Met Boeddha op het Achtvoudige Pad

Sri.Lanka.rondreis.Mihinthale.beeld

Als Arjen ergens rond het einde van de zesde eeuw V.Chr. Boeddha hoort prediken in een park, tijdens een van zijn vorige levens, blijft hij luisteren. Hij wordt geraakt door zijn woorden en veert op bij zijn verhaal over de Vier Edele Waarheden, de kern van zijn leer. Vooral bij de vierde edele waarheid: het Achtvoudige Pad. Dat vertelt hoe je goed kunt leven, zoals: met het juiste inzicht; de juiste bedoelingen; de juiste spraak; het juiste handelen; het juiste levensonderhoud; de juiste inspanning; de juiste aandacht; de juiste concentratie.

(Met een knipoog naar Arjan Lubach) 😉

Boeddha doet Arjen denken aan de Iraanse profeet, leraar en filosoof Zarathustra die Arjen eerder ontmoette in hetzelfde park. Zarathustra (ook wel Zoroaster genoemd), spreekt op zijn manier over het juiste leven. De mens zou op de juiste manier moeten denken, juist spreken en juist handelen. Voor Arjen betekent dit dat als je juist denkt, je vanzelf juist gaat spreken en wat belangrijker is, dat daar weer uit voortvloeit dat je dan juist gaat handelen. Het zou de wereld ten goede komen als veel mensen juist denken.

Arjen verdiept zich in het Boeddhisme, maar wordt geen monnik. Hij kiest voor het lekenbestaan. Dat verruimt zijn openstaan voor wat het leven nog meer te bieden heeft. In een klooster zou het misschien gemakkelijker zijn om te leven op boeddhistische wijze (meer tijd en stilte voor meditatie en concentratie), maar binnen de maatschappij, in een gezin, leeft Arjen meer volgens het Achtvoudige Pad. Ook als voorbeeld voor (en met) anderen en zijn kinderen. In een klooster zou hij zich waarschijnlijk opgesloten voelen, te veel binnen, te ver verwijderd van het echte leven.

Het spreekt Arjen aan dat Boeddha met behulp van meditatie – na een spirituele crisis rond zijn dertigste levensjaar – naar diepgaand inzicht in de werkelijkheid zoekt. Naar bevrijding door inzicht. Dat Boeddha op zoek gaat ‘naar het ongeborene, dat wat niet veroudert, dat wat vrij is van ziekte, het doodloze, dat wat vrij is van verdriet en bezoedelende affecten, de onovertroffen rust na inspanning, het nirvana.’ Hij lijkt op zoek te zijn naar de hemel op aarde. En dat is niet de hemel van (een) God, want het concept God is Boeddha vreemd. Het boeddhisme is niet-theïstisch. Goden zijn hooguit medebewoners van het universum, van de ‘hemelen’ en geen scheppers. Voor Boeddha staat de mens en zijn heil centraal; zijn leer is antropocentrisch.

Boeddha wordt geraakt door het lijden van mensen als hij rond zijn dertigste levensjaar buiten de muren van het paleis treedt waarin hij opgroeit. Voor het eerst ziet hij ouderen, zieken en doden. Als hij ook een rondtrekkende asceet ontmoet, wil hij diens voorbeeld volgen en de verlossing uit de wereld van het lijden zoeken. Het lijden groeit uit tot zijn centrale thema. Boeddha realiseert zich dat het leven met lijden is gevuld. Zo kwam hij tot zijn Vier Edele Waarheden: over het lijden zelf; over de oorzaak van het lijden; over het ophouden van het lijden en over de weg er naar toe: het Achtvoudige Pad.

De gedachtegang van Boeddha over het omgaan met het lijden zet Arjen aan het denken. Hij vindt het niet eenvoudig zijn vier edele waarheden in praktijk te brengen. Volgens Boeddha schuilt het lijden in het verlangen, begeerte, en ontstaat dat verlangen door onwetendheid: door een verkeerd begrip van de dingen, met name de aard van het zelf.

Om dit beter te leren doorgronden volgt hij Boeddha op het Achtvoudige Pad. In de gedachte daardoor de Vier Edele Waarheden beter te kunnen begrijpen en ernaar te leven, daar ook Arjen wil dat het lijden ophoudt, niet alleen bij hem, maar bij alle mensen. Zelf gelooft Boeddha dat het lijden zal stoppen wanneer het proces dat het voortbrengt, omgedraaid wordt en nirvana voortbrengt: een einde van alle verlangen en onwetendheid. Dat nirvana kan bereikt worden door middel van het Achtvoudige Pad. Dat blijkt een lange weg. Maar tijdens het onderweg zijn oefent Arjen in het doen van het juiste. En Boeddha vindt dat proces het belangrijkste, zegt hij als hij omkijkt om te zien of Arjen hem nog volgt, niet alleen het doel.

Het achtvoudige pad, legt Boeddha onder een prachtige boom aan Arjen uit, gaat om het juiste spreken (waarheidsgetrouw, vriendelijk en zinvol); om het juiste handelen (geweldloos, niet stelen, geen seksueel wangedrag); het juiste levensonderhoud (beroep waarin geen begeerte, geweld, en handel in verdovende middelen of levende wezens plaatsvindt); de juiste inspanning (ook wel uitgelegd als wat goed is voor jou is altijd goed voor je medemens); de juiste aandacht (opmerkzaamheid of bewustzijn: luisteren naar je lichaam, gevoelens, geest, inhoud van de geest); de juiste concentratie (mediteren, goede dingen doen); de juiste visie (de vier edele waarheden) en de juiste gerichtheid van het denken (verzaken van begeerte, welwillend, geweldloos.)

Het Achtvoudige Pad kost Arjen veel (juiste!) inspanning om in de praktijk te brengen. Hij kan het pad echter in vieren delen. Dan is de eerste stap het doel dat aan alles te grondslag ligt: een waar geloof opbouwen. Een die gebaseerd is op de wijsheid van Boeddha. En dat je het grondbeginsel van de wezenlijkheid (waar het om gaat) van alle bestaan aanneemt en het zo leert begrijpen. De tweede stap is dan de juiste levenshouding aannemen. De derde stap: consequent met deze houding leven en als de vierde stap in dat dagelijks leven de leer van Boeddha op een goede manier gebruiken.

Bronnen o.a.:
Wereldreligies, onder redactie van Michael D. Coogan (Librero)
Hedendaags Boeddhisme van Nikkyô Niwano (Servire Uitgevers)

Beeld: singhareizen.nl

‘Denkfout in het boeddhisme: de negativiteit’

BOEDDHAwilshart.nl

‘Klopt de boeddhistische stelling dat alle lijden uit begeerte voortkomt?’ is de vraag van Germen op Visionair. Hij vraagt zich af hoe het boeddhisme er uitgezien zou hebben als Boeddha niet de vier Nobele Waarheden had ontdekt, maar een andere oplossing voor het lijden had gevonden. ‘Begeerte houdt ons in leven en laat ons van het leven genieten,’ luidt zijn antwoord. 

In een nieuwe serie verkent Visionair het cruciale moment in de levensloop van de stichters van drie wereldreligies: Boeddha, Jezus en Mohammed, waarin hun religieuze activiteiten hun definitieve richting kregen. Wat als ze andere keuzes hadden gemaakt?

Deel een gaat over een van de meest invloedrijke denkers ooit: prins Siddharta Gautama, de grondlegger van de boeddhistische filosofie en religie. Hij was de kroonprins van de Shakya’s, een clan in de Terai, de zuidelijke laagvlakte van wat nu Nepal is. De precieze omstandigheden van zijn leven zijn niet bekend, maar veel overleveringen zijn het over belangrijke ideeën van het boeddhisme wel met elkaar eens.

Gautama, de grondlegger van de boeddhistische filosofie en religie, mediteerde tot hij een oplossing vond voor het menselijk lijden. Daaraan wilde hij een einde maken. Dat leidde uiteindelijk tot de Vier Edele Waarheden en het Achtvoudige Pad. De Vier Edele Waarheden stellen dat er lijden is, dat het lijden een oorzaak heeft die kan worden opgeheven door het Achtvoudige Pad te volgen. Het Achtvoudig Pad gaat over het juiste begrip of inzicht; de juiste gedachten; het juiste spreken; het juiste handelen; juiste wijze van levensonderhoud; juiste inspanning; juiste indachtigheid / meditatie, en de juiste concentratie.

Germen zegt dat het boeddhisme de meest logisch gestructureerde is van de religies en steeds populairder in de westerse wereld. Ook is het logisch consistent, wat een grootheid als Albert Einstein er toe bracht het boeddhisme de meest wetenschappelijke van de religies te noemen.

Toch zit er een ernstige denkfout in het boeddhisme: de negativiteit. Het volledig verdwijnen van begeerte betekent uiteindelijk de dood, het terugkeren naar een nuldimensionale ruimte. Begeerte houdt ons in leven en laat ons van het leven genieten.’

De auteur stelt dat het lijden niet stopt door het te ontkennen, maar dat wel een zwakkere versie van het boeddhisme kan standhouden:

Veel lijden ontstaat door vermijdbaar lijden, zoals onzinnige begeerte of andere levende wezens onnodig kwaad doen.  De begeerte naar een dure auto is onzinnig. De begeerte naar gezond zijn, een volle maag, liefde of een lang en gelukkig leven is dat niet.’

De gewijzigde Edele Waarheden zouden volgens de visionair denker dan iets geworden zijn, waarbij het gewijzigde Pad zich had kunnen richten op wetenschappelijk onderzoek om onvermijdelijk lijden aan te pakken, en dat dat had mogelijk kunnen leiden tot het ontwikkelen van de wetenschappelijke methode en een einde aan heel veel menselijk leed. De Vier Edele Waarheden hadden dan zo geklonken:

‘1. Leven is lijden.
2. Er bestaat onvermijdelijk lijden, vermijdbaar lijden en zelf-aangebracht lijden.
3. Alle vormen van lijden hebben een oorzaak.
4. Elke oorzaak van lijden is aan te pakken, als de oorzaak eenmaal gevonden is.’

Zie: Wat als: Siddharta Gautama tot een andere conclusie was gekomen dan het boeddhisme?

Beeld: Wils (H)art – Boeddha, uit thema Leven, een van de schilderijen van Wils (H)art die staan voor alles wat zij voelt, wanneer zij denkt aan Boeddha, sereen en integer. Een voorbeeld en inspiratiebron voor het bereiken van verlichting en inzicht door het zuiveren van negativiteit. Hart zegt er haar kracht uit te halen omdat daarna immers positieve eigenschappen zoals liefde, mededogen, vreugde en gelijkmoedigheid vanzelf tot ontwikkeling kunnen komen.