Op een Congres van Vrouwelijke Oelama (islamitische geleerden) in Indonesië wilden de oelama kindermishandeling in de vorm van het kinderhuwelijk aanpakken. Ze moesten hiervoor een slimme truc bedenken. Sabine Waasdorp (Universiteit Leiden) schrijft hierover in een artikel over hoe vrouwelijke islamitische geleerden het religieuze landschap in Indonesië beïnvloeden. Zij vertelt over Nor Ismah die in januari 2023 promoveerde op haar onderzoek waarin ze aantoont hoe belangrijk vrouwelijke oelama zijn voor het religieuze landschap in Indonesië.
‘Het maakt veel uit of een islamitische geleerde een vrouw of een man is’
Om toch een afwijkende fatwa (de juiste levenswijze als moslim) uit te geven, werd een slimme truc bedacht voor één van de fatwa’s die uitgesproken was op het Indonesische Congres van Vrouwelijke Oelama: die over het kinderhuwelijk. Waasdorp noemt ze ‘feministische fatwa’s’.
‘Ismah: ‘Normaal is de vraag: “Wat is de wet van kinderhuwelijken?” Het antwoord daarop is: “Het mag indien het meisje menstrueert.” Je hoeft daarbij geen rekening te houden met leeftijd. Aangezien meisjes op zijn vroegst op hun negende al starten met menstrueren, zou dat betekenen dat meisjes van negen al mogen trouwen.’
Ismah vertelt dat om die reden het congres een ander vraag stelde. In plaats van de vraag ‘Wat is de wet van kinderhuwelijken?’, werd de vraag anders gesteld: “Wat is de wet van kinderhuwelijken wanneer dit leidt tot een negatieve impact voor kinderen?”.
‘Het antwoord daarop is: “Het is verplicht om kinderhuwelijken te voorkomen die tot een negatieve impact voor kinderen leiden.” Met zo’n antwoord kan je veel makkelijker strijden tegen kinderhuwelijken, ook omdat uit talloze studies is gebleken dat deze een negatieve impact hebben op kinderen.’
Nor Ismah
Ismah’s onderzoek laat zien, vertelt Waasdorp, dat vrouwelijke oelama een belangrijke rol spelen in het publieke leven van Indonesië. Echter, zij en hun fatwa’s worden niet automatisch geaccepteerd. Ismah:
‘Het is heel belangrijk dat een vrouwelijke alim [islamitische geleerde] gesteund wordt door haar familie en gemeenschap. Want zodra ze haar opleiding tot alim voltooid heeft, wordt van haar verwacht dat ze, net als andere vrouwen, trouwt en thuis voor de kinderen zorgt.’
Waasdorp schrijft dat er vanuit de fatwa-instituties regels worden opgelegd aan vrouwelijke oelama en de manier waarop zij fatwa’s geven.
‘Zo kreeg het comité van het Indonesische Congres van Vrouwelijke Oelama (Kongres Ulama Perempun Indonesia) van 2017 de suggestie om de term ‘fatwa’ niet te gebruiken en geen fatwa’s uit te geven die afwijken van de fatwa’s uitgegeven door officiële fatwa-instituties.’
Islamitische oelema
Juridische adviezen (fatwa’s) van de hoogste islamitische geleerdenorganisatie van Indonesië, de Oelema-raad, citeren vaak alleen andere islamitische oelema zonder te onderbouwen waarom de mening van die geleerden correct is, vertelt Waasdorp. Fatwa’s van vrouwelijke oelama citeren echter naast islamitische geleerden ook vaak de Koran, de Hadith en de Indonesische grondwet.
Het lukt de vrouwelijke oelema dus toch afwijkende fatwa’s uit te geven. Behalve de antwoorden geven zij bovendien achtergrondinformatie en een uitgebreide analyse van de vraag.
Bron: Feministische fatwa’s: Hoe vrouwelijke islamitische geleerden het religieuze landschap in Indonesië beïnvloeden (Sabine Waasdorp, Universiteit Leiden)
Beeld: Nor Ismah – Het Indonesische Congres van Vrouwelijke Oelama (Kongres Ulama Perempun Indonesia) van 2017, Universiteit Leiden
Beeld Nor Ismah: Universiteit Leiden
Beeld Islamitische oelema: Universiteit Leiden