Godsgeloof staat haaks op complotdenken

Het onvermijdelijke loslaten van ‘kinderlijke’ geloofssystemen voert ons door een geestelijke leegheid die zijn weerga niet kent. En daarin kan de grootste gekkigheid, van religieus gedachtegoed tot waanzinnige complotgedachten, aantrekkelijk worden. – Niks geloven, alleen jezelf nog overhouden, dat blijkt geen doen. Maar in dat geestelijke vacuüm kan ook iets verrassend nieuws ontstaan, vindt predikant Herman Koetsveld. Hij reageert op schrijver Paul de Bont die geloven beschouwt als complotdenken. Ook de theologen Rik Peels en Kees van der Kooi zijn kritisch.

‘Het geloof in een complot is niet meer of minder geloofwaardig
dan elk ander geloof’
(Paul de Bont)

Geloven in een complot
Schrijver Paul de Bont veronderstelt dat geloven in God gelijk staat aan geloven in een complot. ‘Een complottheorie probeert een verklaring voor de werkelijkheid te geven, gebaseerd op de overtuiging dat er meer is dan gewone mensen kunnen waarnemen’:

Achter de dingen die gebeuren zou iets groters bestaan dat onze wereld beïnvloedt en zelfs beheerst. Onze wereld is een schijnwereld, wij gewone mensen zijn slechts marionetten in de handen van grotere machten, zoals reptielen of IT-miljonairs. Een complottheorie is een onbewijsbaar geloof in een werkelijkheid die de mens en de wereld regeert.’
(De Bont)

Verschil complotdenken en Godsgeloof
T
heologen Rik Peels en Kees van der Kooi vinden dat Bonts gedachtegangen over complottheorieën ontsporen. Een complottheorie vereist volgens hen geloof in een complot, dat wil zeggen een geheime samenzwering van meerdere personen die – en dat is het tweede – kwaad willen, zoals het knechten van gewone burgers. Beide elementen vinden de theologen echter evident afwezig in de grote godsdiensten. Ze tonen het verschil tussen complotdenken en Godsgeloof:

COMPLOTDENKEN
Antisemitische Protocollen van de wijzen van Sion-theorieën, Great Reset opvattingen, QAnon, en de reptielentheorie van David Icke en tegenwoordig Thierry Baudet. Wat hebben die opgeleverd? Polarisatie, gezondheidsschade, racisme en geweld.’

GODSGELOOF
Godsgeloof heeft mensen direct geïnspireerd tot het bouwen van ziekenhuizen, het stichten van universiteiten, zorg voor de armen, weergaloze muziek, het bouwen van kathedralen en het formuleren van mensenrechten. Dat vloeide rechtstreeks voort uit het plot van hun grote verhaal.’
(Peels en Van der Kooi)

Overeenkomst complotdenken en Godsgeloof
D
e Bont lijkt wel onbekend met religie, stellen Peels en Van der Kooi. Ze vragen zich af of het een seculier vooroordeel is om alles dat anders is of denkt over één kam te scheren.

In dat geval kan De Bont wellicht het beste doen wat we zelf voorschrijven als het om complotdenken gaat: niet demoniseren maar in gesprek gaan. Zo hebben we toch nog een overeenkomst tussen complotdenken en Godsgeloof gevonden.’
(Peels en Van der Kooi)

Geen angst en haat, maar geloof, hoop en liefde
W
at critici als De Bont volledig missen, aldus de theologen, is dat Godsgeloof, in tegenstelling tot complotdenken, een repertoire biedt om je in te zetten voor een betere wereld.

Zo zegt het christendom dat onze medemens naar Gods beeld (imago Dei) gemaakt is, dat we allemaal gebrekkig zijn en verlossing nodig hebben en dat de grootste invloed in deze wereld van God komt en daarmee goed is. De grondtoon is geloof, hoop en liefde, geen angst en haat.’
(Peels en Van der Kooi)

Verbeelding van alle menselijke levenservaringen
Het ‘zalige inzicht dat de geloofsverhalen’ waarmee Herman Koetsveld is opgevoed ‘niet waar zijn omdat zij in historisch zin zo gebeurd zouden zijn – daar weten we op de keper beschouwd inderdaad maar bar weinig van’.
Maar ze zijn waar, zegt hij, omdat ze de verbeelding zijn van wat in ieders mensenleven kan gebeuren. Hier en nu dus. De ontdekking ‘de Bijbel te lezen als een groots boek, gevuld met de verbeelding van alle menselijke levenservaringen tezamen, over telkens ondervonden kracht van vertrouwen, hoop en liefde, maakt niet superieur, maar dankbaar en hoopvol’.

Het verhaal van Jezus die bij storm en in het duister van de nacht over het water tot zijn leerlingen komt, wordt losgezongen van elke ‘complotgedachte’ als begrepen wordt dat de symboliek ervan één op één verbonden is met de grote thema’s van ons leven, waarin zoveel stormt, zo veel duister is en dus zoveel angst is. En dan daarbij te weten dat de ‘zee’ het beeld is van de grondeloosheid van ons bestaan.’
(Koetsveld)

Bronnen:
* Religie is meer dan een kinderlijk geloof in een onzichtbaar opperwezen
* Geloven in God heeft veel weg van geloven in een complot
* Complotdenkers lijken niet op gelovigen: ze geloven namelijk in een samenzwering


Foto: Suzanne Tucker (Shutterstock) ‘Jongen met aluminium hoedje, ook wel autohoedje genaamd. Sommige mensen dragen hoofddeksels van aluminium om zich te beschermen tegen schadelijk geachte invloeden zoals elektromagnetische velden of telepathie’. (de Volkskrant 2016)
Cartoon: arnulf.be (Tertio)

‘Christendom is een vorm van atheïsme’

De Franse filosoof Jean-Luc Nancy vroeg zich af of, als het al waar is dat het geloof in het bestaan van God in een moderne, seculiere wereld steeds minder een rol van betekenis speelt, daarmee dan ook het christendom, en in bredere zin de monotheïstische religies, van het toneel zijn verdwenen. Nancy (1940 – 2021) groeide uit tot een van Frankrijks internationaal meest gelezen filosofen en was emeritus hoogleraar in Straatsburg. Het ‘nieuws van Gods dood’, om met Nietzsche te spreken, verkondigde Nancy al ver voordat de moderne geschiedenis haar aanvang nam. 

‘Het monotheïsme laat zich steeds meer van zijn atheïstische kant zien.’
(Jean-Luc Nancy)

Filosoof, religiewetenschapper en theoloog Laurens ten Kate stelt in Filosofie Magazine dat volgens Nancy het christendom zelf heeft bijgedragen aan het seculariseringsproces. ‘Sterker nog, het christendom komt voor Nancy neer op een vorm van atheïsme.’

De vraag of met God ook het christendom verdwenen zou zijn, is voor Nancy zo belangrijk omdat er naar zijn inzicht iets vreemds aan de hand is met die christelijke God. Iets wat zelfs zo vreemd is dat het nog maar de vraag of God wel verdwenen is uit de seculiere wereld.’

Ten Kate zegt in zijn essay dat Nancy deze vreemdheid van het christendom in zijn project van een deconstructie van het monotheïsme onderzoekt, waarbij hij vooral het christendom centraal stelt. Ten Kate gaat in op de eigenzinnige manier waarop Nancy over religie denkt, tegen de achtergrond van een schijnbaar seculiere wereld. Deconstructie is geen destructie, zegt hij.

Nancy’s project beoogt niet zozeer een deconstructie van de christelijke religie op zich, maar is een verkenning van de deconstructieve elementen die deze religie in zich draagt, elementen die ook in de andere monotheïstische religies gevonden kunnen worden.’

Nancy demonteert dus het monotheïsme en monteert dat opnieuw. Hij ontdekt dat de monotheïstische tradities ‘werelds’, profaan worden: met andere woorden, ze doen mee in de geschiedenis van de secularisering.

En die verborgen ‘montage’ is misschien, paradoxaal genoeg, juist iets wat voorbij het monotheïsme ligt, als datgene wat wij nog moeten ontdekken en doordenken: dat namelijk het monotheïsme in een proces van mondialisering is betrokken waarin het zich steeds meer van zijn atheïstische kant laat zien.’
(Nancy)


Jean-Luc Nancy

Aan de hand van de schepping en incarnatie gaat Ten Kate vervolgens in op de vraag hoe religies profaan kunnen worden.

De scheppingsleer introduceert een God die eigenlijk geen God wil zijn, maar intiem met de mens als partner wil leven in de schepping. Tegelijkertijd is de monotheïstische God een God die zich, in tegenstelling tot de mythische goden, niet meer wil bemoeien met de wereld en zich daaruit terugtrekt.’

Incarnatie komt specifiek uit de christelijke traditie omdat het over de Christusfiguur gaat: de incarnatie, dat wil zeggen de menswording.

Nancy ziet incarnatie letterlijk: als lichaam-wording, en niet alleen als menswording. Daarmee ‘atheïseert’ God zich – seculariseert hij zich, waardoor iedere vorm van ‘funderende aanwezigheid’ verdwijnt.’

De incarnatie moet niet als een vorm van representatie begrepen worden, alsof de Zoon de vertegenwoordiger van God zou zijn. God en mens vallen in de Christusfiguur volledig samen, en als God wordt God ‘niets’, nihil. 

De incarnatie is niet een beeld of verbeelding van God in menselijke vermomming, maar ze is het beeld van de ‘beeldloosheid’, ja, de afwezigheid van God. God sterft, om zo te zeggen, in de mens, om in die mens als mens weer te herleven en vervolgens als mens te sterven. Dat is de vreemde dialectiek van de dood van God, die zijn concrete, dramatische symbool krijgt in Christus’ dood aan het kruis.’


Laurens ten Kate

De dood van God in de incarnatie krijgt een onmiddellijk vervolg in de dood van de mens in wie hij zich had geïncarneerd: de dood van Christus. De incarnatie, zoals Nancy deze interpreteert, is niet een uniek historisch feit (een soort goddelijk ingrijpen in de wereld om de ‘zonden’ van de mensheid weg te wassen), maar het feit dat ‘het goddelijke in mensen een dimensie wordt van terugtrekking, van afwezigheid en zelfs van de dood’.

De dimensie van terugtrekking is als een opening – een dis-enclosure – in de rede, die de grenzen die de rede voor zichzelf stelt, openbreekt. Deze opening wijst niet naar een of andere goddelijke transcendentie die de rede van een laatste fundament zou voorzien, maar precies naar de leegte die de afwezigheid van zo’n transcendentie achterlaat. Deze opening is zelf de transcendentie.’

Nancy komt tot een nieuw perspectief op het monotheïsme als atheïsme: niet een atheïsme dat het bestaan van God ontkent, maar een ‘absentheïsme’, zoals Nancy het soms noemt, waarin de absentie in de presentie, het wonder in de wereld wordt verbeeld als verwijzing. Het verwijst naar het ontoonbare.

Zie:
* Ten geleide: Jean-Luc Nancy
(Filosofie Magazine)
* God uit het niets
(Filosofie Magazine)


Beeld: Jean-Luc Nancy, What is a theological concept?
Foto Jean-Luc Nancy: philosophieliterature.blogspot.com
Foto Laurens ten Kate: Kirsten den Boef (Universiteit voor Humanistiek)

Zondag 16 oktober DV: ‘Christendom mede schuldig aan ontkenning van wie we ten diepste zijn’

Anti-theologie radicaler dan atheïsme

Radicale theologie zaagt de poten onder de tafel van de theologen vandaan en probeert kerk en wereld zijn ingebeelde zekerheden te ontnemen. ‘Radicale theologie ontketent dus een kritiek op kerk, christendom, theologie en maatschappij. Maar het gaat tegelijkertijd verder dan een atheïstisch ‘nee’ tegen god omdat na de verdwijning van god, de goden van onze hersenspinsels toch springlevend blijven in ideologieën en denksystemen. Dus er is een grondiger ‘nee’ nodig dan het atheïsme.’ – Zo begint religiewetenschapper Josh de Keijzer zijn theologische drieluik Wat is radicale theologie?

Is radicale theologie dan nog wel theologie? Ja, maar het is anti-theologie. Het maakt de weg vrij voor een authentiek mens-zijn. Verrassend vaak (maar niet altijd) zie je bij radicale theologen een heroriëntatie op Jezus. Maar dan wel zo dat die het christelijk geloof ontstijgt. Bonhoeffer voorzag een godsdienstloos christendom. Radicale theologie geeft er inhoud aan.’

Radicale theologie is dodelijk voor goden, stelt De Keijzer, want er is een theologische noodzaak om god zijn bestaansrecht te ontnemen.

Westerse theologie heeft al vroeg een verkeerde afslag genomen. Theologen gaven zich over aan een geforceerde integratie van de god van Jezus in een allesomvattend filosofisch systeem. Cognitieve obsessie was het gevolg. En nog steeds gaat het er telkens om het juiste ding te weten om erbij te horen: ‘insider knowledge’, de juiste leer, catechese, systematische theologie, ‘wat de bijbel zegt’, etc.’


Josh de Keijzer

Het christelijke geloof verloor, aldus de religiewetenschapper, na de Verlichting langzaam de grip op de maatschappij. De christelijke god is toen incognito gegaan.

Hij [de christelijk god] dook weer op in de vorm van ideologieën als kapitalisme, marxisme, consumentisme, hedonisme, fascisme, populisme, neoliberalisme, etc. Het geloof als zodanig aanvallen is daarom voor radicale theologen niet interessant; dat doen zelfovertuigde atheïsten al. Het gaat erom god—of het structurele denkprincipe achter ideeën—bloot te leggen.

De Keijzer stelt dat radicale theologie op de religieuze drijfveer focust die ook (en juist) in een geseculariseerde maatschappij achter de schermen aanwezig is.

De mens is ten diepste religieus. We zijn niet zozeer homo sapiens maar homo religionis. We wijden ons leven toe aan een doel, een god, een ideologie en dat kan positieve of negatieve gevolgen hebben, maar aanbidden zullen we. Ook de moderne mens is een religieus bevlogen mens.’

De religiewetenschapper zegt hiermee een stap verder te gaan dan het recente boek Onzeker weten, waarin een poging gedaan wordt om radicale theologie te introduceren in Nederland. – Onzeker weten zegt mensen wakker te schudden. De Keijzer lijkt ze nog wakkerder te willen schudden…

Ik beveel het boek van harte aan. Toch wil in mijn volgende twee blogs (dit is de eerste van een drieluik) een stap verder zetten. Onzeker weten is al beter dan zeker weten. Zeker! Maar misschien is ook onzeker weten te veel van het goede. Stoppen met onze cognitieve obsessie is één; het weten zelf een trap onder de kont geven is twee. Is te veel willen weten niet dé verleiding waar Adam en Eva voor vielen?’

Zie: Wat is radicale theologie? (theologie.nl)
Foto Josh de Keijzer: medium.com

Beeld: Vrij naar: De schepping van Adam – Fresco van Michelangelo Buonarroti (vromepraatjes.nl)

Tip! (Update 3 juni: Let op: alle volgende afleveringen zijn 1 week verschoven.) Van het theologische drieluik verschijnt bij theologie.nl blog 2 (over deconstructie) en 3 (over goed nieuws) resp. op 10 en 24 juni. Op 8 juli regeert religiewetenschapper en antropoloog Bram Kalkman: mede-auteur van Onzeker weten (een inleiding in de radicale theologie).

‘Wereldwijd grijpen mensen naar inzichten stoïcisme’

De oude Griekse filosofie biedt houvast in turbulente tijden. Met een pandemie, een oorlog, technologische ontwrichting, financiële zorgen, politiek extremisme of simpelweg te veel stress op het werk, kan het stoïcisme een mentale buffer zijn. Het is een trend van de jongste tien jaar: filosofie wint aan populariteit; het stoïcisme is gemaakt voor tijden als deze.

Een zoekopdracht in de internetwinkel Amazon leerde Stephanie De Smedt, van De Tijd, dat in de voorbije drie maanden alleen al honderden nieuwe boeken over het stoïcisme zijn verschenen: ‘Het internet bulkt van de podcasts, cursussen en blogs over hoe de oud-Griekse filosofie ons leven beter kan maken met principes als ‘focus op wat je zelf kan controleren’, ‘laat je niet meeslepen door emoties’ en ‘leef in het hier en nu’.’

Afhankelijk van wie je het vraagt, helpt het stoïcisme innerlijke rust te bereiken, politiek actief te worden of een start-up uit de grond te stampen.’  

Volgens Thomas Lemmens van het Gentse Geuzenhuis was het vroeger een uitgemaakte zaak: ‘Van geboorte tot dood keek je naar de pastoor om je leven richting te geven. Nu gaan mensen zelf op zoek naar zingeving.’

Dat het stoïcisme in de herwonnen appetijt voor filosofie een grote aantrekkingskracht uitoefent, heeft veel te maken met de praktische aard ervan. Het draait niet om een moeilijke of strikt theoretische filosofisch leer, maar om tijdloze principes die voor iedereen herkenbaar zijn. ‘Het werk van Marcus Aurelius of Seneca, die andere prominente Romeinse aanhanger van het stoïcisme, zou gisteren geschreven kunnen zijn’, zegt Lemmens. ‘Je hebt geen voorkennis nodig om te begrijpen wat ze zeggen, je haalt er meteen iets uit.’

Dramatische emoties zoals angst en verdriet zijn volgens het stoïcisme het gevolg van foute interpretaties van de wereld om ons heen, zegt journalist Stephanie De Smedt in De Tijd.

Het komt erop neer dat je zogenaamde passies – denk aan pijn, genot, angst en verlangen – uit je leven moet weren’, zegt Van Riel. ‘Je mag dorst hebben, maar je moet niet verlangen naar een dure fles wijn. Drink gewoon een glas water.’


©Filip Ysenbaert

Wie eens diep ademhaalt bij het openen van zijn Twitter-feed, aldus De Smedt, heeft vast iets aan de mantra dat Marcus Aurelius zich elke ochtend inprentte:

De mensen die ik vandaag zal ontmoeten, zullen bemoeials zijn, ondankbaar, arrogant, oneerlijk, jaloers en chagrijnig. Maar ze kunnen me niet meesleuren in hun lelijke gedachten. Ik kan niet kwaad op ze zijn, of ze haten. Boos zijn of iemand de rug toedraaien: dat zijn obstakels’.

De klassieker Overpeinzingen is het filosofische dagboek van Marcus Aurelius (de keizer-filosoof die van 161 tot 180 over het immense Romeinse Rijk heerste). Hij was de laatste grote vertegenwoordiger van de Stoa, de filosofische stroming die nu weer volop in de aandacht staat.

Deze geschriften bevatten veelvuldige aanwijzingen hoe men zich zo kan gedragen dat men leeft in overeenstemming met de natuur. Hierbij dient men voor ogen te houden dat de stoïcijnen een leven overeenkomstig de natuur beschouwen als de weg die leidt tot het voornaamste doel van de mens: volkomen geluk. De beschouwingen van Marcus Aurelius ‘tot zichzelf’ zijn het resultaat van een levenslange zelfbeschouwing en kunnen eenieder die geluk zoekt vele waardevolle aanwijzingen geven.’
(Uit: Overpeinzingen)

Bronnen:
* Iedereen stoïcijn | Waarom de onverstoorbaarheid in opmars is
(De Tijd)
* Overpeinzingen – Marcus Aurelius (AnkhHermes)
 € 18,50 – E-book:  € 9,99

Beeld: De Mystieke School

›Tip! Op Stoicon-X Gent21 mei 10.00 – 17.30 uur – kan je aan de hand van korte talks kennismaken met het moderne stoïcisme, meer bijleren en vind je inspiratie voor de praktijk.

Thomas Lemmens is sinds 2020 een drijvende kracht achter de Vlaamse versie van het stoïcisme-event Stoicon-X in Gent. Stoicon-X, vergelijkbaar met het TEDx-concept, is een internationaal format dat mensen samenbrengt voor workshops en lezingen over het stoïcisme.

Op Stoicon-X Gent 2022 leert Seneca je hoe je je focus kan bewaren in de ‘druk druk druk’ mentaliteit van vandaag. Stoïcijnse experts vertellen hoe je je kwaadheid kan temperen en hoe je om kan gaan met angst in deze onzekere tijden. Wat hadden de stoïcijnen trouwens te vertellen over oorlog voeren?
Je hoort aangrijpende verhalen, persoonlijke getuigenissen en stoïcijnse tips over omgaan met ziekte, tegenslag en rouw. Tot slot maak je kennis met praktische oefeningen en technieken om je mentale weerbaarheid op peil te houden.’
(Stoicon-X Gent)

Voor tickets, klik hier.

‘Religie en zingeving in de toekomst’, met Birgit Meyer

Antropoloog en religiewetenschapper prof. Birgit Meyer geeft graag antwoord op de vele vragen van ‘De Futuristen’ (wetenschappers en theatermakers) en het publiek over ‘Religie en zingeving in de toekomst’. De bijeenkomst van Studium Generale was afgelopen woensdagavond in Tivoli Vredenburg, in samenwerking met het Nieuw Utrechts Toneel & Decartes Centre van de Universiteit Utrecht. Onverwacht blijkt een van de andere sprekers God zelf.

De toekomst kent vele richtingen
N
atuurlijk komt het rapport van het SCP ter sprake dat minder toekomst ziet voor religiositeit en spiritualiteit. Meyer vertelt dat religie meer is dan alleen geloof, het is vooral wat mensen doen, zoals rituele bijeenkomsten, gebeden, de kerk. En er is niet één toekomst, de toekomst is pluriform. En kunst kan daaraan ook goed vorm geven: menselijke impressie leidt tot expressie.

De toekomst kent vele richtingen en dat komt onder meer door christenen uit bijvoorbeeld Afrika en moslims die hier zijn komen wonen. Zij willen ook weer een plek vinden om het religieuze vorm te geven. Je krijgt zo een diversiteit aan opvattingen. De toekomst gaat vele richtingen uit, ook de seculiere. Dat geeft de mogelijkheid tot experimenteren, tot nieuwe rituelen.


Birgit Meyer

Max Weber en Émile Durkheim
H
et gaat ook over de onttoverde wereld, waarover socioloog Max Weber in het begin van de vorige eeuw sprak. God zou plaatsmaken voor geloof in ratio en technologie. Maar ook over socioloog Émile Durkheim, die er juist vanuit ging dat religie niet kan verdwijnen: ze kan alleen veranderen. Een belangrijke verworvenheid van religie vond hij dat het de sociale cohesie bevordert. Mensen zoeken naar verbondenheid.

Verbondenheid
E
n dat blijkt ook vanavond, gehoord de vragen uit het publiek en van ‘De Futuristen’. Mensen zijn vooral op zoek naar verbondenheid en als dat niet meer via religie kan, dan geeft het secularisme daar misschien wel vorm aan. Mensen lopen niet meer mee met kerkelijke processies, maar voelen wel verbinding met elkaar door The Passion. Mensen willen meevoelen, geraakt worden door iets ‘diepers’. Eigen verdriet kan zo ook een plaats krijgen. Een seculiere sacrale processie. Samenzijn. Het geeft houvast. Het is op een nieuwe manier betekenis geven.

Het heilige
M
ensen zijn op zoek naar nieuwe vormen, op zoek naar iets dat ze in de kerk niet meer vinden. Ze zoeken morele richtlijnen. Maar ook hoop, samen met de vraag: ‘Waar gaan we naartoe?’ Meyer vertelt over Aboriginals die gezamenlijk de totem aanbidden. Dat is niet bepaald een vorm van geïnstitutionaliseerde religie, maar het heeft wel iets sacraals.

In de toekomst, en nu al, zal religie andere vormen aannemen. Het idee van God blijft bestaan, maar dat zal dan meer ‘het hogere’ genoemd worden, of dat ‘er iets is’. Mensen blijven behoefte hebben aan rituelen, blijven op zoek naar betekenis en verbinding, en vinden daar andere, sacrale vormen voor. Het heilige wordt bijvoorbeeld gevonden in je inzetten voor de mensenrechten.


God zelf kwam ook spreken

‘Godverspannen’
G
od zelf komt ook nog even langs, maar heeft een onprettig bericht: ‘Ik heb ontslag genomen’. Zij zegt ‘godverspannen’ te zijn. Niet goed wordt ze van onze offers van lammetjes, van de geur van kaarsen en wierook. Waarom word ik, God, steeds bedankt? Voor pandemieën, natuurrampen en oorlogen? ‘Jullie denken dat ik onschuldig ben. Ik geef mijn taak als Allerhoogste op. Wat moeten jullie ook met een God van geboden en verboden, gerepresenteerd door oude mannetjes. Of ik er ben is van geen belang.’

Bezoek uit de toekomst
Plotseling treedt er duisternis in, maar gelukkig ontwaart de zaal een schim met een lichtje op zijn voorhoofd. De figuur zegt uit de toekomst te komen, dat treft. Misschien is het een antropoloog, als een soort Indiana Jonesfiguur. Hij onderzoekt ‘onze resten’ en komt tot de conclusie dat er hier een soort sacrale bijeenkomst is geweest, lang geleden. Misschien wel een mis, in ieder geval iets heiligs. Hij ontwaart een stekkerdoos, dat moet iets geweest zijn dat verbinding kon maken met de hemel! Ook ziet hij een soort drinkgelegenheid, met fusten. Drank zou mensen vast in trance hebben gebracht waardoor ze zich wellicht dichter bij de hemel gevoeld hebben.

Sacraal samenzijn
D
e druk bezochte bijeenkomst wordt afgewisseld met muziek, liedjes en poëzie. Op de achtergrond verschijnt langzaam een toepasselijke aquarel, live geschilderd en geprojecteerd. Dat leidt aan het einde van de bijeenkomst tot een fraaie prent. Het Nieuw Utrechts Toneel en het Descartes Centre zijn bezield en inspirerend bezig.

Het goede gevoel van het samenzijn hangt na afloop nog lang in de lucht: alsof er een sacrale bijeenkomst geweest is, waar mensen, verbonden met elkaar, samen op zoek waren naar verdieping en verbinding. Het seculiere en religieuze kan verbinden, kan en mag er samen zijn. Deze avond ontsluierde een prettige en inspirerende blik in de toekomst.

Verslag & foto’s: Paul Delfgaauw
Bekijk hier de bijeenkomst: Over religie en zingeving in de toekomst (YouTube)

Het SCP en hoe religie de redelijkheid kleurt

In de basis zijn al onze overtuigingen van hetzelfde laken een pak – ze zitten met z’n allen in een groot web of systeem dat geen uitzonderingsposities of vaste gereserveerde plekken heeft. Maar daarbinnen zijn er wel degelijk verschillen. Sommige overtuigingen zitten aan de rand, andere in het centrum; sommige zitten met heel veel draden vast aan andere overtuigingen, andere bungelen er wat losjes tussenin. Daarom pas je de ene overtuiging ook veel gemakkelijker aan dan de andere. Geloof zit voor gelovigen in het centrum van hun denkweb.

A
an het woord is Jeroen de Ridder, bijzonder hoogleraar christelijke filosofie aan de RUG en universitair hoofddocent filosofie aan de VU. Hij vindt dat ‘religie de redelijkheid kleurt’, maar er blijft volgens hem genoeg overlap tussen wat de gelovige, andersgelovige en niet-gelovige (on)redelijk vinden.

Dit [religie die redelijkheid kleurt] drukt verschillende dingen uit. Allereerst dat religieuze overtuigingen een centrale plek innemen in het denken van gelovigen. Godsgeloof heeft wijdvertakte gevolgen in het denken: het beïnvloedt levensbeschouwing, mensvisie, ethiek, ideeën over wat er bestaat en kan bestaan, zelfs je visie op kennisverwerving.’


Sören Kierkegaard, Blaise Pascal, Herman Dooyeweerd

Kan het hart de redelijkheid eveneens kleuren? De Ridder verwijst naar denkers als Søren Kierkegaard, Blaise Pascal en Herman Dooyeweerd, over wie wel gesuggereerd is dat zij vinden dat religieus geloof een kwestie van ‘redenen van het hart’ is. 

Religieus geloof is volgens deze filosofen van een totaal andere orde dan alledaagse en wetenschappelijke overtuigingen. Het verstand produceert en beoordeelt overtuigingen door conceptueel en talig denken, analyseren en argumenteren. Het hart niet. Sterker nog: dat kan niet eens. Proberen om redenen van het hart verstandelijk te analyseren of te onderbouwen, is net zoiets als proberen te ruiken met je oren.’

De Ridder vindt dat religieuze overtuigingen gevolgen hebben voor wat je redelijk en onredelijk vindt. Religieus geloof is van invloed op de denkregels die je hanteert en als ideaal ziet.

Als je je bij het vormen van je overtuigingen houdt aan goede denkregels, dan zijn je overtuigingen redelijk. Zo niet, dan niet. Concreet: als je je ideeën over de oorlog in Oekraïne uitsluitend baseert op de Russische staatszender, dan zijn je overtuigingen niet redelijk, want die zender verspreidt veel sterk eenzijdige of ronduit misleidende informatie.’


Jeroen de Ridder (Twitter)

De vraag die Jeroen de Ridder zichzelf stelt is of hij met dit voorstel toch geen uitzonderingspositie voor religieus geloof creëert. Kan en moet dat niet beoordeeld worden op redelijkheid? Zijn antwoord daarop is dat religieus geloof weliswaar je ideaal van redelijkheid kleurt, maar niet totaal anders maakt. 

Er blijft voldoende overlap tussen wat de gelovige, andersgelovige en niet-gelovige redelijk of onredelijk vinden. (…) Die overlap biedt voldoende gemeenschappelijke grond om ook gesprekken te voeren over de houdbaarheid en redelijkheid van religieus geloof en andere levensbeschouwingen.’

En zo belanden we bij het SCP-rapport Buiten kerk en moskee, dat laat zien dat de mogelijkheid van open en redelijke gesprekken over religie en levensbeschouwing van groot belang is in onze samenleving: noch gelovigen, noch ongelovigen zouden zich moeten opsluiten in bubbels van eigen redelijkheid en gelijk.

Ik denk zelfs dat we als christenen eigenlijk geen SCP-onderzoekers nodig hebben om ons eraan te herinneren dat er veel is wat ons als medemensen verenigt. Wij kennen immers de Bijbelse opdracht om onze naaste, die ook beelddrager van God is, lief te hebben als onszelf.’

Zie: Valt er over religie niet te twisten? (Reformatorisch Dagblad, 2 april 2022)

Foto: ‘Binnen kerk en moskee’ – In Córdoba (Spanje) werd in 1523 de oude gebedsruimte verbouwd: men bouwde de kathedraal gewoon in de moskee. (toerismeinspanje.eu)
Foto’s denkers:
Sören Kierkegaard (li, imdb.com), Blaise Pascal (re bo, Debabrat, Facebook), Herman Dooyeweerd (re on, Twitter)

Zo sprak Snorrietoestra in Nietzsche voor 10-jarigen

Zo word je supermens, luidt de belofte van het humoristisch kinderboek Het ravijn van NietzscheHet wil Nietzsches filosofie invoelbaar maken voor kinderen vanaf tien jaar. ‘Blijf de aarde trouw,’ schrijft Nietzsche in Zo sprak Zarathoestra. Aan dit boek ontlenen schrijver Marc van Dijk en tekenaar Sander ter Steege ‘veel, omdat dat eigenlijk Nietzsches eigen fantasy-avontuur is’. Bij de makers leeft profeet Snorrietoestra in mystieke verbinding met de natuur.

Becky Breinstein is de slimste van Domdorp, vertelt de boekomslag. Maar ze schrikt wakker van nachtmerries. Haar vader draait door en slikt de hele dag Tosti-pillen. Dan ontmoet ze Snorrie, die zegt dat hij ‘de herhaling van Nietzsche’ is. Becky en haar vrienden gaan met Snorrie de bergen in om een geheime formule te zoeken waarmee iedereen gezond kan worden. Maar al snel blijkt dat ze niet de enigen zijn. Ze moeten het opnemen tegen een mysterieuze vijand. En hoe komen ze voorbij de Vuurhond?

Het was tijdens de kleine pauze, op het schoolplein van de DOMSCHOOL in Domdorp. Alle gesprekken vielen stil en we keken rond om te zien wie er vuurwerk had afgestoken. Toen de rook wegtrok, zagen we midden op het schoolplein een man staan. De man had een heel grote SNOR, een wandelstok en een LANTAARN. Hij keek rond met een intense blik in zijn ogen. Niemand durfde iets te zeggen. Hij zag eruit alsof hij uit een andere tijd kwam.‘
(Uit: Het ravijn van Nietzsche)

Je vindt vrolijkheid, fantasie en levenslust in Nietzsches hele oeuvre terug, zeggen de makers, vanaf het moment dat de filosoof uit Bazel vertrok. Hij was de jongste professor ooit, maar daar werd hij depressief van. Hij nam ontslag en veranderde in een wandelende vrije geest: in de berglucht kreeg hij nieuwe ideeën. In Filosofie Magazine spreekt Lianne Tijhaar in Nietzsche voor 10-jarigen met schrijver Van Dijk.

In Becky’s avontuur klinken verschillende lezingen van Nietzsche door. ‘Iets anders zou hem onrecht aandoen. Nietzsche wantrouwt systeemdenkers en gemakzuchtige moralisten,’ zegt Van Dijk. ‘Hij moedigt ons aan om zelf te denken en sterker te worden. Maar hij ziet ook hoe hachelijk de positie van de mens is, nu alle oriëntatie die ons eeuwenlang heeft gediend is weggevallen. We moeten leren koorddansen. Op een dag donderde hij zelf naar beneden. Hij raakte zijn verstand kwijt en zonk weg in waanzin.’


Van Dijk spreekt volgens Tijhaar over Nietzsche alsof hij het over een goede vriend heeft. De afgelopen tweeënhalf jaar las hij zo veel mogelijk van en over hem. Hij verdiepte zich in de gekste details, want Nietzsche heeft de hoofdrol in deel 2 van de filosofische en humoristische kinderboekenreeks Becky Breinstein. Hierin heeft Becky last van angsten en vraagt ze zich af wat ze eigenlijk aan filosofie heeft, want ze is nog steeds bang.

Becky droomt dat haar vader doodgaat,’ zegt Van Dijk. ‘Het is maar een nachtmerrie, maar Becky kan de angst niet van zich afzetten. Haar vader doet ook echt raar: hij slikt pillen waar je een beter mens van zou worden. Dan verschijnt er een vreemde snuiter op het schoolplein. Hij heet Snorrie en heeft het over de Grote Gezondheid. Die kan Becky wel gebruiken voor haar vader. Daar begint het avontuur.’

Op de vraag of Nietzsches filosofie niet een beetje zwaar is voor een 10-jarige, antwoordt de schrijver dat Nietzsche meer biedt dan nihilisme en vernietigende godsdienstkritiek, hij is ook een creatieve verteller.

Met veel humor, liedjes en spot. In zijn boek Ecce homo staan hoofdstukken met titels als Waarom ik zulke goede boeken schrijf en Waarom ik zo wijs ben. Hij is grappig en best geflipt. Die kant van Nietzsche zie je niet vaak bij de professoren of in zelfhulpboeken.’

Snorrie valt in jullie verhaal ook in een ravijn, zegt Tijhaar en dat vindt zij best heftig in een kinderboek. Maar daar eindigt het niet mee, zegt Van Dijk. Hij laat Snorrie een transformatie doormaken die Nietzsche in zijn denken ook wilde doormaken.

Snorrie wordt na zijn val Snorrietoestra. Hoe dan ook, Nietzsches werk is nu eenmaal heftig. Maar ook vitaliserend. Neem bijvoorbeeld zijn begrip amor fati, liefde voor je lot. Het betekent dat je ja moet zeggen tegen het leven, inclusief alle ellende. Sommige kinderen krijgen te maken met ziekte, dood, de scheiding van hun ouders. Amor fati kan misschien troost bieden, omdat het levensbevestigend is.’

Becky Breinstein deel 2: Het ravijn van Nietzsche | Marc van Dijk en Sander ter Steege | Verschijnt 5 april | Uitgeverij Ten Have | 15,99 euro | ISBN 9789025907136

Zie: Nietzsche voor 10-jarigen (Filosofie Magazine)
Tekeningen uit: Het ravijn van Nietzsche (Sander ter Steege)
Zie voor deel 1 uit de kinderboekreeks Becky Breinstein: Filosofie voor tienjarige betwetertjes (GODENENMENSEN)

Laten we de wereld opnieuw betoveren

Socioloog Max Weber sprak aan het begin van de vorige eeuw over de onttovering van de wereld. Het geloof in God zou plaatsmaken voor het geloof in de ratio en technologie. Maar honderd jaar later is het verlangen naar religie en spiritualiteit nog steeds groot. Waar komt die behoefte vandaan? Kunnen we de wereld opnieuw betoveren?

Het is het lot van onze tijd, met de haar eigen rationalisering en intellectualisering, vooral: de onttovering van de wereld, dat juist de laatste en meest sublieme waarden zijn teruggetreden uit de openbaarheid, óf naar het (…) rijk van het mystieke leven, óf naar de broederlijkheid van de directe betrekkingen van individuen tot elkaar.’
(Max Weber, 1917, Wissenschaft als Beruf)

Is nu de tijd gekomen om te gaan zien dat de natuurwetenschap de wereld ook kan kleuren met nieuwe tover, vraagt Arie van Houwelingen zich honderd jaar later af in De Nieuwe Koers.

Bovendien, wat heeft die onttovering ons opgeleverd? Een geplunderde aarde, leeggeviste oceanen, vervuilde lucht. Hebben we niet meer dan ooit een terugkeer van tover, van een besef van heiligheid van de dingen nodig, omdat ze niet werk zijn van onze handen, maar van de Allerhoogste’
(Arie van Houwelingen, in De Nieuwe Koers, 2019)

In onzekere tijden is de hang naar zingeving groot. Zijn religie en spiritualiteit bezig aan een opleving?’ In samenwerking met het Nieuw Utrechts Toneel & Descartes Centre houdt Studium Generale op 13 april in Utrecht de bijeenkomst Over religie en zingeving in de toekomst met religiewetenschapper prof. Birgit Meyer. Hieronder enkele standpunten van haar ter oriëntatie.

Mijn eigen standpunt bij het bestuderen van religie is seculier, zou ik zeggen, in die zin dat ik het geloof van mensen in God of goden respecteer en serieus neem, maar God(en) niet als uitgangspunt neem in mijn pogingen om kennis over religie te produceren. Voor mij als geleerde bestaat goddelijke aanwezigheid niet als zodanig, maar als het resultaat van een bepaalde sensationele vorm, waardoor het voor mensen echt wordt. Dat ontstaan ​​is wat mij intrigeert.’
(Birgit Meyer, Entagled Worlds)


Birgit Meyer

Meyer is cultureel antropoloog en godsdienstwetenschapper. Bij het bestuderen van religie kiest zij voor een materiële benadering die de feitelijke praktijken – waardoor mensen zich verhouden tot het goddelijke, het bovennatuurlijke en tot elkaar – als uitgangspunt neemt. ‘De kern van religie – onderzocht vanuit het perspectief van religieuze mensen zelf – is het voor de geest halen van een tweede, transcendente realiteit die verondersteld wordt achter de tastbare wereld te liggen’. 

Ik benader religie als een bemiddelingspraktijk waarmee mensen een brug proberen te bouwen naar wat zij als het goddelijke of bovennatuurlijke beschouwen. In die zin kan religie heel goed worden opgevat als een medium dat door mensen is gemaakt en gebruikt om een ​​andere realiteit weer te geven, die niet direct tastbaar, aanwezig, toegankelijk en ervaarbaar is.’
(Birgit Meyer, Religious Matters)

Religieuze ideeën en praktijken hebben volgens Meyer een diepe impact op de manier waarop mensen de wereld waarnemen en handelen, banden met anderen ontwikkelen en normen en waarden incorporeren, wat religie een fascinerend startpunt voor onderzoek maakt. 

Ik wil begrijpen hoe bepaalde ideeën over een immateriële realiteit voor echt worden aangenomen, hoe mensen zich op basis van dergelijke overtuigingen in de wereld positioneren en hoe zij zich verhouden tot anderen. Het zou kortzichtig zijn om religie simpelweg af te doen als een illusie.’
(Birgit Meyer, Religious Matters)

Studium Generale Utrecht: De Futuristen – Over religie en zingeving in de toekomst | 13 april 2022 20:00 – 21:30 | Tivoli Vredenburg (zaal: Pandora) | Entree gratis | Aanmelden kan vanaf 23 maart via Tivoli Vredenburg: Tickets

Regie en interview: Mariëlla van Apeldoorn | Redactie en interview: Erwin Maas | Wetenschapper: prof. Birgit Meyer | Schrijvers/makers: Edna Azulay, Joep Hendrikx, Fieke Opdam | Muzikant/maker: Frank van Kasteren | Visueel kunstenaar/maker: Laura Mentink

Zie: Birgit Meyer (Religious Matters)

Beeld: Tom Thomson, ‘Canoe Lake, Ontario, 1917, Northern Lights’, ca. 1916-17, The Montreal Museum of Fine Arts, foto: MMFA, Jean-François Brière (Museum Tijdschrift)

Foto Birgit Meyer: Religious Matters

Transcendentie is datgene wat ons draagt en vervult

Boekrecensie: Levensduiding in het licht van transcendentie – De theologie van Jörg Lauster. Levensduiding is betekenis geven aan het leven. Transcendentie staat voor ‘God’, of het ‘heilige’, soms ook voor ‘het andere’ of ‘iets dat in de mist van een weinig verplichtende vaagheid blijft hangen’. Dit boek gaat over de ervaring van transcendentie, bezien in het licht van het werk van de Duitse liberale theoloog Jörg Lauster. Voor hem is de ervaring van transcendentie het centrale element van religie, en niet slechts ‘het vreemde’ en ‘andere’. Hij noemt het ‘datgene wat ons draagt en vervult’.

Liberale theologie

De auteurs zijn hoogleraar vrijzinnige theologie Rick Benjamins en emeritus hoogleraar protestantse kerk en cultuur Wouter Slob. Het boek begint met een interview door journalist Andreas Main met Lauster. Hierin wordt de liberale theologie gedefinieerd, ook wel cultuurprotestantisme genoemd. Het gesprek gaat over de toekomst van het christendom. De liberale theologie wil het ‘absolute tegendeel van elke vorm van religieus fundamentalisme’ zijn. Zij wil de boodschap van het christendom vertalen in een andere, moderne taal en de grenzen tussen niet-religieuzen, christenen, joden en moslims ‘een beetje vloeibaar maken’.

Zingeving
D
it boek gaat uitgebreid in op transcendente ervaringen en hoe deze (religieus) te duiden. Door transcendente ervaringen kan de wereld op een onuitsprekelijke manier als zinvol worden ervaren, stellen de auteurs, waardoor het niet zinloos is om aan zingeving te doen. Transcendentie-ervaringen kan je opdoen binnen religie, in het samenleven, de natuur of de kunst. De ervaringen zelf worden echter nauwelijks beschreven. Levensduiding in het licht van transcendentie is vooral een literatuurstudie van Lausters boeken door Benjamins en Slob.

Het werk van Jörg Lauster
W
e maken kennis met de boeken zoals Religion als Lebensdeuting, waarin Lausters opvattingen over de duiding van het leven, de Bijbel en transcendentie beschrijft. Een mens kan ‘iets’ ervaren en dat alleen maar duiden met woorden die naar transcendentie verwijzen, zoals ‘God’, ‘heilig’ of ‘onwerelds’, omdat iedere andere duiding tekortschiet.
In Gott und das Glück gaat het over God, het geluk en het goede leven. De transcendentie-ervaring zou een perspectief op geluk kunnen openen dat naar een veranderde levensvoering kan leiden, gericht op het goede leven.

Lausters bewering dat de werkelijkheid ‘meer’ is dan ze is, vanwege een transcendente dimensie die zich kenbaar maakt, beschrijft hij in Die Verzauberung der Welt. Hij zegt dat die transcendente dimensie de werkelijkheid is, zich op bijzondere momenten op een onuitspreekbare manier zinvol toont en door de mens van zingeving wordt voorzien.
In Der ewige Protest zegt hij dat het religieuze profaan en leeg wordt als het niet meer naar transcendentie verwijst. Transcendentie-ervaringen vormen ‘het hart van het religieuze’ en worden in verschillende tijden op verschillende manieren met verschillende middelen tot uitdrukking gebracht. Volgens Benjamins en Slob is de transcendentie-ervaring de kern van Lausters theologie en van zijn hele oeuvre.

Middenweg
D
e theoloog lijkt vooral een middenweg te zoeken tussen orthodoxie en vrijzinnigheid. Hij bestudeert de opvattingen van subjectiviteitstheoretici en de openbaringstheologen. Volgens de subjectiviteitstheorie is de weg naar God geen weg naar buiten via de wereld, maar naar binnen via jezelf. De mens zelf is een verschijningsvorm van het transcendente en kan op zijn eigen manier naar de wereld kijken, geworteld in God. Daarentegen gaat de openbaringstheologie ervan uit dat de band met God langs de Bijbel gaat, en niet langs onszelf.

Lauster bedient zich van de hermeneutiek (= alles wat zich tussen de tekst en de lezer afspeelt) om inzicht te krijgen in de transcendentie-ervaring en relateert die aan de Bijbel, de geschiedenis, de moderniteit en de christelijke religie. Zo wil hij een middenweg vinden tussen het transcendente dat zich spontaan bij de mens aandient of dat juist begint bij de mens die via zijn eigen bewustzijn toegang tot de werkelijkheid heeft.

Religie als innerlijk beleven
L
auster is van mening dat de kerk het transcendente niet moet veronachtzamen, omdat daarmee de ziel uit de kerk zou verdwijnen en slechts lege hulzen zouden overblijven. Hij zegt dan ook dat ‘religie niet het simpele voor-waar-houden is van kerkelijke leerstellingen, maar een innerlijk beleven en een persoonlijke overtuiging’ zijn. Hij vindt het kleingeestig om te zeggen dat lege kerken de ondergang van het christendom betekenen. Desondanks blijft voor hem de kerk wel de plek waar mensen ‘de boodschap van het christendom leven en aan anderen doorgeven’.


Jörg Lauster

Mijn conclusie
D
e liberale theoloog zoekt verbinding tussen niet-religieuzen, christenen, joden en moslims. Zijn uitgangspunt is evenwel alleen de christelijke kerk. De auteurs stellen terecht dat wie bijvoorbeeld het woord ‘God’ niet in zijn bagage heeft, geen ervaring van God zal opdoen. In het boek wordt nauwelijks stilgestaan bij hoe niet-religieuzen transcendentie beleven. Het transcendente lijkt zo alleen vanuit de christelijke religie woorden te kunnen geven die leiden tot een ‘dieper verstaan van de wereld en zichzelf en daarmee tot een betere duiding van het leven’.
Blijft de vraag of en hoe Lauster de moderne samenleving die het transcendente vooral vanuit de eigen (seculiere) levensfilosofie ervaart, kan betrekken in zijn middenweg.

Levensduiding in het licht van transcendentie – De theologie van Jörg Lauster | Rick Benjamins en Wouter Slob | Uitgeverij Van Warven | ISBN 978-94-93175-45-7 | Druk: 1 | februari 2021 | 124 pagina’s | €16,95

Beeld: Journey of the Human Spirit (johns-consciousness.com)
Foto Jörg Lauster: devrijzinnigelezing.wordpress.com

(Eerder gepubliceerd bij de Academie voor Geesteswetenschappen, Utrecht)

!Tip: Op 25 maart 2022 is ’s avonds in de Geertekerk in Utrecht de Vrijzinnige Lezing. Jörg Lauster betoogt hierin dat een ervaring van transcendentie licht werpt op het bestaan en dat religie in staat stelt om bij te dragen aan de duiding van het leven. De titel van de lezing die hij uitspreekt is The Idea of a Religion. Prospects of a Liberal Christianity Today. De voertaal is Engels.

De zin van het leven en je wereldbeeld

Niet voor niets is er door de gehele geschiedenis heen geworsteld met de existentiële vraag naar de zin van het leven, stelt filosoof Emanuel Rutten in zijn artikel Over de zin van redelijke wereldbeelden. De onvermijdelijke vraag naar de zin van het bestaan kan volgens hem niet op wetenschappelijke wijze worden beantwoord. Daarom is het aan de filosofie om in elk geval te proberen deze vraag te verhelderen en waar mogelijk wegen aan te reiken voor de beantwoording ervan.

Dit is volgens mij zelfs een cruciale verantwoordelijkheid voor de filosofie. De filosofie zou niet trouw zijn aan haar telos, het doel dat alle mensen nastreven, en aan haar oorsprong wanneer ze zich niet langer op deze grote vraag zou richten.’

Onbewuste materie of bewuste geest
De relatie tussen wereldbeelden (al dan niet rationeel) en de vraag naar de zin van het leven lijkt de filosoof voldoende duidelijk, daar ieder religieus of seculier wereldbeeld een eenduidig antwoord op deze vraag inhoudt.

Men kan bijvoorbeeld een materialistisch wereldbeeld aannemen, volgens welke alles wat er is bestaat uit atomaire, materiële deeltjes. Het geheel van de werkelijkheid wordt hier begrepen als ontstaan uit onbewuste en levenloze materie. Men neemt aan dat er niets bestaat voorbij het materiële.

Maar de werkelijkheid kan ook begrepen worden als ontstaan uit bewuste geest. De wereld wordt hier ervaren als bezield en als de schepping van iets goddelijks.’

De ons omringende wereld begrijpen
Elke wereldbeschouwing omvat een bepaald holistisch beeld van de aard en oorsprong van de werkelijkheid en ieder mens geeft zijn of haar leven uiteindelijk vorm door het expliciet dan wel impliciet omarmen van een wereldbeeld, zoals humanisme, theïsme of naturalisme.

Dit stelt ons in staat betekenis toe te kennen aan onze alledaagse en existentiële ervaringen. Een wereldbeeld stuurt ons leven en informeert de wijze waarop wij onszelf, de ander en de ons omringende wereld begrijpen.’

Ons bestaan richting geven
Al vanaf onze jeugd ontwikkelen we een een richtinggevend wereldbeeld, vrijwel onbewust, in en door onze interpretatieve omgang met de wereld, aldus de filosoof. Een levensbepalend verhaal helpt ons om sturing te geven aan ons leven en dient als leidraad om te kunnen navigeren in de wereld. Een dergelijk narratief of wereldbeeld bepaalt hoe wij ons oriënteren en ons bestaan richting geven.

Het wereldbeeld van waaruit wij leven is bepalend voor wat wij waardevol, zinvol, belangrijk en relevant vinden om na te streven in dit leven. Kortom, wereldbeelden, oftewel levensoriënterende verhalen, helpen ons onze leefwereld leefbaar en betekenisvol te maken.

Als mensen hebben wij geen andere keus dan het omarmen van een levensoriënterend verhaal. Wij kunnen niet anders dan ons leven vormgeven vanuit een bepaald seculier of religieus wereldbeeld. Alleen zo kunnen wij ons leven richting geven en de wereld waarin wij als mens geworpen zijn betekenisvol maken.’

De onvermijdelijke vraag naar de zin van het leven
Wanneer we werkelijk redelijke antwoorden willen onderzoeken op de onvermijdelijke vraag naar de zin van het leven, stelt Rutten, dienen we ons te gaan bezighouden met het reflecteren op wereldbeelden.

Elk religieus of seculier wereldbeeld impliceert namelijk – of beter: is – een specifiek antwoord op deze vraag.’

Het artikel gaat uitgebreid in op de relatie tussen (alternatieve) wereldbeelden en de vraag naar de zin van het leven. Samen met andere artikelen en syllabi maakt het tevens deel uit van een nieuwe collegereeks die de filosoof verzorgt aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.

Zie:
Over de zin van redelijke wereldbeelden (gjerutten.nl)

Nieuwe collegereeks voor Symbolische leven I
Vanaf 8 maart 2022 zal Emanuel Rutten voor de master Filosofie van cultuur en bestuur aan de Vrije Universiteit wederom een collegereeks verzorgen voor het vak Symbolische leven 1.
Interesse? Mail naar: e.rutten@vu.nl

Beeld: Hassan Nawaz (Pixabay)