Neurotransmitters als troost of God, misschien

Boekrecensie van: Op een andere planeet kunnen ze me redden, Lieke Marsman. – Een filosofische queeste naar misschien toch, God. Sprankelende essays en bevlogen (dagboek)verslagen. De auteur als zoeklicht, gevoed door latente spirituele gevoelens die sterk opleven bij de dood voor ogen van de ernstig zieke filosoof en Dichter de Vaderlands 2021-2022. ‘En zo sijpelde de filosofie toch ook de behandelkamer in. Want wie bepaalt wat zinloos lijden is, en wat niet?’ (Update jui 2025: Dichter Lieke Marsman ontvangt dit jaar de Constantijn Huygens-prijs voor haar hele oeuvre.)

‘Hoe gehecht je ook bent aan je eigen rationele wereldopvatting en hoezeer je ook een atheïstische opvoeding hebt genoten, onder de hogedrukspuit van een naderende dood houdt je rationaliteit het niet lang uit’
(Lieke Marsman)

God, misschien
M
et God, misschien, direct na Voorwoord, laat Marsman je onmiddellijk uitnodigend in haar wereld toe. Ze wil, na lang getwijfel, ‘inzichtelijk maken welke dagelijkse praktijken er ten grondslag liggen aan de geestelijke veranderingen’ die zij beschrijft. Een sterke ouverture, waardoor je weet dat je het tot en met de finale wil beleven. Filosoof en psycholoog William James treffen we hier al een paar keer aan. James zullen we nog vaker tegenkomen.

‘Enige tijd later lees ik dat William James, grondlegger van het moderne denken over religieuze ervaringen, drie kenmerken van de geloofstoestand onderscheidt: een gevoel van vrede, een gevoel van waarheid, en de wereld die als nieuw schijnt.’
(Lieke Marsman)

‘Ik móét me wel richten tot God, al heb ik op dat moment nog geen idee wat die ‘God’ voor mij inhoudt. Dat besef dat mijn oude ideeën ontoereikend waren was voor mij trouwens wel een openbaring, eentje die gepaard ging met een enorme last die van mijn schouders viel. Die openbaring herhaalt zich sindsdien bijna wekelijks. En iedere keer is het alsof ik iets vrijer kan ademen, of de uitzaaiingen in mijn longen nou groeien of niet.’
(Lieke Marsman)

‘De wereld is alles wat het geval is’
N
atuurlijk niet onverwacht dat denkers langskomen bij de speurtocht van Marsman. De auteur kent er velen. Filosofen geven antwoord of een begin van antwoord. Zoals taalfilosoof Wittgenstein. Met de Tractatus waarin hij zegt: ‘De wereld is alles wat het geval is.’ In Marsmans woorden: ‘Ik ben het geval. Ik besta.’
Verrassend legt zij Wittgenstein naast de roman Wittgensteins minnares van de Amerikaanse schrijver David Markson. Het spreekt haar aan dat Wittgensteins minnares ‘één lange mislukte poging is om het onuitspreekbare uit te spreken’. Marsman leest hierin de gedachten van hoofdpersoon Kate, die op een ‘oude typemachine typt wat er maar in haar opkomt’.

‘In het boek is er niemand die Kate hoort, niemand die haar rooksignalen beantwoordt. Maar buiten het boek zijn wij er, lezers die hoofdpersonen en hun schrijvers laten voortbestaan zolang we kunnen. Ook na hun dood.’
(Lieke Marsman)


Lieke Marsman

‘Waarover men niet kan spreken…’
M
arsman schrijft in het essay Allemaal kevers over deze zin in de Tractatus: ‘Waarover men niet kan spreken, daarover moet men zwijgen’. Dat is juist wat Marsman niet doet en niet wil. De essentie van haar boek! Zij schreeuwt het uit. En dat helpt.

‘Voor mij onderstreept het juist de essentie van Wittgensteins minnares, een die het best denkbare antwoord op Wittgenstein vormt. We kunnen soms helemaal niet zwijgen over de dingen waarover we niet kunnen spreken! Er zijn trauma’s die zo groot zijn dat niets ze recht doet en toch hebben we de taal nodig om in ieder geval een poging te doen, een allereerste schreeuw.’
(Lieke Marsman)

‘Maar voor mij was het alles’
E
en boek dat je niet kan wegleggen, een magneet. Eerlijk, open en mooi van taal. De auteur praat tegen zichzelf en de lezer zal luisteren. Marsman typt, net als Kate, eveneens wat er maar in haar opkomt. Intuïtief, recht uit haar angstig hart. Zij denkt mee met andere filosofen die haar van alles te zeggen hebben en denkt erover door. Steeds vanuit haar spirituele gevoel, over leven nu en (na) de dood.

‘Krijgen we onder grote druk als het ware een zintuig bij dat een werkelijk bestaande bovennatuurlijke wereld kan waarnemen – of zorgt zulk verdriet alleen voor wat extra neurotransmitters die ons als troost een beetje voor de gek houden? Eén ding is zeker: het verlangen naar bovennatuurlijke krachten op zulke momenten is echt.’
(Lieke Marsman)

‘Mijn eigen ervaring in de Veluwse bossen is, als ik die zo teruglees, niet heel indrukwekkend. Je liep door de modder, en toen had je het gevoel dat God bij je was? That’s it? Maar voor mij was het alles.’
(Lieke Marsman)

‘Misschien is God daar?’
I
n een ander essay, Een tweede bekering, vertelt Marsman dat de ruimte haar altijd mateloos heeft gefascineerd. Misschien is God daar? Een van haar lievelingsfilms is Stanley Kubricks 2001: A Space Odyssey. Ze vertelt over haar fascinatie voor ufo’s. Onderstaand beeld is een van haar favorieten. Met (vertaald) nieuwspamflet dat onder meer stelt: ‘Wat deze tekenen betekenen, dat weet alleen God.’

Een van Marsmans favoriete ufo’s: Hemels fenomeen boven Neurenberg, 14 april 1561

Westerse wetenschap
‘I
n het kielzog van de ufo’s’ vlogen paranormale zaken haar leven binnen. Zoals uittredingservaringen, bijna-doodervaringen, universeel bewustzijn. En ook wetenschappers die opeens iets meemaken waardoor uitgangspunten van de westerse wetenschap volledig op losse schroeven komen te staan. ‘Het idee van een universeel bewustzijn klinkt aanlokkelijk.’ Er zijn momenten dat zij erin gelooft.

‘Het strookt met het beeld dat ik van God heb, een aanwezige afwezigheid die altijd en overal is en alles mogelijk maakt, maar eenieder wel zijn eigen wil gunt. Op andere momenten zit ik hier met mijn lichaam dat overduidelijk een hoopje falende materie is, geen God te bekennen, en kan ik er helemaal niets mee.
Mijn geloof is als een foton dat tegelijk golf en deeltje is, maar waarvan je altijd maar een van de twee toestanden kunt waarnemen. (…) Wat vaststaat is dat ik het heerlijk vind om in ieder geval tussen de verschillende opties te kunnen schakelen. Ik ben liever geen laser maar een zoeklicht.’
(Lieke Marsman)

Op een andere planeet kunnen ze me redden | Lieke Marsman | dagboek/essays | Uitgeverij Pluim | 4 februari 2025 | 252 pagina’s | € 24,99 | E-book € 14,99

Beeld: Detail cover Op een andere planeet kunnen ze me redden
Foto Lieke Marsman: Zomergasten VPRO 2022
Beeld Hemels fenomeen boven Neurenberg, 14 april 1561: The Public Domain Review

Spinoza: vrij zijn kan niet in je eentje

Baruch Spinoza is een symbool van vrijheid en tolerantie. Maar hij dacht heel anders over vrijheid en tolerantie dan wij nu. Ons idee van vrijheid is vooral keuzevrijheid, jezelf zijn en vrije keuzes maken. Voor Spinoza zou dat een heel naïeve gedachte zijn omdat je als mens onderdeel bent van ketens van oorzaak en gevolg: ‘Je voegt je naar de orde’. – In De Ongelooflijke Podcast vertelt filosoof Ronald van Raak, hoogleraar Erasmiaanse waarden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, enthousiast en overtuigend over deze joods-Nederlandse filosoof.

‘Vrij zijn kan niet in je eentje. Vrijheid kan je ook niet opeisen.
Vrijheid is een geschenk van anderen, vrijheid gun je elkaar’

(Spinoza)

Op zoek naar waarheid
In zijn eigen tijd stuit Spinoza’s gedachtegoed op veel weerstand. Hij vindt dat de natuur, alles wat bestaat, een verschijning van God is, dus ook de mens zelf. Voor zeventiende-eeuwers is dat een schokkende boodschap. Spinoza (1632 – 1677) wordt nu gerekend tot de invloedrijkste filosofen van het westerse denken.’
(Canon van Nederland)

Wederkerigheid
In podcast #183 vertelt Van Raak dat voor Spinoza vrijheid doen wat noodzakelijk is. Deugdzaam zijn is kennis hebben, kennis van jezelf, in harmonie leven met jezelf, met de mensen om je heen en in je omgeving met de natuur.

Ons huidige vrijheidsbegrip is heel anders dan dat het eigenlijk lang is geweest. Bij zowel Erasmus als Spinoza zie je dat het idee van vrijheid altijd wederkerig is. Bij ons is dat nu individualistisch.’
(De Ongelooflijke Podcast)

Hoe denkt de ander
T
olerantie betekent niet dat je het recht hebt om te zeggen wat je wilt en dat je iedereen mag beledigen. Het betekent de plicht om je te verdiepen in anderen. Je moet weten hoe een ander denkt om met elkaar in harmonie te kunnen leven.

Dat is natuurlijk een hele andere opvatting van vrijheid. Vrijheid kan ook betekenen dat je helemaal niet doet waar je zelf zin in hebt, maar dat er een wederkerigheid in zit. Vrij zijn kan niet in je eentje. Vrijheid kan je ook niet opeisen. Vrijheid is een geschenk van anderen, vrijheid gun je elkaar.’
(De Ongelooflijke Podcast)


Desiderius Erasmus In het portret rusten Erasmus’ handen op een rijk gebonden boek,
waarop, in het Grieks, ‘De Werken van Hercules’ geschreven staat.

Erasmus, een kritische denker in Europa
Desiderius Erasmus
(± 1469 – 1536) is een kritische geest én een verzoener. Veruit het bekendste werk van deze invloedrijke humanist is Lof der Zotheid, waarin hij de draak steekt met de Rooms-Katholieke Kerk. Maar als de protestanten zich afscheiden blijft Erasmus zich inzetten voor kerkelijke hervorming van binnenuit.
(Canon van Nederland)

Een goed en vrij leven
In zijn boek Spelen met waarden, betalen met gedachten (2024) onderzoekt Ronald van Raak hoe het denken van Erasmus en Spinoza tot stand kwam en welke waarden eraan ten grondslag lagen. Hij beschrijft hoe hun denkbeelden door de tijd heen werden gebruikt en wat hun filosofie kan betekenen in het huidige debat over de vraag wat ons nog met elkaar verbindt.

Vrijheid was voor Spinoza verbonden met een vrije samenleving, die ook de voorwaarden bood voor mensen om zich in vrijheid te kunnen ontwikkelen. Daarom pleitte hij voor democratie en vrijheid van meningsuiting, als noodzakelijke voorwaarden voor een goed en vrij leven.’
(Ronald van Raak, in: Spelen met waarden, betalen met gedachten)  


Ronald van Raak

Morele ontwikkeling
Volgens Erasmus kunnen gedeelde waarden niet van buitenaf worden opgelegd, maar moeten deze uit de mensen zélf komen, zegt Van Raak in zijn essay. Erasmus wierp de vraag op hoe de maatschappij burgers in staat kon stellen om zichzelf moreel te ontwikkelen, om op deze manier inzicht te krijgen in de verplichtingen die we hebben tegenover elkaar.

Geen dier is woester en schadelijker dan de mens die wordt gedreven door eerzucht, begeerte, woede, afgunst, weeldezucht en wellust. Wie er dus niet dadelijk zorg voor draagt dat zijn zoon gedrenkt wordt met de beste kennis, is zelf noch mens, noch de zoon van een mens.’
(Uit Over opvoeding en vrije wil, Erasmus, in: Spelen met waarden, betalen met gedachten)

Bronnen:
*
De Ongelooflijke Podcast #183
* Canon van Nederland
*
Spelen met waarden, betalen met gedachten | Ronald van Raak | Boomfilosofie | Paperback | Februari 2024 | ISBN 9789024464456 | 144 blz. | € 22,90 | E-book € 17,90 | Volgens Boomfilosofie zijn Erasmus en Spinoza filosofen die in ons land lang werden gehaat, om vervolgens te worden vereerd. Denkers die in weinig opzichten met elkaar te vergelijken zijn, maar toch beiden symbolen werden van vrijheid en tolerantie. Erasmus hield tijdgenoten een morele spiegel voor in de Lof der Zotheid (1511). Spinoza beschreef in zijn Ethica (1677) een uitdagende morele filosofie.
– Meer over Erasmus: De Ongelooflijke Podcast #132: Wat we kunnen leren van Erasmus, een van de grootste Europese denkers ooit.

Beeld:
Barend Graat – Portret van Baruch Spinoza, 1666, olieverf op doek, 47×40 cm. Collectie Kunstzalen A. Vecht.
Beeld Desiderius Erasmus: Detail cover Tegen Oorlog Dulce Bellum Inexpertis [Heerlijk (lijkt) een oorlog aan hen, die er geen ervaring mee hebben], door Desiderius Erasmus | In het portret rusten Erasmus’ handen op een rijk gebonden boek, waarop, in het Grieks, ‘De Werken van Hercules’ geschreven staat. De verwijzing lijkt duidelijk: Erasmus rust uit van zijn Herculische werken, en zij die Grieks lezen, zijn geestverwanten, begrijpen dat. (De Groene Amsterdammer, nr. 3, 2009)

Foto Ronald van Raak: ProDemos – Huis voor democratie en rechtsstaat

‘God bestaat niet. Hij is eeuwig’

De kritische wetenschapper wordt vaak tegenover de naïeve gelovige geplaatst. ‘In dat beeld leggen zowel de wetenschapper als de gelovige een claim op het weten.’ Filosoof Désanne van Brederode becommentarieert de denkwijze over religie als iets wat zekerheid en vastigheid biedt, zelfs tegen beter weten in. ‘Maar terwijl de wetenschapper zijn wereldbeeld blijft aanpassen,’ vervolgt Van Brederode, ‘houdt de gelovige krampachtig vast aan een almachtige godheid die je precies vertelt hoe de wereld werkt en hoe je moet leven. Het idee is dat wie gelooft zelf niet hoeft na te denken: hij wéét alles al.’

‘Geloven is geen vorm van weten maar een ­existentiële keuze
voor een leven vol onzekerheid’

(Søren Kierkegaard)

Wetenschap en religie
Wittgenstein had veel invloed op de filosofie van religie, stelt Filosofie Magazine (december 2023). Hij keert zich tegen atheïsten die stellen dat het geloof achterhaald is omdat de wetenschap betere verklaringen biedt.

Maar hij was ook kritisch op religieuze mensen die het bestaan van God proberen te bewijzen. Beide manieren van denken reduceren religie in zijn ogen tot een achterhaalde vorm van kennisvergaring.’
(FM)

Bij Wittgenstein gaat geloof niet om kennis, maar om iets anders. Hij wordt sterk geïnspireerd door de Deense filosoof Søren Kierkegaard, die stelt dat geloven geen vorm van weten is, maar een existentiële keuze voor een leven vol onzekerheid.

Godsbewijzen
Twee zienswijzen komen aan bod bij Willem B. Drees. De emeritus hoogleraar filosofie aan de Tilburg University vermeldt een rationalistische kijk op het geloof en een kijk die het geloof buiten de rede plaatst, een zienswijze die tijdens de Verlichting ontstond.

Enerzijds is er een rationalistische kijk op het geloof. Die zie je terug bij Thomas van Aquino en Baruch Spinoza. Zij probeerden allebei op hun eigen manier God in een systematisch geheel te passen en het bestaan van God rationeel te bewijzen.’ Zo leverde Aquino in zijn teksten vijf godsbewijzen, die ervoor moesten zorgen dat het bestaan van God buiten kijf kwam te staan.’
(FM)


Bestaan van God staat buiten kijf?

Godsargumenten
FM
stelt dat het volgens Immanuel Kant onzinnig is om godsbewijzen te leveren, want God kun je niet met de rede doorgronden. – God met rede doorgronden is echter niet zo zeer de bedoeling van de hedendaagse filosoof Emanuel Rutten. Hij bewijst het bestaan van God niet, maar probeert met godsargumenten het bestaan van God uit de schepping af te leiden. In zijn proefschrift onderzoekt hij kosmologische argumenten.
En in zijn nieuwe boek Datgene waarboven niets groters gedacht kan worden staan acht nieuwe argumenten. Ook hierin maakt hij duidelijk dat de argumenten het bestaan van God heel waarschijnlijk maken, maar geen absolute zekerheid bieden. Bovendien, geloof in God op zichzelf vindt de filosoof al een legitieme basisovertuiging die zonder rationele argumenten intellectueel eveneens gerechtvaardigd is.

Bewijzen doen we in de wiskunde, niet in de filosofie. Het gaat om een argumentatie met plausibele (maar geen volkomen zekere) premissen en dus ook een plausibele (maar geen volkomen zekere) conclusie.’
(Emanuel Rutten)

Vaak wordt geloof in God weggezet als onzinnig en irrationeel, stelt Rutten in ‘Redelijke Godsargumenten tracht men te framen als onzinnig’ (2015): Door te laten zien dat er redelijke argumenten zijn voor het bestaan van God wil hij dit ‘frame’ doorbreken. Vooral in West-Europa worden gelovige jongeren vaak blootgesteld aan harde kritiek op hun geloof, zegt hij. ‘Door te laten zien dat geloof in God allesbehalve irrationeel is, kan men dat soort gesprekken een stuk geïnformeerder ingaan dan nu helaas vaak het geval is.’

Geloven met hart en rede
God is zowel een kwestie van het hart als van het verstand, zegt Rutten in Datgene waarboven niets groters gedacht kan worden. Die uitspraak vind je terug in de titel van het interessante en uitgebreide artikel in Filosofie Magazine: Geloven met hart en rede (december 2023). Dit besteedt vooral aandacht aan Denken over geloven – Van moderne zekerheid tot agnostische terughoudendheid van Willem B. Drees, en Wittgenstein on Religious Belief van Genia Schönbaumsfeld.

Wittgenstein komt geregeld aan het woord en die stelt dat als je van religie een wetenschappelijke kwestie maakt, geloof tot een vorm van bijgeloof verwordt, tot een soort achterhaald magisch denken. Religieuze verhalen zijn namelijk nooit wetenschappelijk aannemelijker dan een goed geteste hypothese.’

Daarom, zegt Schönbaumsfeld, verzet Wittgenstein zich zowel tegen atheïsten die religie onderuit proberen te halen met wetenschappelijke argumenten als tegen religieuze mensen die zeggen dat religie een sluitende verklaring voor de wereld biedt. Beide kampen reduceren geloof volgens hem tot slechts één functie: de wereld verklaren.’
(FM)

‘Bestaan’
Het woord ‘bestaan’ duidt volgens Wittgenstein meestal op tijdelijk bestaande dingen, zoals een kat, een tafel of een mens.

Alles wat bestaat, heeft ooit niet bestaan en zal op een dag ophouden te bestaan. Maar God niet. In de definitie van God zit al besloten dat hij noodzakelijk en eeuwig bestaat. God móét bestaan, anders is Hij God niet meer.’ 
(Schönbaumsfeld)

God is geen aanwijsbaar ‘iets’
Wittgenstein wil dus laten zien dat God geen aanwijsbaar ‘iets’ is zoals een mens, een kat of een tafel. Hij verwijst bij dit punt volgens Schönbaumsfeld naar de protestantse filosoof Søren Kierkegaard.

Kierkegaard schrijft: “God bestaat niet. Hij is ­eeuwig.” Hij bedoelt hiermee: wat eeuwig is, bestaat niet, of in elk geval niet zoals jij, ik en de dingen om ons heen bestaan.’

Bronnen:
* Geloven met hart en rede – Volgens Kant, Wittgenstein en Kierkegaard draait geloven helemaal niet om zekerheid – integendeel. (Femke van Hout, Filosofie Magazine, nr. 12, december 2023)
* ‘Redelijke Godsargumenten tracht men te framen als onzinnig’ (Goden En Mensen, 2015)

Beeld: De Pilaren der Creatie. 2022. Webb, in nabij-infrarood licht. (Afbeelding van NASA, ESA, CSA, STScI; J. DePasquale, A. Koekemoer, A. Pagan (STScI.)
Beeld Bestaan God: Lucepedia (Tilburg School of Catholic Theology – Tilburg University)
Update 28012024

Doctrinevrij denken & geloven in 2024

Geloven en denken voor beginners – Zingeving als tegengeluid van ‘X-gekwetter in een Insta-tijd’. Luchtig raakt NRC-journalist Gijsbert van Es metafysica aan, transcendentie en immanentie, zelfs Spinoza en Einstein, en natuurwetenschappers als de ‘theologen van deze tijd’, en eveneens de ‘Natuur die Goddelijk’ is. – God is in de hemel en hier op aarde leeft Hij niet, zegt Van Es, een probleem waarvan de oplossing voor het grijpen ligt: ‘Mensen zijn kinderen van God. Maar welke God?’

‘De Natuur is Goddelijk. En mensen? Nietig klein en kwetsbaar zijn allen,
als een pasgeboren baby’

(Gijsbert van Es)

Blogs, kranten, TV-programma’s, podcasts en ook ‘X- en Facebookgekwetter’ te over rondom zingeving, niet in de laatste plaats in Van Es’ eigen NRC. Daar kan je je zelfs abonneren via ‘Mijn nieuws’ op ‘Religie’. (Op ‘Filosofie’ (nog) niet(!).)

Mensen zijn te klein, vindt de journalist, en vooral: te kleingeestig, en geestelijk afgestompt. Waarschijnlijk daarom zijn dringende overpeinzingen? Grootgeestig worden en geestelijk aanscherpen zal de opzet zijn van de 6 Overpeinzingen. Daar ga ik dieper op in met inzichten die gelukkigerwijs al meer en meer verspreid worden, zelfs via ‘X- en Facebookgekwetter’. 🌟

Wij praten alleen tegen onszelf. We praten niet tegen de rivieren, we luisteren niet naar de wind en de sterren. Dit grote gesprek hebben we afgekapt. Daardoor hebben we [ons eigen] universum verbrijzeld. Alle rampen die nu over ons komen, zijn een gevolg van deze geestelijke afstomping.’
(Amerikaans theoloog en cultuurhistoricus Thomas Berry, geciteerd door Van Es)


Zie niet slechts die ene ster, zie ze allemaal 

1. Durf te geloven
De bovennatuur’ is dat: metafysica, zegt Van Es. – Bladerend door mijn blogs kom ik neuropsycholoog Sarah Durston tegen. Zij zegt hierover dat we vanuit het materialistische denken heel veel dingen [‘bovennatuur’] hebben geparkeerd als onmogelijk en onwetenschappelijk. Die zijn daardoor taboe geworden.

Dat heeft allemaal te maken met de metafysica die we hanteren. Als je ervan uitgaat dat we allemaal in een groter bewustzijnsveld met elkaar verbonden zijn, dan zijn zaken als synchroniciteit maar ook telepathie niet raar en ook niet paranormaal, ze passen dan heel goed binnen de normale werkelijkheid.’
‘Ze [gebeurtenissen en toevalligheden] zijn onderdeel van onze dagelijkse werkelijkheid. Binnen een andere, niet-materialistische metafysica zijn die dingen gewoon mogelijk. Ik denk dus dat wat we als wetenschappelijk beschouwen, moeten oprekken.’
🌟
(Sarah Durston, in: ‘Ons wereldbeeld is toe aan een drastische herziening’)


Ons wereldbeeld

2. Durf je te uiten over je geloof
De journalist haalt Martin Heidegger aan: ‘Durf te leven!’ En dat doe je ‘zonder angst voor eenzaamheid, tegenslag, ziekte en per slot de dood’. (…) ‘Door een onderzoekend leven te leiden en vragen over zingeving niet uit de weg te gaan’.
– Inderdaad, volgens Heidegger kom je, vooral door de confrontatie met onze sterfelijkheid, dichter bij ‘de zin van het zijn’, dichter bij de betekenis van het bestaan.

Heidegger roept zelfs op om voortdurend te leven met het einde voor ogen: Sein zum Tode. Dit lijkt een vrijwel onmogelijke opgave. Juist uit angst onze eigen dood te ontmoeten, willen we liever het leven door onze aderen voelen stromen en ervan genieten. We moeten van de filosoof wel voorkomen af te glijden naar ‘vrijblijvend’ leven: beter zou het zijn ons ‘onverwisselbaar leven’ te verwerkelijken. De dood roept ons op tot bezinning. Heidegger: ‘Hij [de dood] openbaart de onherroepelijkheid van onze beslissingen en roept ons tot het eigenlijke en eigen leven in vrijheid en zelfverantwoordelijkheid.’
🌟
(Uit: ‘Is er leven vóór de dood? Dát is de kwestie!’)


Is er leven vóór de dood? Dát is de kwestie!

3. Durf moeilijke woorden te gebruiken
Z
oals ‘transcendent’ en ‘immanent’, die volgens van Es staan voor totaal verschillende perspectieven in geloofsbeleving: ‘De eeuwige vraag hier is: wáár huist nu toch die goddelijke kracht? Staat die – transcendent – buiten deze aarde, en zelfs buiten het heelal? Of is die – immanent – vindbaar en voelbaar in alles wat ons vormt en omringt?’

De Duitse liberale theoloog Jörg Lauster betoogt in het boek Levensduiding in het licht van transcendentie dat een ervaring van transcendentie licht werpt op het bestaan, en dat religie in staat stelt om bij te dragen aan de duiding van het leven. Transcendentie staat voor ‘God’, of het ‘heilige’, soms ook voor ‘het andere’ of ‘iets dat in de mist van een weinig verplichtende vaagheid blijft hangen’. Voor hem is de ervaring van transcendentie het centrale element van religie, en niet slechts ‘het vreemde’ en ‘andere’. Hij noemt het ‘datgene wat ons draagt en vervult’.
🌟
(Uit: Transcendentie is datgene wat ons draagt en vervult)


The Cloud of Unknowing (detail)

4. Probeer Spinoza te begrijpen
V
oor een beginnend gelovige, stelt de journalist, laat de immanente God zich eerder bevatten dan de transcendente. ‘Hierbij helpt een stelling van de filosoof Spinoza (1632-1677). Verbluffend eenvoudig en diepzinnig tegelijk formuleerde hij deze stelling: ‘Deus sive natura.’ Vertaald: ‘God is gelijk aan de Natuur.’ Van Es: ‘Interpreteer het woord ‘Natuur’ hier niet smal, als flora en fauna, maar juist breed, als de Natuur die alomvattend is: van de oneindige kosmos tot en met de diepst verborgen kwantumdeeltjes, en alles wat daar tussenin gloeit en broeit’.

En Einstein las zo’n 300 jaar later Spinoza en kon zich in zijn God vinden, laat de journalist weten en beveelt aan Einsteins inzicht niet weg te poetsen: ‘Ik geloof in de God van Spinoza, die zichzelf openbaart in wetmatige harmonie, en niet in een God die zich bemoeit met het lot en de handelingen van mensen.’

Einstein vond inderdaad dat de hele kosmos zich openbaart in zulk een ordelijke harmonie, en wel zó dat hij dat met zijn beperkte kennis – zoals hij zelf zei(!) – amper kon bevatten: “Toch zijn er mensen die beweren dat er geen God is. Ik word echt boos dat ze mij aanhalen als verdediger van hun standpunt. Ik ben geen atheïst.” Mensen die de Schepper afwezen noemde hij ‘fanatieke atheïsten’.

De religie van de toekomst zal een kosmische religie zijn. Het zou een persoonlijke God moeten transcenderen, en dogma en theologie vermijden. Zowel het natuurlijke als het spirituele betreffende, zou het gebaseerd moeten zijn op een religieuze intuïtie, afkomstig van de ervaring van alle natuurlijke en spirituele dingen als een betekenisvolle eenheid. Het boeddhisme beantwoordt deze beschrijving. Als er een religie is die om zou kunnen gaan met de moderne wetenschappelijke behoeften, zou dat het boeddhisme zijn.’
🌟
(Einstein in: ‘Atheïsme was goed genoeg voor deze idioten’)


Albert Einstein

5. Maak kennis met natuurwetenschappers, als de theologen van deze tijd
Spinoza en Einstein doorzagen, zegt Van Es, al wat grote geleerden nu ontdekken: exacte wetenschappen leiden, via fundamentele kennis, tot nóg dieper inzicht. ‘Zoals het besef dat de letterlijk onbegrensde ruimte en eindeloze tijd zich niet laten vangen in lichtjaren en nanometers’.
Hij verwijst naar de Britse fysicus Julian Barbour die zei: ‘Ik interpreteer mijn theorie (..) in de betekenis die de oosterse mystiek eraan geeft: dat je oplost in het geheel der dingen, dat je deel uitmaakt van de kosmos, en daar leg ik me bij neer. Maar voor veel [mensen] is hun ego te belangrijk om op te geven. Het is een psychologische kwestie.’

IKosmologische wetenschap en godsgeloof gaat emeritus-hoogleraar Russisch Christendom Wil van den Bercken concreet in op de vraag of heelalwetenschap en godsgeloof samen kunnen gaan. Hij beargumenteert dat dit mogelijk is zonder dat de twee zaken in elkaars vaarwater komen. Geloof en wetenschap zijn gescheiden maar zijn wereldbeschouwelijk niet incompatibel met elkaar. Ook enkele Nederlandse kosmologen komen aan het woord met een respectievelijk atheïstisch, gelovig en agnostisch standpunt.

Wetenschap is niet enkel verenigbaar met spiritualiteit, het is een diepe bron van spiritualiteit. Als wij onze plaats erkennen in de immensiteit van lichtjaren en in het verloop van de aeonen, als wij de complexiteit, schoonheid en subtiliteit van het leven beseffen, dan is dat zweverige gevoel, die gecombineerde ervaring van vervoering en nederigheid, beslist spiritueel.

Een religie, oud of nieuw, die de pracht van het universum benadrukt, zoals geopenbaard door de moderne wetenschap, zou een potentieel aan verering en ontzag kunnen opwekken die conventionele geloven nauwelijks kunnen oproepen.’
🌟
(Carl Sagan in: Uit sterrenstof gemaakt, in hoofdstuk Kosmologisch bewustzijn – in: Heelalwetenschap en godsgeloof)


Stervorming

6 Durf klein en kwetsbaar te zijn
H
et lijkt eenvoudig: geloven in één levende God ‘die in de hemelen zijt’, maar hier op aarde leeft godsdienstige eenheid niet, overpeinst Van Es tot slot. ‘Het is een probleem waarvan de oplossing voor het grijpen ligt. ‘God is gelijk aan de Natuur.’ Natuurlijk zijn mensen ‘kinderen van God’. Maar welke God?’

En mooi besluit Van Es: ‘Zie daarom, midden in de winternacht, als de hemel opengaat, niet slechts die ene ster, die daagt in het oosten. Zie ze allemaal! De Natuur is Goddelijk. En mensen? Nietig klein en kwetsbaar zijn allen, als een pasgeboren baby’.

Kinderen zijn klein en kwetsbaar. Kinderen, zo denken bijvoorbeeld wetenschappers als Richard Dawkins, zouden daardoor religieuze denkbeelden bijna letterlijk met de paplepel ingegoten krijgen en op die manier geïndoctrineerd worden door hun gelovige ouders. Echter, recent onderzoek in de ontwikkelingspsychologie toont aan dat het indoctrinatiemodel fundamenteel onjuist is.

Zo blijken jonge kinderen geneigd om te redeneren in termen van intelligent design. Ze verkiezen een doelgerichte verklaring –zoals: de wolk is gemaakt om te regenen – boven een naturalistische – bijvoorbeeld: regenen is nu eenmaal iets wat een wolk toevallig doet. Kinderen blijken ‘intuïtieve theïsten’ met een natuurlijke aanleg voor religie, ongeacht hun opvoeding.’
🌟
(Filosoof Leon de Bruin in Kinderen blijken ‘intuïtieve theïsten’)


Intuïtief tekenen

Bron: (Gijsbert van Es in: Zie niet slechts die ene ster, zie ze allemaal, NRC)
Beeld: Journey of the Human Spirit (johns-consciousness.com)
Illustratie ‘Zie niet slechts die ene ster, zie ze allemaal: Indra Bangaru (NRC)   
Illustratie Ons wereldbeeld: worldviewyourneys.com
Beeld Is er leven vóór de dood? Dát is de kwestie!: Civis Mundi, tijdschrift voor Sociale Filosofie en Cultuur
Beeld The Cloud of Unknowing (detail): © Evan Mann 2016 – Referencing a mystic text (The Cloud of Unknowing) written by an anonymous monk in the 14th century, this exhibition is the product of Evan Mann’s explorations of faith in a post-modern world, where knowledge abounds and the reverence for mystery shrivels away in the corner. 
Beeld Albert Einstein: Canon van Nederland
Beeld stervorming: allesoversterrenkunde.nl
Foto intuïtief tekenen: Rosa KokWerkatelier voor persoonlijke ontwikkeling & creativiteit
Update: 10.51 uur

🌟💝 Doctrinevrij denken & geloven gewenst in 2024 💝🌟

Waar is Spinoza als je hem nodig hebt?

Spinoza toonde de mens niet als een hoger wezen dan de andere op aarde, zegt historicus Tineke Bennema. Zij schrijft in de Volkskrant dat het tijd wordt dat we andere mensen, dieren, planten en stenen beschouwen als een heilige eenheid. ‘De relatie van Nederlanders met de natuur is volkomen uit het lood, het is een hysterische verhouding van uitersten, van dominantie en angst, van vernietigen en herstellen, van uitbuiten en ophemelen.’

‘De opvatting die ik heb over God en de natuur wijkt sterk af van de late christenen.
Ik beschouw God namelijk als de in de dingen wonende oorzaak van alles,
niet als een oorzaak buiten de dingen.
Alles is volgens mij in God en beweegt zich in God.’

(Spinoza)

Bennema verwijst niet alleen naar de ‘uitzonderlijke en verguisde’ Spinoza, maar ook naar het confucianisme, taoïsme en de islam die de mens eveneens zagen als een wezen niet hoger dan de andere op aarde.

De mens heeft zijn functie, net als de andere. Sterker nog, hij werd pas gelukkig als hij zichzelf ziet als niets bijzonders en alles om zich heen heel schoon vindt: andere mensen, dieren, planten, stenen, planeten, en respecteert en beschouwt als een heilige eenheid. Waarin hij zijn plaats kent.’

Het zou helpen als die gedachte weer leidend wordt, stelt Bennema. In het, soms zelfs doorgeslagen, fundamentalistisch-atheïstische Nederland roept het meteen weerstand op om religieuze zienswijzen te herintroduceren.

Maar ook voor hen kan heiligheid in de vorm van respect voor de natuur een inzicht zijn.’

Het christendom en de westerse filosofen waren vooral gericht op de cognitieve vaardigheden van de mens (‘ik denk, dus ik ben’) en hadden weinig oog voor de plaats van de mens in de natuur.

Zonder water en lucht had Descartes niet lang kunnen denken/bestaan. Ze stelden dat de natuur er was voor de mens om van te profiteren en te domineren. Dat was Gods wens zelfs. Het jodendom en christendom plaatsen eerst God boven de natuur en daarna de mens erbuiten als plaatsvervangend heerser.’

Heel anders dan in andere religies en filosofieën, waarin de mens een nederig onderdeeltje is van de aarde, van de kosmos en daarmee een goddelijke eenheid vormt.

Maar so far voor de westerse vermeende almacht van de mens: hij heeft als heerser nu een vet probleem, omdat hij heeft gefaald de aarde eronder te houden, en de planeet zal de mens laten branden in de hel. Het zou de mens moeten doen twijfelen aan zijn heerschappij.’

Zonder een herziening van de Nederlandse houding ten opzichte van de natuur kan de technologie ons als deus ex machina ook niet redden, vindt de historicus.

Er is een totaal andere, fundamentele switch nodig, een niet-materiële kijk. Te beginnen met het verwerven van kennis over de natuur, hoe systematisch en mooi elk onderdeel in elkaar steekt en een rol vervult die een andere ondersteunt. Met nieuwsgierigheid, verwondering, een portie nederigheid.’

Zie: Opinie: Het wordt tijd dat we andere mensen, dieren, planten en stenen beschouwen als een heilige eenheid (de Volkskrant, Tineke Bennema, augustus 2022)

Beeld: academieopkreta.com
Tekening: mystiekeschool.nl

‘God keert terug dankzij de quantummechanica’

UITGELICHT – Volgens Maarten van Buuren keert God terug dankzij de quantummechanica als alomvattende kiemkracht in de Natuur. Het idee dat alle natuurprocessen gehoorzamen aan de wet van afkoeling en verval moet volgens hem worden herzien. Over zijn boek Quantum, de oerknal en God dat 2 februari 2021 verschijnt, interviewden Hans Rutten en Jacques Poot, van Academie op Kreta, de auteur. ‘Er gaapt een kloof tussen onze waarneming en de dynamiek waar alles uit voortkomt. Over die grens en over de oorsprong van de dingen gaat het in Quantum, de oerknal en God.

‘De goddelijk oorsprong en beschutting van een kosmos is al te lang afgeschilderd als een door God verlaten en langzaam uitdovend heelal’
(Maarten van Buuren)

God is Natuur
‘God is Natuur’ stelde Baruch de Spinoza in de 17e eeuw. Met de opkomst van de moderne natuurkunde in de 18e en 19e eeuw raakte de natuur haar goddelijke status kwijt. Wetenschappers dachten dat alles meetbaar was en het leek een kwestie van tijd voordat de mens de natuur geheel en al zou hebben doorgrond.

‘Aan dit optimisme kwam een abrupt einde toen de jonge Duitse natuurkundige Werner Heisenberg in 1925 ontdekte dat het gedrag van elementaire deeltjes per definitie onbepaalbaar is. Heisenberg legde de grondslag voor de quantumfysica. Hij ontketende een wetenschappelijke revolutie die het moderne wereldbeeld op zijn kop zette. In Quantum, de oerknal en God onderneemt Maarten van Buuren een filosofische verkenning van de consequenties van deze revolutie.

Het idee dat alle natuurprocessen gehoorzamen aan de wet van afkoeling en verval moet volgens Van Buuren worden herzien. Aan afkoeling en verval gaat een dynamische impuls vooraf waaruit alle dingen ontstaan en die de energie levert voor alles wat groeit en bloeit. ‘Vormkracht’ is de motor van het universum. Daarmee keert God als alomvattende kiemkracht in de Natuur terug.’
(Maarten van Buuren)


Coverfoto Van melkweggrenzen tot kwantumverstrengeling (Bruno del Medico)

‘Natuurprocessen herzien’
‘Het idee dat alle natuurprocessen gehoorzamen aan de wet van afkoeling en verval moet volgens Van Buuren worden herzien.’ Dit klinkt voor Rutten en Poot als een geniaal inzicht, goed voor een Nobelprijs. ‘Is dit een omwenteling in denken die door anderen bekritiseerd wordt, of zal worden,’ vragen zij Van Buuren. Zijn antwoord luidt dat de herziening van wat bekend staat als de tweede wet van de thermodynamica (de wet van de entropie) eigenlijk een onontkoombare consequentie was van zijn langdurig kauwen op de ontdekkingen van Max Planck, Niels Bohr en Werner Heisenberg.

‘Aan natuurkundigen die ik mijn boek heb voorgelegd (bijvoorbeeld hoogleraar quantumfysica Dennis Dieks,) accepteren mijn ‘vormkracht’ in principe niet, maar ze kunnen me niet uitleggen waarom ze dat niet doen en geven me ook geen argumenten die zouden weerleggen wat mijns inziens onweerlegbaar is, namelijk dat als je uitgaat van de wet dat alle natuurkundige processen berusten op entropie (afkoeling en ontbinding), dit een complementair principe veronderstelt dat verklaart waarom lichamen (in de ruimste zin van het woord) überhaupt tot ontstaan, groei en bloei hebben kunnen komen.

‘Rijzen, blinken en verzinken’ zei mijn grootmoeder. Als je benadrukt dat alle natuurkundige processen bepaald worden door ‘verzinken’, vergeet je dat aan dit ‘verzinken’ een ‘rijzen’ en ‘blinken’ vooraf moet gaan, en zelfs dat dit ‘rijzen’ en ‘blinken’ het primaire proces is ten opzichte waarvan de entropie (het ‘verzinken’) de secundaire keerzijde is.

(Maarten van Buuren)


dynamische kern, de kiemkracht, de ontembare levensenergie…’

‘Doemdenken behoeft correctie’
‘Vormkracht’ is de motor van het universum, waarmee God als alomvattende kiemkracht in de Natuur terugkeert, stelt Van Buuren. Voor Rutten en Poot klinkt dit in een tijd van doemdenken als een blijde boodschap: ‘Het wordt niet allemaal ‘minder’. Het wordt steeds mooier en beter. Dit is een indrukwekkende ommekeer in het denken. Althans voor ons.’ Zij vragen of Van Buuren het zelf ook als een ‘onverwachte hoop op een betere toekomst’ ziet.

‘Je toont me consequenties waarvan ik me nauwelijks bewust was. Maar je hebt gelijk. Eén van de blij-makende effecten van het schrijven van dit boek was dat de standaardtheorie over het wezen van natuurkundige processen, over de evolutie van het heelal en dus over de toekomst van het universum in het algemeen en van de aarde in het bijzonder zich aftekent als een vorm van doemdenken die hoognodig correctie behoeft.

Ik kan niet zeggen dat ik iemand ben van ‘de blijde boodschap’, maar het verzet dat ik moest aantekenen tegen de klakkeloos aanvaarde theorie van de entropie maakt dat ik de dynamische kern, de kiemkracht, de ontembare levensenergie, kortom de goddelijk oorsprong en beschutting moet benadrukken van een kosmos die al te lang is afgeschilderd als een door God verlaten en langzaam uitdovend heelal.’
(Maarten van Buuren)

Zie: Cursussen filosofie op Kreta in 2021 en 2022

Beeld: Klimaatverandering vanuit de samenhang (Appeltern)
Beeld: Coverfoto Van melkweggrenzen tot kwantumverstrengeling (Bruno del Medico)
Beeld: ‘…dynamische kern…’ (Appeltern)

Quantum, de oerknal en God | Filosofische perspectieven van de quantummechanica | ISBN: 9789047712084 | Lemniscaat | Uitvoering: Paperback | Prijs: € 19,99
‘Maarten van Buuren is hoogleraar Franse literatuur aan de Universiteit Utrecht en vertaler. In 2008 verscheen zijn bestseller Kikker gaat fietsen!, een verslag van zijn worsteling met depressies. Daarna schreef hij in 2012 De afrekening, een kritische beschouwing over het gewapend verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Samen met Joep Dohmen publiceerde hij twee boeken, De prijs van de vrijheid (2011) en Van oude en nieuwe deugden (2013).
In Spinoza – vijf wegen naar de vrijheid (2016) werpt van Buuren een verhelderend licht op Spinoza’s moeilijk doordringbare filosofie, en met Spinoza – Ethica (2017) maakt hij een vertaling die het Latijnse origineel dichter dan ooit benadert en tevens een nieuw en verhelderend licht werpt op de sleutelbegrippen van Spinoza’s denken.’ (Akademie op Kreta)

Update 04012025 / september 2025 (Lay-out, links, foto’s)