel bestaan is, en dat wij een deel van het universum zijn, dat wij er op geen enkele manier buiten staan. (…) De discussie is afgelopen, het debat is voorbij, we zijn tot een besluit gekomen. Het naturalisme heeft gewonnen.’ (Sean Carroll)

jan-auke-riemersmaJan Auke Riemersma (foto: J-AR) heeft daar grote vraagtekens bij omdat het bij het universeel naturalisme aan bewijs ontbreekt, en vraagt zich af waarom het zoveel aanhangers heeft. De waarheid van logische wetten kunnen we niet empirisch bewijzen, zo stelt hij. Ze bestaan zelfs niet, volgens hem: het zijn geen krachten of deeltjes.

De waarheid van de logische wetten is niet ‘vanzelfsprekend’; (…) ook rechtvaardigen de logische wetten zichzelf niet (je kunt de logische wetten niet bewijzen met behulp van de logische wetten, die procedure is circulair.)’ (Riemersma)

Alexander_van_BiezenAlexander Van Biezen (foto: Twitter) vraagt zich af of er in een wereld zonder het bovennatuurlijke nog ergens een plek over is voor religie. Vanuit een zuiver wetenschappelijk, verklarend standpunt is God gewoon geen goede theorie.

Volgens Riemersma beschouwt de naturalist de logische modellen niet slechts als de meest bruikbare, maar is hij ervan overtuigd dat deze modellen waarachtig zijn.

Dit blijkt duidelijk uit de semantiek die Saul Kripke opstelde voor de modale logica: uitsluitend logische modellen kunnen ‘waar’ zijn, absurde (lees: niet-logische) modellen zijn altijd ‘onwaar’.’

Begoocheling
O
nze logische denkwijze is een jaloerse en machtige meester: hij bepaalt wat we moeten denken (uiteraard) en duldt geen tegenspraak, stelt Riemersma:

De meeste wetenschappers en filosofen zijn zó sterk door deze begoocheling bevangen, dat hun onderworpenheid aan de logische denkwijze absoluut is. Het universeel naturalisme is de dominante stroming (en de oorzaak van het hedendaags ‘atheïsme’: onze denkwijze maakt het onmogelijk om te zien hoe God in het weefsel van natuurlijke theorieën past).’ 

Volgens Riemersma geeft het sceptisch naturalisme daarentegen de mens, voor zover dat mogelijk is, een beetje van zijn intellectuele vrijheid terug.

Het wereldbeeld van de sceptisch naturalist is dan ook zo overvloedig dat er zelfs ruimte is voor ‘absurde’ religieuze denkbeelden. Sterker zelfs: wie erkent dat een ‘gesloten’ wereldbeeld niet waarachtig is, zegt met zoveel woorden dat er geen algemene orde is: maar dan zijn alle denkbeelden, hoe absurd ook, waarachtig. De gedachte dat God bestaat is, met zoveel woorden, waarachtig; ook spiritualiteit en mystiek zijn waarachtig.’ 

Zie: Een pleidooi voor naturalisme (Alexander van Biezen)

en: Sceptisch naturalisme (Jan-Auke Riemersma)

Foto: Roosvenster en lancetraam, Noordelijk transept. Chartres, ca. 1220 – De kleurintensiteit van de glasramen en de lichtkwaliteit binnen de kerk verandert voortdurend, afhankelijk van het tijdstip van de dag en het licht dat door het gekleurd glas gefilterd wordt. Dit creëert een mystiek of bovennatuurlijk licht dat referenties oproept aan het Goddelijk licht. (static.digischool.nl)

Is religie een verkeerde interpretatie van mythologie?

THe_Four_Zoas
Timothy Freke en Peter Gandy zien als onderzoekers van wereld- en klassieke mystiek grote overeenkomsten tussen het verhaal van Jezus en die van stervende en verrijzende heidense godmensen, zoals Osiris, Dionysus, Mithras, Adonis en Orpheus. Ze leveren bewijs voor hun stelling dat Joodse ingewijden de mythen van Osiris-Dionysus bewerkten om het verhaal te creëren van een joodse stervende en weer verrijzende godmens, Jezus de Messias. Na verloop van tijd ging men deze mythe uitleggen als een historisch feit en het christendom van de dode letter was het resultaat.

Bovenstaande komt uit een recensie van hun boek Jesus and the Lost Goddess en De mysterieuze Jezus. Volgens het theosofische Sunrise legden dogmatische christenen – die christelijke verhalen letterlijk als historisch feit opvatten – overeenkomsten met oudere heidense mythen en figuren uit als plagiaat van de duivel ‘vóór het feit’ of als de historische verwezenlijking van gebeurtenissen die in andere culturen alleen als mythe voorkomen.

Religie is een verkeerde interpretatie van mythologie’, is een favoriete definitie van religie van cultuurfilosoof Joseph Campbell, en die bestaat uit het toekennen van een historische betekenis aan symbolen die strikt genomen naar spirituele zaken verwijzen.’ (Sunrise)

timfrekebatgapSymposium
Timothy Freke
 (foto: TF) is een Engelse filosoof. Hij heeft een eredoctoraat in de wijsbegeerte en is een internationaal gerespecteerde autoriteit op het gebied van spiritualiteit. Het boek The Jesus Mysteries van hem en Peter Gandy stond in Amerika en Engeland in de top-tien bestsellerslijsten. Freke is een van de sprekers op het symposium ‘Jezus en de ‘heidense’ mysteriën, toen… en nu?’ op zaterdag 7 november in Baarn.

Er zijn daar dan ook sprekers als cultuurhistoricus Jacob Slavenburg; theoloog Tjeu van den Berk; godsdiensthistoricus Annine E.G. van der Meer en filosoof Bram Moerland.

Jacob-SlavenburgVolgens Jacob Slavenburg (foto: JS) is Jezus een tweede leven gaan leiden. Na zijn aardse bestaan zijn er verschillende tradities gevormd. De bekendste is de kerkelijke traditie. Zij formuleerde dogma’s en geloofswaarheden die slechts ten dele berustten op de christelijke teksten die opgenomen werden in het Nieuwe Testament van de Bijbel. Daarnaast ontstond er een traditie waarin niet alleen de persoon van Jezus, maar bovenal zijn leringen centraal stonden.

tjeuvandenberkmeinemaTjeu Van den Berk (foto: Meinema) stelt dat de dogmatische Christus zo volmaakt en vlekkeloos is dat al het andere in hem verduisterd wordt. Voor de moderne mens is hij nog maar moeilijk invoelbaar. De archetypische Christus echter is volgens Van den Berk juist niet volmaakt maar wel volledig. Hij herbergt de duisternis, satan, hij is een paradoxaal wezen. Kan de Christus vandaag de dag nog geherinterpreteerd worden, kan hij nog wel tot symbool worden?

annineegvandermeerVolgens Annine E. G. Van der Meer (foto: AvdM) bevinden zich – naar het Evangelie van Filippus – onder de talloze vrouwen die Jezus op zijn tochten vergezellen, de drie Maria’s: Maria de Moeder, Maria de Zuster en Maria de Bruid. Het traditionele christendom hemelde de maagdelijkheid van Maria de Moeder op en het verdonkeremaande Maria de Bruid. Deze vervanging had grote gevolgen voor de visie van tweeduizend jaar christendom op lichamelijkheid, vrouw-zijn en aardse materie.

brammoerlandwikiBram Moerland (foto: wikipedia) vraagt zich onder meer af of Jezus werkelijk heeft bestaan. En hoe zinvol die vraag eigenlijk is. Jezus is volgens hem zonder twijfel de hoofdpersoon uit een aantal verhalen uit de eerste eeuwen van onze jaartelling. Maar die verhalen lijken verdacht veel op andere en eerdere verhalen uit lang vervlogen tijden. Het ziet ernaar uit dat Marcus, de eerste zogenaamde biograaf van Jezus, kwistig leentjebuur speelde in zijn mythische Umwelt.

Symposium Gnostiek | 7 november 2015 | Baarn (nadere gegevens volgen) | 10.00 tot 17.00 uur | De dagprijs voor het symposium is € 75 of € 50 naar draagkracht | In de prijs inbegrepen zijn een eenvoudige lunch, koffie en thee | Nadere bijzonderheden zoals dagindeling, routebeschrijving, parkeren e.d. volgen | Inschrijven en informatie bij Hanneke Hoekstra: 7novsymposium@gmail.com

Illustr: De Vier Zoas uit de mythologie van William Blake. Zij vormen de vier goddelijke onderdelen van de oermens Albion, namelijk instinct & kracht, rede & traditie, liefde & passie, en inspiratie & inbeelding. (William Blake Archive)

Zen en religie in tijden van wetenschap

Oil-Painting-On-Canvas-OH5233-Abstract-Modern-font-b-Zen-b-font-Tree-landscape-Handpainted-Home
Hoe past religie in deze (post)moderne tijd waarin wetenschap en kritische rationaliteit zo’n grote rol spelen. De toespraken van Edel Maex zwengelen discussies aan en hoewel ze op zichzelf staan, kennen ze een thema: iedereen weet. Dit weten is universeel en ligt volgens Edel Maex besloten in ons zijn als we woorden en zekerheden durven los te laten en met een open geest en hart te kijken.

Waar ik van gruwel, is een koude wetenschap die de werkelijkheid ‘onttovert’ en die mensen een gevoel van totale zinloosheid wil aanpraten. Waar ik van gruwel, is een fundamentalistische religie die meent de mensen te kunnen zeggen wat we moeten geloven, wie de wijsheid in pacht heeft en aan wie ze zich moeten onderwerpen. Waar ik van droom, is een middenweg.’ (Maex)

iedereenweet
I
n het boek Iedereen weet gaat Maex in een verzameling zentoespraken op zoek naar wat aan de grondslag ligt van zen en religie. Die gemeenschappelijke kern kent diep vanbinnen iedereen, zo argumenteert hij, maar mogelijk zijn we er ons niet langer van bewust.

Iedereen weet, maar toch bestaat er de vraag hoe we zinvol kunnen omgaan met religie in deze tijd. Edel Maex doet een handreiking naar de antwoorden op deze vraag. Zijn toespraken en denken, gegoten in korte hoofdstukken, zijn filosofisch en psychologisch van aard. Zo noemt hij begrippen als fascinatie en angst en spreekt over hun rol bij het vermogen tot openheid. De wetenschappelijke empirische achtergrond van Maex is duidelijk aanwezig in het schrijven en hij noemt zichzelf meerdere malen een darwinist.’ (Donata van der Rassel)

Van der Rassel zegt dat wij niet met zekerheid kunnen stellen dat onze waarneming allesomvattend is, en dat dit van de wetenschap een perspectief maakt, maar geen waarheid.

EdelMaexBoeddhistischDagbladDe vraag van Edel Maex (foto: BD) zou wat mij betreft dan ook niet moeten zijn hoe wij zen en religie in tijden van wetenschap moeten beleven, maar hoe de betrekkelijk jonge empirische wetenschap beleefd of beoefend zou moeten worden met behulp van eeuwenoude religieuze en spirituele kennis.’ (Van der Rassel)

Voor wie religieuze antwoorden zoekt in een rationeel-kritisch domein, aldus Van der Rassel, is Iedereen weet een mooi pleidooi van de voorzichtige band op gepaste afstand die wetenschap en religie met elkaar kunnen onderhouden. 

Zij zullen echter pas echt verenigd worden als we alle zekerheden en definities loslaten. Dat is geen middenweg, maar DE weg.’ (Van der Rassel)

Volgens het Boeddhistisch Dagblad is Iedereen weet een pleidooi om met een open hart en een open geest naar religie en spiritualiteit te kijken.

Want dan ontdekken we mogelijk wat we altijd al geweten hebben: dat we niet naar boven moeten kijken voor een antwoord. Dat niemand een monopolie heeft. Dat religie iets van ons allen is.’ (BD)

Zie: Edel Maex en de koude wetenschap die de werkelijkheid onttovert

en: Iedereen Weet – boekrecensie Edel Maex

llustr: Olieverfschilderij op canvas (nl.aliexpress.com)

Iedereen weet | Edel Maex | EAN 9789401424042 | maart 2015 | Hardcover | Druk: 1 | Aantal pagina’s: 144 Edel Maex is psychiater in het Antwerpse Middelheim Ziekenhuis, zenleraar en een van de grondleggers van het werken met Mindfulness Training in de Lage Landen. Ruim tien jaar geleden introduceerde hij de zogenaamde mindfulnesstrainingen, een meditatietechniek die de terugval in een depressie mee kan helpen voorkomen.