‘Ik heb een natuurlijke verklaring dus daarom bestaat God niet’

just_confusing_evolution_god_417335
‘Heeft Roberts er bij stilgestaan dat een universum welke uit louter toeval is ontstaan, zonder reden, zonder doel, zonder aanleiding, waaruit vervolgens toevallig leven is ontstaan, met als bijproduct wezens die kunnen denken, dat dit denken ook doelloos, redeloos en toevallig zou moeten zijn?’ Dit zegt auteur en uitgever Erwin de Ruiter naar aanleiding van een interview met paleoantropoloog Alice Roberts over haar vorige maand verschenen boek Het ongelooflijke toeval van ons bestaan.

Indien het redeneren echter toch zinvol en redelijk wordt geacht is het alleszins redelijk te veronderstellen dat dit niet toevallig kan zijn.’ (De Ruiter)

De Ruiter noemt het boek wetenschappelijk met een filosofische lading. Volgens de auteur wil ‘toeval’ zeggen: ‘zonder bedoeling, terwijl die er wel lijkt te zijn’. En of het allemaal wetenschappelijk is wat zij schrijft? Roberts noemt bijvoorbeeld de menselijke dooierzak nutteloos: het is nog een restant van voorouders van ons die eieren legden. Maar volgens biologen is de dooierzak juist van vitaal belang bij de ontwikkeling van het embryo.


Alice Roberts: ‘Ontwerp door god onwaarschijnlijk’

Het oog wordt ook vaak gezien als een bijzonder aspect van de mens. ‘Creationisten gebruiken het wel eens als voorbeeld dat er wel een god moet zijn: zoiets ingewikkelds moet wel vanuit het niets ontworpen zijn’, zegt Roberts. Maar toch is het oog niet perfect: de bedrading komt uit de voorkant van het netvlies, wat resulteert in een blinde vlek. ‘Als ik almachtig zou zijn, had ik ervoor gezorgd dat de bedrading uit de achterkant kwam. Het feit dat dat niet zo is, maakt het wat mij betreft zeer onwaarschijnlijk dat het menselijk lichaam door een god is ontworpen.’ (NewScientist)

Bioloog dr. George Marshall, lector Oogwetenschap aan de universiteit van Glasgow, stelt echter: ‘Het idee dat het oog aan de verkeerde kant is bedraad, komt voort uit een gebrek aan kennis van de oogfunctie en de anatomie van het oog.’ Zie: Is het oog verkeerd ontworpen?


Volgens Roberts zijn lichaamsdelen ontworpen voor een bepaalde functie. De Ruiter vindt dat Roberts de ontwerper probeert te omzeilen door te zeggen dat ontwerp geen ontwerper impliceert, net zomin als evolueren een evolueerder.

Even de definities erbij pakken (van Dale): ontwerp: een omschreven plan, evolutie: geleidelijke ontwikkeling. Oké, nu haar zin nog een keer gebruiken: een omschreven plan heeft geen bedenker nodig, net zo min als geleidelijke groei een ‘groeier’ nodig heeft. Het is zoiets als zeggen dat een welgemikte gooi geen werper nodig heeft, net zomin als dat een opgroeiend kind een groeier nodig heeft. Uhhh huh? Ik zou zeggen dat Roberts de Ontwerper niet zo goed omzeild heeft: ze wijst recht in Zijn richting.’ (De Ruiter)

hetongelooflijketoevalvanonsbestaanVolgens De Ruiter speelt de naturalistische opvatting van Roberts haar vermoedelijk parten als ze zegt

Zou je evolutie opnieuw afdraaien vanaf het begin dan zouden er geen mensen zijn. En de mens als zodanig evolueert nog steeds.’

Dit is echter, aldus De Ruiter, niet uit het bestuderen van de natuur op te maken en verwart Roberts haar wetenschappelijke conclusies met filosofische beginselen, heeft ze zich misrekend en veronderstelt dat een bestuderen van de natuur uitsluitsel kan geven over de boven-natuur (het bovennatuurlijke/metafysische.)

Het is alsof iemand een televisie van binnenuit bestudeert en aangeeft dat er inderdaad sprake is van elektronica, bedrading, energie, led, maar dat dit zichzelf volkomen verklaart en dat de uitkomst – dat wat er wordt uitgezonden – berust op bijzonder toeval. Niets wijst op een bedenker van programma’s of een maker van een televisie. Echter, hoewel de studie van de televisie je duidelijk kan maken dat er sprake kan zijn van een ontwerp zal een gedetailleerde studie van de processor je niet verder helpen bij dit vraagstuk. Gek genoeg lijkt Roberts dit echter te impliceren. Roberts heeft een omgekeerde ‘God of the gaps’ verklaring: ik heb een natuurlijke verklaring dus daarom bestaat God niet.’

Alice RobertsHet ongelooflijke toeval van ons bestaanUitgeverij Lannoo | 392 pagina’s | september 2015 | 24,99 euro

Zie: Op zoek naar de evolutionaire wortels van het menselijk lichaam

Zie: Het ongelooflijke toeval van ons bestaan

Illustr: Baloocartoons.com

Update: 30102015 17.37 uur.

Creationistische bezwaren tegen de evolutietheorie

creationist.darwin.fish
Met creationisme wordt eigenlijk scheppingsmodel bedoeld, omdat het gaat om schepping. Of Bijbels model. Maar creationisme is zo ingeburgerd dat ‘scheppingmodellers’ zichzelf ook al creationisten noemen. Dat valt af te leiden als je de Dutch Creation Science (DCS) bestudeert. Net als het evolutiemodel, zo stelt DCS, als uitgangspunt heeft dat alles verklaarbaar moet zijn in dat evolutieraamwerk, is het uitgangspunt dat in het creatiemodel alles verklaarbaar moet zijn.

Dutch Creation Science is een organisatie die zich bezig houdt met het Bijbelse ontstaansmodel en een Bijbels geschiedenismodel. We zullen ons vooral richten op de vraag hoe het Bijbels ontstaansmodel kan functioneren in de wetenschap en hoe de wetenschap in overeenstemming gebracht kan worden met het ontstaans- en geschiedenismodel die ons beschreven wordt in de Bijbel. Omdat wij geloven in de onfeilbaarheid van Gods Woord, dat is ons uitgangspunt.’

Heel in het kort komt volgens DCS het creationisme neer op het volgende: de Bijbel is de betrouwbare bron, zowel historisch als spiritueel. De wereld is geschapen door de Schepper: God. De Schepper heeft Zijn daad verricht in 6 dagen. Dit gebeurde ongeveer 6000 jaar geleden. Een wereldwijde zondvloed heeft 4400 jaar geleden de beschaving na de schepping vernietigd. Na de vloed was er één taal. De spraak werd verward na de torenbouw van Babel. Vervolgens vond er verspreiding van de volkeren over de gehele aarde plaats.

Masterstudent wijsbegeerte Dirk van der Wulp schreef over het fundament en faillissement (je kan merken dat hij ook advocaat is) van het creationisme, en somde bij Geloof  & Wetenschap vijf kenmerken op van creationistische bezwaren tegen de evolutietheorie. De eerste luidt dat je aan de opvatting dat de Bijbel een onfeilbare openbaringsbron is niet mag tornen

omdat dit leidt tot een hellend vlak: wie de schepping in zes dagen uit Genesis niet als feitelijke dagen leest, zal onherroepelijk ook de opstanding van Jezus niet meer ‘letterlijk’ nemen, aldus vrijwel iedere creationist.’

Creationist_car
C
reationisten verschillen – als tweede kenmerk – over de vraag of creationisme als wetenschappelijk model voor de evolutietheorie is bedoeld of niet.  Wanneer ‘creationisme’ een wetenschappelijke theorie is, zo stelt Van der Wulp, dan kan en moet zij getoetst worden aan gangbare criteria van de natuurwetenschappen en doet zich de vraag voor of zij zich wel houdt aan het methodologisch naturalisme, dat het uitgangspunt is in de (natuur)wetenschappen.

Ook is het dan de vraag of creationisme, gezien haar Bijbelvisie, wel kritisch genoeg kan zijn naar haar eigen resultaten, nu deze op grond van dezelfde Bijbelvisie immers als geopenbaarde waarheid al vaststaan.’

Als derde punt blijken creationisten (bewust of onbewust) niet altijd in staat de evolutietheorie goed weer te geven, hetgeen de discussie nogal eens vertroebelt. Zij brengen de oerknal en het ontstaan van het leven zelf ook in discussie.

De oerknal heeft echter niets te maken met de evolutietheorie, die immers de ontwikkeling van het leven verklaart. Ook het ontstaan van het leven zelf valt strikt genomen buiten de evolutietheorie en is het terrein van de abiogenese, de chemie en de aardwetenschappen.’

Editorial_cartoon_depicting_Charles_Darwin_as_an_ape_(1871)Creationisten  formuleren – als vierde punt – regelmatig specifieke kritiek op onderdelen van de evolutietheorie, zoals dateringsvraagstukken.

Deze kritiek is vaak sterk specialistisch, zonder dat het duidelijk is waarom zij mag gelden als wetenschappelijk aanvaardbare kennis, nu de kritiek vrijwel altijd is opgesteld door creationisten zonder wetenschappelijke scholing op het betreffende gebied én de gegeven antwoorden door de betreffende vakwetenschappers vrijwel altijd wordt betwist.’

Ten slotte, creationisten hebben de neiging retorische kunstgrepen in hun bijdragen toe te passen door valse tegenstellingen te creëren.

‘(‘Bijbelgetrouw óf niet-Bijbelgetrouw’, ‘christen óf evolutionist’, ‘christelijke wetenschap óf seculiere wetenschap’, etc.), relativistische of determinerende zinsneden in te voeren zonder deze los te laten op hun eigen claims (‘onze gedachten bepalen wat we zien’), of complotdenken (‘de evolutietheorie is een complot van atheïstische wetenschappers om het christendom te vernietigen’.) Hiermee kan een inhoudelijk debat retorisch omzeild worden, hetgeen niet de bedoeling is.’

Het artikel van Van der Wulp gaat verder in op de evolutietheorie en Bijbelvisie, en is zowel in korte vorm hier te lezen als in de volledige versie als pdf: Het fundament en faillissement van het creationisme.

Stef Heerema, een jonge aarde creationist, gespecialiseerd in zoutlagen en zoutpijlers die zich verspreid over de aarde op verscheidene plaatsen onder- of aan het aardoppervlak bevinden, zal binnenkort bij Geloof & Wetenschap reageren op Van der Wulp. De medewerker van het populair-wetenschappelijke tijdschrift Weet Magazine wil de Bijbel graag weer terugbrengen in onderwijs en wetenschap.

Cartoon: atheistcards.com

Auto: © Amy Watts Flickr.com

Darwin: “A Venerable Orang-outang”, a caricature of Charles Darwin as an ape published in The Hornet, a satirical magazine, 1871

‘Politieke, sociale of economische factoren bepalen of religies tot agressie leiden’

FatinhaRamos
Dossier: God en Geweld – Religies en rituelen zijn sociaal gezien een oerkracht die een habitat scheppen, een wereld, waarin we als groep kunnen samenleven. Een leefwereld van gewoonten waarin we ons thuis voelen. Zodat wie opgegroeid is met het geluid van klokken nostalgie kan voelen telkens als hij klokken hoort luiden. De door de eeuwen heen ontwikkelde rituelen worden een mentaal huis voor het volk dat ze beleeft.

Aldus Dossier: God en Geweld van Mondiaal Nieuws in het artikel De mens, zijn (af)goden en zijn geweld. Hierin wordt gesteld dat godsdienst helemaal terug lijkt als politieke factor, waarbij soms erg gewelddadige actoren zich beroepen op hun variant van hun geloof voor hun acties. John Vandaele sprak daarover met Johan Braeckman, moraalfilosoof, en Jakob De Roover, van de afdeling vergelijkende cultuurwetenschap van de Universiteit van Gent.

Hoe moeten wij Europeanen, wonend in het minst religieuze continent van de wereld, dat begrijpen? Is de mens van nature een religieus wezen? Waarom vertonen zoveel mensen ritueel gedrag? We dachten dat de wetenschap hierin helderheid kon brengen, maar stootten al snel op onenigheden. Zo bleek het nog niet zo eenvoudig een definitie te geven van religie.’

Volgens Braeckman lenigen religies en rituelen allerlei noden en kunnen zij angst verkleinen, troost geven en zorgen voor sociale samenhang, al leiden ze soms ook tot conflicten, maar is dat onvoldoende als verklaring waarom mensen religieus zijn. Braeckman heeft begrip voor wat religies en rituelen te bieden hebben, maar dat belet hem niet wetenschappelijk proberen te begrijpen waarom mensen aan rituelen doen en waarom er tienduizenden religies zijn.

god_en_geweld
V
olgens de schrijver van het artikel in Dossier: God en Geweld (illustr: MN), John Vandaele, zijn religies een enorme sociale kracht: ze maken deel uit van de identiteit van mensen en liggen mee aan de basis van gemeenschappen: als je erin slaagt ze te politiseren, kun je een conflict, en zelfs een botsing der beschavingen in het leven roepen – temeer omdat er vaak al een verleden van conflicten is. In een vijandige wereld kan religie een identiteit zijn waarop mensen terugvallen.

Wat er ook van zij: duidelijk is dat andere factoren, van politieke, sociale of economische aard, bepalen of religies tot agressie leiden. Religie is geen voldoende of noodzakelijke voorwaarde voor geweld, maar ze kan wel de verbetenheid vergroten als de strijd eenmaal begint – wordt men dan immers niet gesteund door de enige echte Almachtige?’

In het Dossier: God en Geweld wordt uitgebreider dan ik hier summier weergeef, geschreven over geweld en godsdienst, in verschillende artikelen, waaronder onder meer ook: Het geweld ligt niet aan de godsdienst, maar aan de menselijke natuur.

‘John Locke meende dat de scheiding van kerk en staat de sleutel tot vrede was, maar de natiestaat is zeker niet afkerig van oorlog gebleken. Het probleem ligt dan ook niet in de veelzijdige activiteit die we religie noemen, maar in het geweld dat besloten ligt in onze menselijke aard en in de aard van de staat, die vanaf het allereerste begin de gewelddadige onderwerping van minstens negentig procent van de bevolking vereiste.’

Zie: Mondiaal Nieuws – Dossier God en Geweld

Illustr: © Fatinha Ramos – Mondiaal Nieuws

Geloof als kosmologische visie

dyn003_original_1032_1024_pjpeg_2621310_f274dfa08b8d822c744bcd0b49527896
De God van de Amerikaanse filosoof John Dewey heeft niets met geloof in iets bovennatuurlijks te maken, noch met zoiets als aanbidding of verering. Het heeft alles te maken met een kosmologische visie, waarin de mens een diep existentieel besef heeft van haar ingeweven-zijn in het tapijt van het universum. – Aldus godsdienstfilosoof en theoloog Taede A. Smedes in Bezieling, in een recensie van Het religieuze bevrijd van religie. Onlangs weer vertaald en heruitgegeven.

images.jpeDe werkelijk areligieuze houding schrijft prestaties en doelen toe aan de mens als losstaand van de fysieke werkelijkheid en van zijn medemens. Onze successen zijn afhankelijk van de medewerking van die werkelijkheid. Het gevoel van menselijke waardigheid is even religieus als ontzag en eerbied, als het berust op een opvatting van de mens als samenwerkend deel van een groter geheel.’

Volgens  Carel Peeters, in VN, is het boek Het religieuze bevrijd van religie (A Common Faith) een geschrift dat om misverstanden vraagt. John Dewey (foto: bibliofilosofiamilano.wordpress.com) is volgens Peeters geen gelovig filosoof, heeft geen religieuze of mystieke neigingen, heeft niets met wonderen of met bovennatuurlijke zaken. Dewey gebruikt het woord ‘religie’ omdat het oorspronkelijk ‘gebonden zijn’ betekende.

COVER.DEWEYDewey wil die gebondenheid uitbreiden naar alle seculiere houdingen die staan voor gebondenheid aan een ideaal, aan geloof in mogelijkheden, aan iets wat nog onzichtbaar is, maar dat met inspanning zichtbaar gemaakt, gerealiseerd, kan worden: ‘Kunstenaars, wetenschappers, burgers, ouders, allemaal laten ze zich, in zoverre ze gedreven worden door de geest van hun roeping, leiden door het onzichtbare.’

Volgens Smedes had  Dewey ooit een religieuze ervaring waardoor hij religie niet vaarwel wil zeggen. – We hebben het hier trouwens wel over een geschrift van Dewey uit 1934(!) Dr. Alma Lanser-van der Velde & prof. dr. Siebren Miedema schreven in Filosofie ook over A Common Faith:

johndeweyDewey  spreekt in ‘A Common Faith’ over het geloof van mensen, over de ervaring. Hij laat zien hoe gevaarlijk en tot stilstand leidend het is als sommigen op geloofsgebied over anderen heersen en doet een poging ruimte te scheppen voor geïnspireerd en creatief, ethisch juist handelen in deze wereld.’

Lanser–van der velde en Miedema stellen dat Dewey (design: jbarker) vond dat praten over een transcendente God mensen er kan van weerhouden dat te doen waarvoor zij verantwoordelijk zijn: het Goede na te streven, in afhankelijkheid van elkaar en op elkaar aangewezen.


Is this the end?
A past with a closing door
Thru which I hardly grasp
From out of time’s jealous clasp
A scant fleeting store
Of memories retreating:

A future all hope defeating
Closing in with tight shut door.
Twixt the two the present penned.

Great God, I thee implore
A little help to lend:-
I do not ask for much,
A little space in which to move,
To reach, perchance to touch;
A little time in which to love;
A little hope that things which were
Again may living stir
A future with an op’ning door:
Dear God, I ask no more
Than that these bonds may rend,
And leave me free as before.

John Dewey


acommonfaithBoeiend allemaal. Het komt mij voor dat het diep existentieel besef van de mens ingeweven te zijn in het ‘tapijt van het universum’ en de kosmologische visie: de mens als samenwerkend deel van een ‘groter geheel’, heel religieus klinkt. Sommigen noemen dat ‘God’.
Het religieuze atheïsme van John Dewey
De godsdienstfilosofische visie van John Dewey
God, een beetje nietszeggend begrip

John Dewey | Het religieuze bevrijd van religie | Vertaald en ingeleid door Kees Hellingman | ISVW Uitgevers | 128 pag | ISBN 978-94-91693-29-8Euro 22,50 

Foto: cosmology.skynetblogs.be