Parapsychologie nog altijd pseudowetenschap

MichielVanElkHansGerdingAVG

Bij de Academie voor Geesteswetenschappen (AVG) in Utrecht gaf neurowetenschapper Michiel van Elk, bekend van Extase, waarin hij zijn experiment met de ‘godhelm’ en andere religieuze ervaringen beschrijft, een lezing, waarna hij in gesprek ging met een docent bij de AVG, parapsycholoog en filosoof Hans Gerding, bekend van Wilde beesten in de filosofische woestijn: filosofen over telepathie en andere buitengewone ervaringen. Duidelijk werd die middag dat de psychologie in de visie van Van Elk niet veel opheeft met de parapsychologie. Het stuit in ieder geval nog altijd op weerstand in academische kringen. Je vindt het niet terug in de mainstream van de psychologie.

Op de universiteit kan je geen parapsychologie studeren. Er bestaat geen zelfstandige parapsychologische wetenschap, hooguit is het een onderdeel van de empirische psychologie, als te bestuderen verschijnsel. Religieuze ervaringen worden er bestudeerd, maar wat moet je met dat paranormale, of hoe onderzoek je bewustzijn, hoe kan je dat meten? Toch vertelde Van Elk zelf uitgebreid over zijn eigen vreemde ervaringen die hij niet wetenschappelijk kan verklaren, maar voor hem betekenisvolle ervaringen opleverden. Of hem minstens als betekenisvol toeval voorkwamen. De mens heeft nu eenmaal de neiging of betekenis te geven aan toeval.

Van Elk kwam zo eens ver afgelegen terecht in een hut, waar ceremonieel thee werd gedronken en hij mee werd gevoerd naar bizarre taferelen. Zo zat hij in Amsterdam en het andere moment in een of andere Arabische stad. Van Lommel heeft gelijk, dacht hij zelfs bij bepaalde ervaringen. Die vertelde dat het menselijk brein soms op een televisieontvanger lijkt en ‘afgestemd kan worden’ op verschillende universa of bewustzijnstoestanden. Van Elk kreeg bizarre visioenen waarvan hij soms dacht wat moet ik ermee, maar hem ook diep inzichtelijke ervaringen gaven.

Zo zag de neurowetenschapper eens in een visioen de Terugkeer van de Verloren Zoon van Rembrandt. Als vader van twee kinderen keek hij vanuit het perspectief van de vader en voelde het visioen als een persoonlijke boodschap. Of kwam dat vanuit het emotionele zelf? Ook vertelde hij hoe psychedelische ervaringen kunnen bestaan. De verschillende hersengebieden die anders nooit met elkaar communiceren, doen dat onder invloed van paddo’s of andere hallucinogenen ineens wel. Dan krijg je bizarre ervaringen. Dat is niet spiritueel, want je tript op kortsluiting. Er is geen sprake van een of andere Hogere Realiteit.

Van Elk vertelde over zijn nep-godhelm. (Er bestaat een echte, die ook werkt als die uitstaat.) Op het Lowlandfestival in de zomer van 2016 werd geëxperimenteerd met de nep-godhelm met nutteloze draadjes en ducttape. Deelnemers werden dus genept – waarover ze later wel werden ingelicht. Het onderzoek richtte zich op hoe snel mensen een ‘goddelijke’ ervaring krijgen als de omstandigheden voor suggestie optimaal worden gemaakt. Sommige deelnemers deden een spirituele ervaring op. In de echte godhelm zit een magneet om het brein in de ‘godstand’ te krijgen. Iets waarvan de Amerikaanse experimentele psycholoog Michael Persinger (Universiteit van Ontario in Canada) overtuigd schijnt te zijn. Het zou te maken hebben met het verstoren van het contact tussen de twee hersenhelften.

Je moet vooral kijken naar de gevolgen die ervaringen hebben, vindt Van Elk. En dan blijkt uit veel onderzoeken dat spirituele ervaringen over het algemeen heel gezond zijn. Mensen zitten lekkerder in hun vel, ze zijn minder depressief en leven zelfs langer. Dan zou je je af kunnen vragen of die ervaringen corresponderen met een transcendente werkelijkheid. Maar hij vindt die vraag eigenlijk niet relevant. Spiritualiteit doet blijkbaar heel veel mensen goed.

De godhelm is een kwestie van suggestie en verwachting. En dat leidt soms tot bizarre ervaring als zwaarder wordende armen, die ook nog eens versmelten met de tafel waarop ze liggen. Of er klinken stemmen, bijvoorbeeld een ‘gids’ die iets vertelt over aankomend moederschap. Een blinddoek versterkt de suggestie. Blijkbaar verzinnen onze zintuigen van alles als ze geen input krijgen. Van Elk heeft het over ons brein als voorspelmachine. Zien we niets, dan komt er toch wat. Misleiding dus. Een verzinmachine eigenlijk. Bij een vrouw verdwenen dankzij de godhelm haar tinnitusklachten. Voor hoe lang vertelt het verhaal niet..

Al die ervaringen vanuit de psychologie vindt Van Elk wel begrijpelijk, maar hij heeft zo zijn twijfel over die bizarre ervaringen van mensen. ‘Het zit allemaal in ons brein,’ zo citeert hij hersenwetenschapper Victor Lamme. Van Elk vindt de vraag wat doen de ervaringen met ons, belangrijker dan of ze echt of suggestie zijn. We moeten er ons niet op blind staren. Liever kijkt hij naar de vruchten van de ervaringen. Word je er bijvoorbeeld een aardiger mens van? Religieuze en spirituele mensen zitten volgens onderzoeken beter in hun vel, zijn gezonder en gelukkiger. Ze leven ook langer, zorgen beter voor hun omgeving. Mensen zijn ontspannen, ervaren vermindering van stress, willen goed zijn voor de gemeenschap en zoeken verbondenheid. Dat ervaren mensen bij religie en spiritualiteit. Van Elk ziet dat ook gebeuren als je opgaat in de natuur, langs oceanen wandelt of van kunst geniet. Dat tilt je uit boven de alledaagse werkelijkheid.

Een paradigmaverandering ziet de neurowetenschapper niet gebeuren, zegt hij op een vraag van Gerding. Er is geen echte ruimte voor parapsychologie, er is geen werkmodel voor. Hij gelooft niet in parapsychologie. ‘De één miljoen dollar voor een echte parapsychologische ervaring is nog steeds niet geclaimd’. Hoe kom je aan echte informatie en overdracht van ervaringen? Toch, zegt Gerding, worden er massaal paranormale fenomenen en religieuze ervaringen gerapporteerd. Van Elks antwoord is dat onderzoekers graag willen publiceren en roemen zich dan op de fantastische uitkomst van een onderzoek, maar doen dat dan op basis van slechts 15 ervaringen. Dat is niet echt wetenschappelijk, maar omdat uitkomsten soms spectaculair klinken, komen ze in de krant. Maar of dat wetenschap is? En hoe belangrijk is het eigenlijk om parapsychologie te bewijzen? Liefde hoeft toch ook niet bewezen te worden?

Naschrift. In Nederland bestaat de Dutch Society for Psychical Research (SPR): een aantal verenigingen in diverse landen richten zich op de bevordering van het wetenschappelijk onderzoek naar wat in bredere kring ‘paranormale verschijnselen’ wordt genoemd. De allereerste SPR werd in 1882 in Engeland opgericht. De bekende psycholoog William James stond aan de wieg van de Amerikaanse SPR die twee jaar later het licht zag. De grondlegger van de experimentele psychologie Prof. dr G. Heymans was medeoprichter van de Nederlandse SPR.

Bron: Dies Natalis bij de Academie voor Geesteswetenschappen, Utrecht | Werfkelder/Cultuurtheater De Witte Lely | Utrecht | 16 februari 2019

Foto: Michiel van Elk (li) en Hans Gerding © PD

‘Iets in het bewustzijn stelt de vraag naar een ontwerper’

god-architect

Evolutionist Richard Dawkins denkt dat vroegtijdige indoctrinatie de sleutel is voor het verspreiden van het geloof in god. Maar, zegt geloofswetenschapper Justin Barrett (Oxford University), zet een groep achtergelaten baby’s op een onbewoond eiland en die zal opgroeien tot een gelovige gemeenschap. In een artikel van journalist Ianthe Sahadat (de Volkskrant) komt dat door het brein dat bij uitstek ingericht is voor geloof in het bovennatuurlijke.

Sahadat stelde dat je moet erkennen – of je nu fervent atheïst of diepgelovig bent – dat de mensheid een gelovig gezelschap is: mensen geloven in één god, in een heel pantheon aan goden of beschermheiligen, in onze voorvaderen, in ‘iets’.

Stelt u zich onze voorvader of oermoeder eens voor zittend bij het kampvuur, de dagelijkse besognes overpeinzend, het natuurgeweld beziend en pats-boem daar is de hoe-waarom-waartoe-vraag. Het zou zomaar kunnen, toch?’

De journalist verwijst naar een onderzoek met gebruik van een ‘godhelm’, waarin een magneet was aangebracht om het brein in de ‘godstand’ te krijgen. Iets waarvan de Amerikaanse experimentele psycholoog Michael Persinger (Universiteit van Ontario in Canada) overtuigd is. Het zou te maken hebben met het verstoren van het contact tussen de twee hersenhelften.

Op het Lowlandfestival afgelopen zomer werd ook geëxperimenteerd met een godhelm, en werd later verklapt dat het een gewone helm was geweest met nutteloze draadjes en ducttape. Deelnemers werden dus genept. Het onderzoek was gericht op hoe snel mensen een goddelijke ervaring krijgen als de omstandigheden voor suggestie optimaal worden gemaakt.

In een huisje met een soort satelliet op het dak kregen deelnemers een helm op het hoofd. Het oogde als een beeld uit een sciencefictionfilm uit de jaren tachtig. Via de draden op de helm zullen wij je brein stimuleren met elektrische pulsen om te kijken wat dit met je doet, kregen de deelnemers te horen. Geblinddoekt en met een koptelefoon met ruis op het hoofd moesten ze vervolgens een kwartier blijven zitten.’

Het was warm in de tent, de vloer trilde een beetje van de concerten in de verte. Suboptimale omstandigheden om je helemaal over te geven, volgens Maij. Toch had de helft van de deelnemers een ongewone, soms als mystiek omschreven, ervaring.’

Psychologiepromovendus David Maij (Universiteit van Amsterdam) omschrijft zichzelf als een pure atheïst, hoewel hij wel ‘gelooft’ in de wetenschap. Voor hem is zijn non-religieuze oorsprong juist de basis voor een fascinatie voor het geloof. Hij stelt dat ‘mensbrede psychologische mechanismen ons vatbaar maken voor religie’.

Allereerst: hoe is je wereldbeeld? ‘Geloof je in een god of in het bovennatuurlijke, dan sta je meer open om een ervaring die je niet direct kunt duiden aan iets externs toe te schrijven’, zegt Maij. Een lichtflits is bij iemand met een spiritueel wereldbeeld sneller ‘licht aan het einde van de tunnel’, terwijl een atheïst zal zeggen: ik zag een lichtflits.’

Hoogleraar Ontwikkelingswetenschappen en Psychologie aan de Fuller Graduate School of Psychology, Justin Barrett, een ‘fanatiek katholiek’, naar wie Sahadat ook verwijst, zei in een BBC radio-interview in 2013 dat peuters vaak ‘onzichtbare vriendjes’ hebben om mee te spelen en te praten. Volgens de psycholoog bewijst dat hoe vanzelfsprekend de menselijke geest omgaat met een abstract idee.

Maar ook al in de eerste maanden van een baby heeft Barrett aanwijzingen ontdekt voor een aangeboren geloof. De baby onderscheidt dan al objecten die zich verplaatsen met een bedoeling. Dit ‘lezen van gedachten’ bestaat volgens Barrett alleen bij de mens.’

Een ander onderzoek toont volgens hem aan dat kinderen de ‘goddelijke natuur’ gemakkelijker begrijpen dan de ‘natuurlijke’: kinderen nemen namelijk eerder aan dat de mens altijd doorleeft, dan dat er een eind aan het leven komt.

De psycholoog acht het mogelijk, zo stelt een Rob Nanninga in een artikel – onder meer over het boek Born believers (2012) – dat het opperwezen de menselijke evolutie zodanig heeft bijgestuurd dat we bijzonder ontvankelijk werden voor het geloof in bovennatuurlijke wezens. Voor Barrett overigens geen hypothese die wetenschappelijk bewezen kan worden.

Verder citeert Barrett een onderzoek dat stelt dat dieren, planten en zelfs stenen volgens kinderen een doel buiten zichzelf hebben. Iets in het bewustzijn stelt de vraag naar een ontwerper: ‘Kennelijk begrijpen peuters dat er een hogere macht nodig is. En daar komt God binnen.’

Het doet me denken aan de Britse natuurkundige Peter Russell over wie in 2008 The Optimist schreef: ‘De wetenschap heeft de verre ruimte, de verre tijd en de verre materie verkend, en geen plek voor of behoefte aan God aangetroffen. Nu voor het eerst het bewustzijn wordt bestudeerd, is er een koers ingeslagen die tenslotte zal leiden tot de beschouwing van de ‘verre geest’. En al doende kan de wetenschap zich uiteindelijk gedwongen zien om God binnen te laten.’ Echter, Russell doelt hierbij niet op de God van de hedendaagse religies.

Niet het concept van God dat we bij de hedendaagse religies tegenkomen – die onvermijdelijk blootgesteld waren aan vervorming en verlies bij de overdracht van de ene generatie op de volgende, maar de God die het wezen vormt van ons eigen zelf, de kern van het bewustzijn. Deze mogelijkheid is absoluut taboe binnen het hedendaagse wetenschappelijke superparadigma.’

Voor filosoof Emanuel Rutten echter geeft het bestaan van het bewustzijn in de kosmos aanleiding tot een redelijk argument voor het bestaan van God. Hij komt zelfs uit bij de christelijke God. Het levert er volgens hem in elk geval een buitengewoon sterke aanwijzing voor op.

Zie:
* De mens is een gelovig wezen door zijn brein (de Volkskrant, 24.12.2016)

* Geloven in God is aangeboren (eo.nl)
* Kinderen van God – de cognitieve wetenschap van religie (skepsis.nl)
* Laat de wetenschap God binnen? (VanGodenEnMensen)
* Bewustzijn wijst naar boven (Emanuel Rutten)
* Het godsargument openbaart de christelijke God (Emanuel Rutten)

Beeld: God als architect van het universum (NN, Österreichische Nationalbibliothek)