De duizelingwekkende diepten in de kwantumfysica

De fysica heeft volgens mysticus Erik van Ruysbeek – in een beschouwing over de relatie tussen geest en stof – de stof diepgaand onderzocht en duizelingwekkende diepten ontdekt. Het lijkt dat men bestanddelen heeft gevonden van wat men vroeger ‘geest’ noemde. Van Ruysbeek zegt in zijn boek Mystiek en mysterie dat het er op lijkt ‘dat de fysica langzamerhand de mystiek, of sommige ervaringen van de mystiek op het gebied van de observatie, begint in te halen’.

Het lijkt dat men bestanddelen heeft gevonden van wat men vroeger ‘geest’ noemde.’
(Erik van Ruysbeek (1915-2004)

Wim Davidse, auteur van het boek Er is meer in ons – leren van de mystici, vertelt hierover in Ongrond. Over ‘een werkelijkheid die in wezen geestelijk van aard is’. Hij haalt een prachtig voorbeeld aan uit Helgoland van de natuurkundige Carlo Rovelli. Die beschrijft in het begin van zijn boek mooi hoe die duizelingwekkende diepten ontdekt worden in de kwantumfysica.

In de zomer van 1925 ging de 23-jarige Duitse student Werner Heisenberg naar het eiland Helgoland om daar enkele weken in eenzaamheid door te brengen. Hij was daar vooral om zich helemaal onder te dompelen in het probleem dat hem obsedeerde: de banen van een elektron rond de kern van een atoom. De fysicus Niels Bohr had waargenomen ‘dat elektronen in de atomen rond de kern draaiden in exact bepaalde banen, op exact bepaalde afstanden van de kern, met exact bepaalde energieën’. En dan sprongen ze ook nog eens op magische wijze van de ene baan op de andere.
(Rovelli)


Zie ook boekbespreking Ilse van Leeuwen:
Academie voor Geesteswetenschappen

In de eenzaamheid op Helgoland probeerde Heisenberg iets uit te rekenen wat de onbegrijpelijke regels van Bohr zou kunnen verklaren. Hij sliep weinig en nam slechts korte rustmomenten, die hij doorbracht met het beklimmen van de rotsen op Helgoland. Op 7 juni begonnen zijn berekeningen te kloppen, hij kon hiermee de consistentie van de nieuwe kwantummechanica aantonen.
Heisenberg geeft weer wat er toen bij hem gebeurde: ‘Het eerste ogenblik was ik erg geschrokken. Ik had het gevoel dat ik door de oppervlakte van de atomaire verschijnselen heen naar een diep daaronder liggend fundament van een vreemde interne schoonheid keek.’
(Rovelli)

Davidse zegt dat Heisenberg in dit geval stuitte op een soort onderliggende orde, die zich kenbaar maakte door zijn wiskundige verhoudingen. Dat was voor hem toen een mysterie, zou je kunnen zeggen. Zo’n mysterie is er nog steeds in de fysica, leidt hij af uit de bevindingen met teleportatie. Daarbij is waargenomen dat twee elementaire deeltjes met elkaar ‘verstrengeld’ kunnen zijn. 

Als je dan de toestand van het ene deeltje verandert, verandert het andere deeltje gelijktijdig, ongeacht op welke afstand het zich bevindt. (…) Deze kwantumverstrengeling lijkt het mogelijk te maken informatie over te brengen zonder dat deze kan worden gehackt. Een stap in de richting van een kwantumcomputer.’
(Davidse)

Hoe kan het, zo vervolgt Davidse, dat twee elementaire deeltjes gelijktijdig veranderen, ook al bevinden ze zich op 1000 km (of veel meer) afstand van elkaar? Ook hier lijkt weer sprake van een mysterieuze, onderliggende, of bovenliggende (?) orde.

Computerwetenschapper en filosoof Bernardo Kastrup zegt dat fysische entiteiten geen zelfstandig bestaan hebben. Davidse verwijst naar hem.

Het zijn verschijningsvormen of beelden van een diepere laag van de werkelijkheid, die in wezen geestelijk van aard is.’
(Kastrup)

Kastrup zegt dit op grond van zijn ervaringen met de kwantumfysica als medewerker bij het CERN, het instituut voor onderzoek naar elementaire deeltjes in Geneve.


Erik van Ruysbeek

Een werkelijkheid die in wezen geestelijk van aard is.’ Dat is nu net wat Erik van Ruysbeek bedoelde toen hij schreef dat men in de fysica bestanddelen heeft gevonden van wat men vroeger ‘geest’ noemde.’
(Davidse)

Zie: De fysica haalt de mystiek in (Wim Davidse, Ongrond, 2022)

Mystiek en mysterie | Erik Van Ruysbeek | Ankh-Hermes, Deventer | 1992 | ISBN 9020255967 | 112 pagina’s
Vanuit een grote bescheidenheid beseft de auteur dat het spreken over mystiek en mysterie slechts stamelen blijft. De mens moet kunnen relativeren en zich niet inbeelden dat hij de enige is die openbaringen van de waarheid in zich draagt. Als van Ruysbeek schrijft, beschrijft bij één getuigenis te midden van vele mogelijke visies.
De auteur meent dat binnen de grenzen van het weten dat hem werd gegeven, de mystieke ervaring zeker de ervaring is die het verst in de menselijke werkelijkheid binnendringt en de mens in alle tijden misschien speciaal in ontredderde crisistijden zoals de huidige het grondigst kan helpen om zijn pad op aarde te leren vinden.
Wie de top van de berg bereikt, zal in detail zien hoe alle bestijgingswegen een gelijkwaardigheid hebben en in hetzelfde onzeglijke mysterie uitmonden. De auteur hoopt dat de lezer zelf op zoektocht gaat naar het wezen der dingen.’
(Ankh-Hermes)

Beeld: zingevinggezocht.substack.com
Beeld Erik van Ruysbeek: coverfoto De smaak van honing

UPDATE 22 10 2022: Mystiek en mysterie weer op voorraad bij BoekenSchaap

‘De mens kennen door het brein te kennen is een illusie’

Het complete menselijke brein simuleren op supercomputers, misschien al in 2023. Het Human Brain Project (HBP) wil de mens doorgronden: antwoorden op traditioneel filosofische vragen zoals die over het bewustzijn, het ‘ik’, het denken of de vrije wil. De massale parallelle communicatiearchitectuur van het brein wordt geïmiteerd. Miljarden kleine brokjes informatie worden tegelijk overgedragen naar duizenden verschillende plekken. Daardoor lijkt het functioneren eerder op een biologisch brein dan op een normale computer.

O
ok is het doel van het Human Brain Project – sinds 2015 met meer dan 1 miljard euro gesubsidieerd door de Europese Commissie – om medisch onderzoek te doen naar de hersenen om aandoeningen als Parkinson en de ziekte van Alzheimer beter te begrijpen en te behandelen. Meer dan 500 wetenschappers en ingenieurs van meer dan 140 universiteiten, academische ziekenhuizen en onderzoekscentra in heel Europa pakken een ​​van de meest uitdagende onderzoeksdoelen aan: het menselijk brein.

Samenwerking met een lichaam nodig
Neurofilosoof Pim Haselager zegt in Je brein in een computer dat als je een computer bewust wil laten worden, hij moet kunnen gaan snappen wat hij waarneemt, en hiervan kunnen leren. Mensen kunnen dit door hun ervaringen, gedachten en gevoelens te gebruiken. Maar die bezit je niet vanaf het ene op het andere moment: die ontwikkelen zich organisch, en daarvoor heb je interactie met de omgeving nodig, een supercomputer dus ook.

En bewustzijn ‘bouw’ je niet, dat moet ontstaan.’ Haselager is universitair hoofddocent Kunstmatige Intelligentie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. ‘En daarvoor zijn twee dingen nodig: ervaringen – of zoals ik het zie: een interactie met de omgeving – en de samenwerking met een lichaam.’
(Kennislink: Je brein in een computer)

Illusie
H
et idee dat we door het brein te kennen de mens kennen, is volgens filosoof en hoogleraar kennistheorie Markus – ‘Ik ben niet mijn brein‘ – Gabriel, in Filosofie Magazine, een illusie. Hij stelt dat de menselijke geest geen zuiver biologisch fenomeen is, maar de geest is volgens hem evenmin louter materie. ‘Het is de reductie van het geestelijke tot die materiële werkelijkheid die ik verwerp.’

Het dualisme blijft zitten met de vraag hoe er interactie kan zijn tussen lichaam en geest. We zijn dus geen in het lichaam verdwaalde engelen. Maar we zijn ook niet louter genenkopieermachines met een stel hersenen. Daarmee ontken ik niet dat er een correlatie is tussen bepaalde neurologische processen en onze geest of ons bewustzijn.’
(Gabriel)

De smaak van chocolade
M
aar dat hersenen en geest samenhangen, betekent volgens de bestsellerfilosoof ook weer niet dat die hersenprocessen identiek zijn, zoals het materialisme – ‘en iemand als jullie Swaab‘ – beweert. Gabriel geeft de ervaring van de smaak van chocolade als voorbeeld.

We kunnen in de hersenen processen waarnemen; bepaalde delen lichten bijvoorbeeld op als we chocolade eten. Maar waar is de smaak van chocolade? Niet ín de hersenen: ik zou niet weten hoe die smaken. Ja, sommige volkeren eten hersenen, maar ze smaken zeker niet naar chocolade!’
(Gabriel)

Het idee van ‘de geest’
In de geschiedenis van het bewustzijn heeft ons tijdperk het neurocentrisme voortgebracht dat keurig lijkt aan te sluiten bij een belangrijk basismotief van onze tijd, namelijk inzicht door de natuurwetenschappen en daarmee de reductie van bewustzijn tot biologie, aldus Gabriel.

De moderne overtuiging is dat uiteindelijk de menselijke geest geheel in fysische termen kan worden verklaard. Daarmee is het idee van ‘de geest’ steeds meer uit ons universum verbannen.’
(Gabriel)

Zelfbeeld en psychische problemen
D
ie verbanning van de geest heeft gevolgen voor ons zelfbeeld en hoe we ons tot onszelf verhouden, zegt de filosoof. Een goed voorbeeld daarvan is hoe we tegenwoordig psychische problemen zien, zoals depressie en angsten. Volgens Gabriel is er een tendens om die te beschouwen als directe gevolgen van hersenprocessen, een chemische disbalans van de hersenen. En dan ligt een farmaceutische behandeling ervan voor de hand.

Maar we weten toch dat praten — zoals bij de psychoanalytische talking cure, die in Duitsland gelukkig nog vergoed wordt — vooral heilzaam is? Dan zul je je bewust worden van gedachten en gevoelens die je uit de weg gaat, die onbewust zijn.’
(Gabriel)

Zie:
* Welcome to the Human Brain Project (Human Brain Project)
* Je brein in een computer (Kennislink)
* Markus Gabriel: ‘We lijden aan metafysisch pessimisme’ (Filosofie Magazine)

Luistertip: De Ongelooflijke Podcast (19 januari 2022)
Bernardo Kastrup is een filosoof en computerwetenschapper die internationaal furore maakt door te stellen dat het materialisme – het idee dat de werkelijkheid alleen bestaat uit materie en er geen God, ziel, of vrije wil is – niet klopt. En hij baseert dat onder andere op recent onderzoek uit de kwantumfysica. Kastrup heeft de gave om moeilijke materie uit te leggen met heldere voorbeelden.
– Journalist David Boogerd gaat in gesprek met Bernardo Kastrup en vaste gast theoloog Stefan Paas.


Gerelateerd: Een ander verhaal dan hemel, hel en reïncarnatie (o.a. met Kastrup – 26 september 2021 -Goden En Mensen)

Beeld: Getty Images
Graphic: Human Brain Project (Matteo Farinella Blog)
Cartoon: LECTRR (De Standaard)

‘God is veel groter dan je kunt denken’

Wie de natuurwetenschappen volgt, concludeert dat de mens toevallig uit chaos is ontstaan, zegt Heino Falcke, hoogleraar astrodeeltjesfysica en radioastronomie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Oké, is dan zijn vraag, maar hoe zit dat dan met abstracte begrippen als geloof, hoop, liefde, toewijding en betekenis? Sommige wetenschappers antwoorden dan: dat is gewoon allemaal illusie. Dat vindt Falcke te kort door de bocht.

Jasper Van Den Bovenkamp interviewde eind november zwartegatfotograaf Heino Falcke over de vraag of de ontdekking van buitenaards leven zijn geloof zal opschudden. ‘Als God ergens anders leven geschapen zou hebben, dan mogen wij hem dat niet verbieden. Dat gaat mijn geloof totaal niet veranderen.’

Falcke zegt er moeite mee te hebben als mensen hem gaan voorschrijven hoe hij zijn vak moet uitoefenen, bijvoorbeeld door stellig te beweren dat de natuurwetenschap het bij het verkeerde eind heeft, omdat het ‘in de Bijbel anders staat opgeschreven’. Volgens Falcke maakt iedereen, of hij het nu wil of niet, gebruik van de natuurwetenschap. Mensen die dit blog lezen, genieten er volgens hem van omdat het artikel met digitale middelen gemaakt en te lezen is, waarbij gebruik is gemaakt van de kwantumfysica, en wanneer dat via wifi was, is er geprofiteerd van ontwikkelingen in de radiosterrenkunde. 

Dit blog is in letters en leestekens geordende kwantumfysica-chaos’.
(Heino Falcke)

De foto van het zwarte gat voelde voor Falcke alsof hij keek naar ‘de poorten van de hel’, naar ‘het einde van ruimte en tijd’.

In grote zwarte gaten kun je in principe door de waarnemingshorizon reizen zonder uiteengereten te worden. En juist daar ligt de associatie met de hel: je ‘leeft’ nog en je ziet de wereld, maar je kunt niet communiceren.’

Falcke, die onderzoek doet naar de grenzen van het heelal en superzware zwarte gaten, reageerde hiermee op een uitspraak van de Amerikaanse hoogleraar natuurkunde George Smoot, die fluctuaties in de kosmische achtergrondstraling ontdekte: de warmtestraling die uitgezonden is kort na de oerknal. Hierover zei Smoot: ‘We’re looking at the face of God.’ Falcke is in het heelal niet op zoek naar God, want die heeft hij al gevonden.

In gebed, in openbaring, in persoonlijke ervaringen. Ik heb het heelal daar niet voor nodig. Tegelijk zeg ik daarbij: als ik met gelovige ogen naar de ruimte kijk, ontdek ik prachtige dingen over God, over de schoonheid van zijn schepping.’

In die zin is de wetenschap die Falcke bedrijft voor hem persoonlijk een verrijking van zijn geloof. Het heelal is van een omvang die het menselijk denkvermogen overstijgt.

Als je achter die onmetelijke ruimte dan in een schepper gelooft, zegt dat ook iets over wie God is. In de natuurwetenschap leer je dat je heel veel dingen kunt ontdekken, maar dat je nooit alles kunt zien; we kunnen slechts kijken zover het licht gaat.’

Betekenis bestaat, denkt Falcke, alleen al vanwege het feit dat we ernaar zoeken. Meer wetenschappelijk denkend vraag hij zich af:

Als natuurwetten altijd onveranderd zijn gebleven, en alles is onderhevig aan die natuurwetten, dan móéten er toch ook altijd betekenis, geloof, hoop en liefde zijn geweest? Ze kunnen niet pas door de mens bedacht zijn.’

Volgens de hoogleraar sluit de oerknaltheorie goed aan op de Bijbel omdat er immers één oorsprong is, één schepping. De vraag naar meerdere heelallen vindt hij eigenlijk niet alleen een wetenschappelijke, maar ook een door filosofische overtuigingen gemotiveerde kwestie waarbij men de schepper definitief in de doodskist wil stoppen.

De achterliggende gedachte luidt namelijk: als er meer heelallen zijn, moet de oerknal van tafel en daarmee ook God. Maar zelfs dan ben je God niet kwijt, want: waar komen dan de heelallen vandaan? (…) Je moet je altijd realiseren dat God veel groter is dan je kunt denken.’

Zie voor het uitgebreide interview: Wetenschapper en zwartegatfotograaf Heino Falcke is christen. Zal de ontdekking van buitenaards leven zijn geloof opschudden? ‘Wat een flauwekul, daar lach ik om’ (Reporters Online, door Jasper Van Den Bovenkamp)

Beeld: In april 2019 presenteerde het EHT-team de eerste foto van de schaduw van een zwart gat ooit. Heino Falcke, een van de grondleggers van de Event Horizon Telescope (EHT), is blij met de toekenning van de Group Achievement Award voor buitengewone prestaties door grote consortia in alle deelgebieden van de astronomie: ‘Op een moment dat de wereld uit elkaar lijkt te vallen, is het een belangrijk signaal dat de Britse Royal Astronomical Society (RAS) een wetenschappelijk resultaat erkent waarbij de wereld letterlijk samen moest komen om te bereiken wat onbereikbaar leek, en te zien wat onzichtbaar leek.’ (Universiteit Leiden)

Een ander verhaal dan hemel, hel en reïncarnatie

We leven in een mysterie groter dan God ooit heeft kunnen scheppen, als de wereld zo in elkaar zit als kwantumfysici beweren. Psycholoog en schrijver Jamal Ouariachi leest computerwetenschapper en filosoof Bernardo Kastrup. Die laatste maakte de laatste jaren naam met een theorie waarin hij de kwantumfysica verbindt met bewustzijnsfilosofie. Daarin is hij niet de eerste of enige, maar eerdere kwantumachtige theorieën van bewustzijn bleven uitgaan van een materialistisch wereldbeeld.

Als een universeel bewustzijn de basis van de werkelijkheid is, zegt Ouariachi, en onze individuele menselijke geesten aspecten van dat bewustzijn vormen, dan heeft dat allerlei implicaties voor hoe we tegen bijvoorbeeld de dood aankijken.  

Jij als individuele entiteit komt door de dood misschien wel tot een einde, maar je bewustzijn niet. Dat is een heel ander verhaal dan het kinderachtige hemel, hel en reïncarnatie waar religie het mee probeert.’

Als het brein inderdaad het bewustzijn ‘veroorzaakt’ – zoals onder andere Daniel Dennett stelt – dan vraagt Ouariachi: hoe dan? Hoe kom je van het fysieke, het materiële tot het ontastbare van de geest? Een nieuwe generatie filosofen, neurowetenschappers en AI-deskundigen durft wilder te denken dan de generatie van Dennett.

Neem computerwetenschapper en filosoof Bernardo Kastrup. Die maakte de laatste jaren naam met een theorie waarin hij de kwantumfysica verbindt met bewustzijnsfilosofie. Daarin is hij niet de eerste of enige, maar eerdere kwantumachtige theorieën van bewustzijn bleven uitgaan van een materialistisch wereldbeeld.

Kastrup is geen materialist, integendeel. Hij wordt wel gezien als voorloper in een ‘moderne renaissance’ van het metafysisch idealisme — de gedachte dat de realiteit in essentie mentaal van aard is. Dat klinkt meteen al heel zweverig, terwijl idealisme niet meer of minder een metafysische theorie is dan materialisme.’

Materialisme stelt, aldus Ouariachi, dat de werkelijkheid kan geobserveerd en gemeten worden. Los van wat we in de werkelijkheid aantreffen, is er niets.

Dat is volgens Kastrup moeilijk vol te houden, zeker nu de afgelopen vijftien à twintig jaar enkele belangrijke stellingen uit de kwantumfysica experimenteel zijn aangetoond. Neem het experiment dat wetenschappers van de TU Delft in 2015 uitvoerden rondom het verbijsterende fenomeen van ‘verstrengeling’: deeltjes die op grote afstand van elkaar tóch invloed op elkaars eigenschappen kunnen hebben.’

Kastrup stelt dat er aan de materie een diepere werkelijkheid ten grondslag ligt: een universeel bewustzijn. Dat idee is door materialisten altijd afgewezen, want onnodig om de werkelijkheid te verklaren.

De kwantum­fysica schoffelt die opvatting onderuit. Het materialisme voldoet niet meer. Volgens Kastrup is een andere kracht verantwoordelijk voor het in onze ogen volkomen bizarre gedrag van de wereld op kwantumniveau.’

De theorie van Kastrup spreekt Ouariachi meer aan dan de theorie van Dennett en dat komt, denkt de schrijver, vooral omdat Kastrups denken niet zo onuitstaanbaar blind is voor de waarde van menselijke ervaring.

Zie: Is alles bewustzijn en bewustzijn alles? (Jamal Ouariachi)

Beeld: Technische Universiteit Delft | Delftse wetenschappers realiseren als eersten ‘on demand’ quantum-verstrengeling | ‘In het experiment onder leiding van hoogleraar Ronald Hanson (TU Delft) ging het om de interactie tussen twee elektronen in verschillende labs op 1280 meter afstand.’ (Kennislink)

UPDATE 11 februari 2022Luistertip: De Ongelooflijke Podcast (19 januari 2022)
Bernardo Kastrup is een filosoof en computerwetenschapper die internationaal furore maakt door te stellen dat het materialisme – het idee dat de werkelijkheid alleen bestaat uit materie en er geen God, ziel, of vrije wil is – niet klopt. En hij baseert dat onder andere op recent onderzoek uit de kwantumfysica. Kastrup heeft de gave om moeilijke materie uit te leggen met heldere voorbeelden.
– Journalist David Boogerd gaat in gesprek met Bernardo Kastrup en vaste gast theoloog Stefan Paas.


Zelfkennis, hoe doe je dat?

wouter.berns.de.hemelsnijder.56.x.35.acryl.op.paneel

‘Zelfkennis blijkt telkens een sleutel,’ zegt Jacob Slavenburg in het voorwoord van De droom van Ha’adam van psychosociaal therapeut Harold Stevens. ‘Als kind tuurde Stevens gefascineerd naar de sterrenhemel en vroeg zich af: ‘Waar houdt het heelal op? En als het dan ophoudt, wat zit daar dan achter…?’ Hij besefte dat zijn verstand te beperkt was om de werkelijkheid waarin wij ons bevinden te kunnen verklaren. Hij worstelde met vragen als: ‘Waarom leef ik eigenlijk en heeft mijn bestaan een doel, een zin? Wordt er iets van mij verwacht?’

Cultuurhistoricus Slavenburg zegt dat Stevens diep ingaat op de kwestie van het lijden.

Waarom lijden we? Is er een uitweg uit het lijden? Boeddha hield zich daar al intensief mee bezig. Zoveel eeuwen verder is er nog geen eensluidend antwoord. Harold is op zoek gegaan naar de kern. In heldere taal geeft hij aan dat er een innerlijk conflict aan ten grondslag ligt, wat weer te maken heeft met het (on)vermogen tot zelfreflectie. Zelfkennis blijkt tekens een sleutel.’

Waar komt het kwaad vandaan? Waarom lijdt een mens, waarom lijdt een kind? Welke God, als die al zou bestaan, laat zoiets nu toe? Gedreven vanuit deze nieuwsgierigheid en zijn eigen ziektegeschiedenis als kind, ging Harold Stevens op zoek naar antwoorden.

Op zoek in boeken, oude wijsheidsgeschriften en uiteindelijk ook op zoek binnen in zichzelf. Er begon hem iets te dagen. Zou er een mechanisme schuil kunnen gaan achter het leven? Een mechanisme dat dat alles zou kunnen verklaren? En zou kennis van dit mechanisme mogelijkheden kunnen bieden om het leven gemakkelijker en verlichter te kunnen ervaren? Zijn doel werd om het bestaan van dit mechanisme te onderzoeken, te duiden en eventueel te onderbouwen.’
(Uitgeverij Van Warven)

Slavenburg vertelt in zijn voorwoord ook dat in het vragenuurtje na zijn lezingen er altijd veel vragen waren. Vragen over ‘technische’ zaken, over in welke taal die teksten waren geschreven of waarom ze verstopt werden en pas onlangs waren ontdekt, of waarom ze niet in de Bijbel zijn opgenomen. Daar kon hij wel mee uit de voeten. Maar soms was er ook de vraag: ‘maar zelfkennis, hoe doe je dat’? Dan viel hij even stil. Dat was wat moeilijker uit te leggen. Hij vertelde dan vaak wat over antieke inwijdingswegen, maar eigenlijk had hij dan het gevoel dat hij langs de buitenkant bleef. Hij moest de diepte in. Eigenlijk begon daar pas zijn studie:

Over die diepte heeft Harold Stevens een indringend boek geschreven, gedreven door zijn eigen zoektocht naar het hoe en waarom van het bestaan. Want naast de vraag ‘wie ben ik’ ligt ook de vraag ‘waarom ben ik hier’. Wat is de zin of het doel van mijn aanwezigheid hier en nu. De zingevingsvraag wordt door vele mensen in stilte gesteld en door filosofen getracht te beantwoorden. Harold is de weg ingeslagen om het bestaan van een onderliggend mechanisme van het leven te onderzoeken en te duiden. Hij gebruikt daar niet alleen zijn eigen ervaringen voor – het is geen egodocument – maar maakt in zijn onderzoek dankbaar gebruik van oude wijsheidsgeschriften, en eveneens van modern empirisch onderzoek, zoals de kwantumfysica*.’ (Jacob Slavenburg)

Zelfkennis blijkt hierbij een sleutel te zijn van een slot die velen willen openen,’ zegt recensent Nicole Vrielink. Echter zelfkennis alleen blijkt onvoldoende voor de staat van diepgang waarin De droom van Ha’adam zich bevindt, en Vrielink verwijst naar de pagina waar Stevens schrijft: ‘Het leven duwt mij middels de confrontaties die ‘ik’ in mijn werkelijkheid ervaar, steeds terug in de richting van de oorsprong’ (p.57).

Deze confrontaties, ook wel de ervaring van lijden, blijken een belangrijk doel te hebben die vaak over het hoofd gezien worden. Daarnaast blijkt ook deze oorsprong volgens Stevens niet zo simpel te bereiken. Natuurlijk verzet en een poging tot zelfbehoud zijn hierbij obstakels die maar moeilijk te overwinnen zijn.’  

Volgens de kwantumfysica wordt de werkelijkheid verstoord door waarneming. Wat wij waarnemen, is dus per definitie niet meer dat wat het was vóór de waarneming. De uitkomst van een meting, dus ook dát wat wij zintuiglijk waarnemen, vertelt ons nooit de waarheid (zie in het hoofdstuk: De functie en oorsprong van de werkelijkheid).

De droom van Ha’adam | ISBN 9789493175099 | Uitgeverij Van Warven | Verschenen 02-12-2019 | 170 pp | Paperback | Genre: Theologie, Esoterie & Filosofie | €20,00 |

dedroomvanha'adamdam
“S
tevens’ schrijfstijl valt in het kort te omschrijven als weloverwogen, kalm en zinnig. Beïnvloed door zijn uitgebreide onderzoek, waarvan de indrukwekkende bronnenlijst is toegevoegd, weet hij zijn gepaste geleerdheid in rust over te brengen op de lezer. Dit leest prettig en wekt het vertrouwen van de lezer op. Daarnaast weet hij ook zodanig door te dringen waardoor tussentijdse overdenkingen onvermijdelijk zijn; hierdoor moet alleen wel echt de tijd genomen worden voor dit boek. Stevens ligt met dit boek de steen van de veer op, waardoor deze dankzij zijn van nature verlichte staat in staat is om tamelijk onbelemmerd te kunnen gaan waar het hoort te zijn. Het is een bijzonder boek met diepgang, waarin zowel mentale als emotionele uitdaging te vinden is.
(Uit recensie door Nicole Vrielink)

Beeld: Wouter Berns – De cover van De droom van Ha’adam werd gemaakt op basis van het schilderij De hemelsnijder (acryl op paneel, 56 x 35 cm, 2018)

‘Natuur en mens scheppen hemel en aarde’

Luis_Argerich_Two_Types_of_Clouds (Flickr)

‘Ooit werd God beleden als de Schepper van hemel en aarde. Nu wordt gesuggereerd dat ‘de Natuur’ en de mens samen via kwantumprocessen en waarneming deze werkelijkheid maken tot wat ze is.’ Aldus godsdienstfilosoof en theoloog Taede A. Smedes in zijn recensie van The Universe, Life and Everything. (Een knipoog naar Life, the Universe and Everything van Douglas Adams, de schrijver van The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy, waarin ’42’ het antwoord was op de ultieme vraag over het Leven, het Universum, en Alles.) Het tegenspel van Sarah Durston en Ton Baggerman (The Universe, Life and Everything) ligt ietwat gecompliceerder.

Eerst was er de bijeenkomst Dawn of a new age in science – een nieuw tijdperk in de wetenschap? Dit was op 21 oktober de vraag van de KNAW, De Jonge Akademie en het Netherlands Institute for Advanced Study in the Humanities and Social Sciences (NIAS-KNAW). Gesteld werd dat er een omslag gaande is in de manier waarop we over wetenschap nadenken. Ons huidige wetenschappelijke paradigma stamt van de ideeën van Descartes en Newton en is 350 jaar oud:

Het is ontzettend krachtig geweest en ligt aan de basis van de verlichting, onze moderne technologie en Westerse welvaart. Maar er zijn fenomenen die binnen dit ideeëngoed niet goed verklaard kunnen worden, zoals bewustzijn en ontwikkelingen in de moderne fysica. Bovendien vragen de huidige klimaat- en humanitaire crises om een nieuwe kijk. Diverse experts gaan in op deze onderwerpen en onderzoeken of het tijd wordt om de aannames van ons wetenschappelijke paradigma aan de kaak te stellen.’ (KNAW)

Experts boog zich over de vraag of het tijd wordt om de manier waarop over wetenschap nagedacht wordt, te veranderen. Dat deden zij aan de hand van verschillende onderwerpen die niet goed vanuit de huidige wetenschappelijke paradigma’s te verklaren zijn. Tijdens die bijeenkomst werd het boek The Universe, Life and Everything van Sarah Durston, hoogleraar ontwikkelingsstoornissen van de hersenen, Universitair Medisch Centrum Utrecht, en psychotherapeut Ton Baggerman, gepresenteerd. Hierover schreef Smedes de recensie Het wereldbeeld van Descartes en Newton voorbij in het ND.

Er lijkt behoefte aan een nieuw wereldbeeld dat recht doet aan hedendaagse natuurwetenschappelijke inzichten en daarmee het mechanistische wereldbeeld van Descartes en Newton aflost. Een wereldbeeld dat niet langer het menselijk bewustzijn tot hersenactiviteit reduceert – wij zijn immers niet ons brein – maar dat bewustzijn tot spil maakt waaromheen alles draait.’ (Smedes)

Volgens Smedes is dit de boodschap van het boek. Het idee dat we een ‘nieuw wereldbeeld’ nodig hebben, hoor je volgens de theoloog toch meestal van mensen die zich bezighouden met esoterie of wat vroeger ‘new age’ genoemd werd. De schrijvers nu stellen dat het oude wereldbeeld van Descartes en Newton – waarin de wereld bestaat uit relatief losstaande brokken materie (‘atomen’), geregeerd door deterministische wetten, en waarin ruimte en tijd absolute grootheden zijn – dat dit oude wereldbeeld aan een flinke upgrade toe is.

Smedes stelt dat er iets gaande is in de natuurwetenschappen waardoor de laatste jaren bij steeds meer wetenschappers het besef ontwaakt dat we een revolutie nodig hebben.

Er zijn nieuwe wetenschappelijke inzichten die hierom vragen, zoals de onverklaarbaarheid van het verschijnsel ‘bewustzijn’, de centrale rol die het bewustzijn van de waarnemer lijkt te spelen in processen op kwantumniveau (dus het fundamentele niveau van materie), en nieuwe wetenschappelijke inzichten zoals dat tijd en ruimte relatief zijn en dat alles met alles samenhangt.’ (Smedes) 

Theuniverselifeandeverything

De godsdienstfilosoof blijkt kritisch in zijn recensie, en heeft het idee dat de schrijvers met de kwantumfysica aan de haal gaan, en noemt het zelfs quasimystiek als zij schrijven over de vraag in hoeverre de mens zelf zijn werkelijkheid schept, en over synchroniciteit.

Het bewustzijn van de mens krijgt een cruciale rol toebedeeld. Natuur en mens werken samen in het scheppen van de werkelijkheid. Bij betekenisvol toeval wordt duidelijk hoe menselijk bewustzijn en Natuur samenwerken.’ (Smedes)

Smedes kan zich niet aan de indruk onttrekken dat in dit boekje – waarin volgens hem God angstvallig buiten de deur wordt gehouden – uiteindelijk de natuurwetenschappen voor het karretje van de geesteswetenschappen worden gespannen om vragen te beantwoorden die ten diepste zinvragen zijn.

The Universe, Life and Everything | Sarah Durston, Ton Baggerman | Uitgeverij Amsterdam University Press | ISBN 9789462987401 | oktober 2017 | Blz. 128 | € 14,99

Zie: Het wereldbeeld van Descartes en Newton voorbij

Beeld: Luis Argerich (Flickr)